Brede weersverzekering moet nog afrekenen met groeipijn

Eind deze week lopen de inschrijvingen voor een brede weersverzekering bij de verzekeringsmaatschappijen ten einde voor land- en tuinbouwers. Sinds de afbouw van het Rampenfonds zal dit het vierde jaar zijn dat er beroep kan gedaan worden op een brede weersverzekering. Al blijkt het succes nog niet overweldigend te zijn. “Het systeem errond staat nog maar in zijn kinderschoenen en moet nog verbeterd worden”, aldus Arnold Rahier, verantwoordelijk voor de brede weersverzekering bij KBC. “Samen met de overheid, landbouworganisaties en de andere verzekeraars werken we aan een oplossing.”

27 april 2023  – Laatst bijgewerkt om 28 april 2023 8:58
Lees meer over:
hagel

Sinds 2020 kunnen land- en tuinbouwers niet meer geheel rekenen op een schadevergoeding van de overheid via het Vlaams rampenfonds wanneer ze schade lijden door extreme weersomstandigheden. De overheid bouwt het rampenfonds voor teeltschade af met een einde in 2025. Dit wil zeggen dat het fonds in een uitdovend scenario alleen nog tussenkomt voor niet-verzekerbare teeltschade, zoals overstromingen. Zo kreeg men in 2020 nog 48 procent van teeltschade terugbetaald, in 2024 zal dit nog maar 16 procent zijn. Dit zijn percentages mits het areaal reeds minimaal voor 50 procent verzekerd is, anders is de premie twee keer zo laag of helemaal niets. Tegen 2025 komt het rampenfondsverhaal aan zijn einde en staan boeren in de kou als ze door extreme weersomstandigheden hun teeltschade zien oplopen tenzij ze zich verzekeren via een brede weersverzekering.

Daarom worden landbouwers gestimuleerd om een verzekering af te sluiten bij een private verzekeraar. Hiervoor zette de Vlaamse overheid een subsidieregeling op om de weersverzekering betaalbaar te maken. Tot vorig jaar betaalde de Vlaamse overheid 65 procent van de totale verzekeringspremie terug aan de landbouwers. Dit jaar is de regelgeving ietwat anders en is het nog niet zeker hoeveel subsidie nieuwe instappers zullen krijgen voor de percelen die ze dit jaar willen verzekeren. Voor de landbouwers die vorige jaren een verzekering afsloten blijft het grootste verzekerde perceel gegarandeerd voor 65 procent gesubsidieerd.

Beperkt aandeel is verzekerd

Sinds het begin is de belangstelling in de brede weersverzekering onder landbouwers niet bijzonder groot geweest, mede omdat velen nog konden rekenen op het rampenfonds. Maar de populariteit vertaalt zich niet in stijgende cijfers nu het einde in zicht is van het rampenfonds. In 2020 had acht procent van de landbouwers een brede weersverzekering, vorig jaar was dit slechts zeven procent. Samen wordt tien procent van het areaal verzekerd. “Voor een termijn van drie jaar is dit niet slecht maar het blijft nog steeds een klein aandeel”, aldus Patricia De Clercq, secretaris-generaal van het Departement Landbouw en Visserij. Uit cijfers blijkt dat op vlak van areaalgrootte ruwvoederteelten zoals silomaïs het meest worden verzekerd. De fruitteelt scoort relatief dan weer zeer goed. In 2020 werd meer dan de helft van het fruitteeltareaal van appelen en peren verzekerd.

Netto-bruto

Afgelopen woensdag was er een voorlopig evaluatiemoment over de brede weersverzekering tijdens een hoorzitting van de Commissie Landbouw. In de hoorzitting werden de uitdagingen en aanbevelingen besproken samen met de landbouworganisaties en twee verzekeringsmaatschappijen die brede weersverzekeringen aanbieden.

Twee aanbevelingen die vaak terug kwamen, gingen over het schrappen van de verzekeringstaks van 9,25 procent voor de brede weersverzekering. Daarnaast werd ook aanbevolen om de landbouwer te laten kiezen tussen het betalen van de netto- of brutopremie. Bij de laatste keuze krijgt de landbouwer de subsidie pas achteraf terugbetaald. “Het grote bedrag dat landbouwers in één keer moeten betalen voor de verzekering is vaak een drempel”, zegt Mark Wulfrancke van het Algemeen Boerensyndicaat (ABS). “In Nederland is er reeds zo’n differentiatie in premie”, voegt Jan Schreuder van verzekeringsmaatschappij Vereinigte Hagel eraan toe. “We zagen een toename in deelname op het moment dat de landbouwers zelf konden kiezen om een netto- of brutopremie te betalen.”

Naast de vele aanbevelingen om de populariteit op te krikken van de brede weersverzekering werd de term klimaatadaptatie ook door iedereen aangehaald. Onder het motto “De beste verzekering, is diegene die je niet nodig hebt” haalde Wulfrancke aan dat er absoluut voor moet gezorgd worden dat landbouwers zich beter kunnen wapenen tegen weersinvloeden. “Ondernemers moeten eerst aan risicomanagement en klimaatadaptatie doen”, zegt Rahier. “Als dit gebeurd is, is het zinvol om te verzekeren.” In de hoorzitting stelde hij ook de vraag of het nuttig zou zijn om de subsidie van de premie te linken aan de graad waarop landbouwers hