Rikolto en partners ontwerpen ‘Supermarkt van de Toekomst’

nieuws

De totale wereldbevolking kan niet consumeren op eenzelfde niveau als de westerse wereld. Ons consumptiepatroon moet duurzamer, zo stelt vzw Rikolto. Deze duurzaamheidsorganisatie lanceerde een reeks keukentafelgesprekken met vertegenwoordigers uit de landbouw, overheden, supermarkten, kennisinstellingen en het middenveld. Hun bevindingen werden uit de doeken gedaan in Abdij van Park, Leuven. 

20 september 2024 Ruben De Keyzer
DSC_0177-web

Rikolto definieert vijf bouwstenen voor de supermarkt van morgen: Een waardegedreven businessmodel, een systemische samenwerking tussen ketenactoren en stakeholders, een gezond en duurzaam mainstream aanbod, een doorrekening van de ‘true cost’ van voedselproductie en impactvorming via sectorinitiatieven. Methodes die bijzonder mooi klinken in theorie, maar de praktijk is nog veraf. Alle stakeholders waren het erover eens dat de gedroomde consumptierevolutie tijd zal vergen. Veel tijd. 

“Wie zou er akkoord gaan moesten supermarkten enkel nog gezonde en duurzame voeding in de schappen hebben liggen?” Een treffende vraag die werd beantwoord met een handopsteken bij een derde van de zaal. Een minderheid die in werkelijkheid wellicht kleiner is, afgaand op de populariteit van het alcoholische aperitief op de receptie. 

Voedsel duurder?

Mensen blijven de keuzevrijheid binnen hun consumptie dus belangrijk vinden. Een wijziging in het voedselpatroon zal dus wellicht meer succes hebben als het subtiel wordt aangestuurd, en niet met een verbod. 

Pierre-Alexandre Billiet, retailexpert bij Gondola en auteur van ‘True Cost of Food’, pleit in eerste instantie om voedsel weer naar waarde te schatten. “We hebben de cijfers sinds 1840 bekeken, en in België hebben we nog nooit zo weinig besteed aan voeding als vandaag het geval is”, zegt Billiet. Ter verduidelijking: Billiet verwijst naar het relatieve aandeel van voeding binnen ons totale leefbudget. Een toekomstvisie die op lange termijn een einde maakt aan de dumpingprijzen van food en non-food, zou hier heil moeten brengen. 

Duurdere voedselprijzen zijn echter geen gegeven waar armoedeorganisaties op zitten te wachten. Een sociaal kader blijft volgens Rikolto dus van belang. Ook de context van een competitieve, globale markt mag volgens Patricia Declercq, Agentschap Landbouw en Zeevisserij, niet vergeten worden. Toch vindt Declercq het van het uiterste belang om de primaire producent, zoals de landbouwer, niet te vergeten. “Zonder eerlijke prijs en inkomen voor de primaire producent, kan men niet investeren in duurzaamheid.” 

Prijs is volgens Billiet echter niet zaligmakend. "Het is populistisch te denken dat door duurdere voedingsprijzen een groot deel van de bevolking zich geen gezonde voeding kan permitteren. Er is inderdaad ongeveer 20 procent van de Belgische bevolking die onder de armoedegrens leeft of in een risicosituatie. Maar slecht 0.2% van de bevolking kan zich geen gezonde en voedzame voedingsindustrie permitteren. Koopkracht is dus een redenering van de politiek en lobby-organisaties om voeding niet duurder te maken. Het zijn vooral onze voedingsgewoontes die duur zijn."

Gelijk speelveld 

Justine Arkens, voorzitter van de jongeboerenorganisatie Groene Kring, deelde die mening, maar ziet daar een groot obstakel. “Er ontbreekt een gelijk speelveld”, zegt ze. “De Vlaamse land- en tuinbouw is meest innovatieve en duurzame landbouw die er is. We doen veel moeite en zware investeringen om dat zo te houden. Maar het is heel frustrerend als we naar de supermarkt gaan, en naast onze mooie producten geïmporteerde producten zien liggen die niet aan dezelfde eisen moeten voldoen, en dus worden aangeboden aan een lagere prijs. De consument vraagt ons om duurzaamheid, wat maakt dat onze producten duurder zijn. Maar als het erop aankomt, kiezen ze in de supermarkt dan toch het minder duurzame, goedkopere product.” 

“Dat er buitenlandse producten in onze winkels liggen kan mij niet schelen, maar laat dit gebeuren volgens dezelfde spelregels”, zegt Arkens. “Koken kost geld. Is het trouwens niet erg dat ik hier in deze zaal moet komen uitleggen waarom boeren vergoed moeten worden voor hun werk? Dit zou een evidentie moeten zijn.” 

Pascal Léglise van Carrefour verwijst naar ‘Prix Juste Producteur’, een initiatief in Wallonië waar de correcte aankoopprijs bij producenten centraal staat. Ook het label Fairebel heeft hier waarde. 

Is het trouwens niet erg dat ik hier in deze zaal moet komen uitleggen waarom boeren vergoed moeten worden voor hun werk?

Justine Arkens - Groene Kring

Economische houdbaarheid 

Naast eerlijke lonen voor de boeren, zou ook duurzaamheid een evidentie moeten zijn, vindt Rikolto. En gezondheid. Toch zal de mentaliteitsswitch er één zijn van lange termijn. Billiet verwijst hiervoor naar een eerder retailexperiment. “Er zijn praktische tests gebeurd in diverse supermarkten, waar het snoepgoed in de rekken aan de kassa vervangen werden door fruit en groenten. Het resultaat? 35 procent minder omzet.” 

“Compleet mislukt”, vat Isabelle Colbrandt van Lidl samen. Deze supermarktketen heeft meegedaan aan het experiment. “Het toont nog maar eens aan dat het allemaal niet in sneltempo kan gebeuren.” 

Toch ziet Billiet waarde in het voorrang geven aan bepaalde type producten. “Zonder in extremen te vervallen met een strikte opsplitsing tussen ‘goede’ en ‘slechte’ producten”, verduidelijkt Billiet. Ook het gelijke speelveld mag in deze niet vergeten worden. Want duurzaamheidsinitiatieven die economisch worden afgestraft, houden niet lang stand. 

Er zijn praktische tests gebeurd in diverse supermarkten, waar het snoepgoed in de rekken aan de kassa vervangen werden door fruit en groenten. Het resultaat? 35 procent minder omzet

Pierre-Alexandre Billiet - Retailexpert

Niet-duurzaam consumeren heeft echter ook een economische kost. Professor Erik Mathijs (KULeuven) stelde in deze context ‘True Cost Accounting’ voor, een onderzoeksproject in samenwerking met ILVO waar men een index wil vormen van de kosten en winsten bij duurzame en minder duurzame consumptie. Een eenvoudig voorbeeld: de druk op onze gezondheidszorg veroorzaakt door ongezonde voeding. 

De verandering in ons consumptiepatroon blijft dus een waardevolle zaak om bij stil te staan. De voordelen van een duurzame, gezonde samenleving werden op het symposium nog maar eens verduidelijkt, al blijft de weg ernaartoe bij afloop eerder flou. Duurzaamheid heeft een prijs, boeren worden door kleine marges richting schaalvergroting geduwd, supermarkten kampen eveneens met competitie en prijzenslagen, en een manier om deze ‘catch 22’ te doorbreken blijft onduidelijk. Rikolto definieert vijf uitgangspunten als leidraad. 

Vijf uitgangspunten 

Ten eerste moet duurzaamheid de uitgangspositie worden van een bedrijf, en geen bijgedachte, vindt Rikolto. En dus moeten ecologische en sociale prestaties met evenveel gewicht worden gecommuniceerd als de economische prestaties van een bedrijf. 

Een duidelijke gemeenschappelijke visie en minimale maatschappelijke verwachting bij alle stakeholders is tevens van belang, concluderen de sprekers. Daarvoor is nood aan structureel overleg, meer dan vandaag het geval is. 

Ook moeten er doelstellingen komen voor supermarkten om consumenten te leiden naar gezonde, duurzame en eerlijke voedselkeuzes, aangestuurd door onder andere promoties en prijsbeleid. Beloningsplannen van winkelmanagers en geranten zouden gekoppeld moeten worden aan de implementatie van duurzame bedrijfspraktijken. 

Dan is er de ‘True Cost’ die ondanks deze promoties in rekening moet worden gebracht, met wellicht duurdere voeding, maar voldoende solidariteitsmechanismen en overheidssteun zodat maatschappelijk kwetsbare groepen geen honger lijden. Om dit te bekostigen, verwijst Rikolto naar landen die kosten gerelateerd aan ongezonde consumptie in rekening brengen met een vet- of suikertaks, die moeten voorkomen dat gezonde voeding duurder is dan ongezonde alternatieven. 

Tot slot ziet Rikolto ook mogelijkheid tot impact via sectorinitiatieven, via regelgeving en stimulerend beleid om duurzame bedrijfsvoeding mogelijk te maken. Zo zou de mededingingswetgeving uitzonderingen kunnen voorzien die prijsafspraken tussen retailers mogelijk maken, om een leefbaar inkomen te garanderen voor de boeren. 

Dit alles is echter makkelijker gezegd dan gedaan. “We zijn goed in het formuleren van technische oplossingen voor technische problemen”, sprak Gert Engelen van Rikolto op het symposium. “Maar de uitdagingen waar we voor staan, zijn te groot om ons voor te stellen. Het is eerder een maatschappelijke, politieke uitdaging dan een wetenschappelijke. Willen we dit aanpakken, zullen we het transdisciplinair moeten bekijken en op de lange termijn.” 

Studie: Vijf grootste supermarkten in België doen “onvoldoende” om mensenrechten te beschermen
Uitgelicht
Geen enkele grote supermarkt in ons land doet genoeg om mensenrechten in haar toeleveringsketen te beschermen. Die conclusie vloeit voort uit Superlijst Sociaal, een onderzoek...
20 juni 2024 Lees meer

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek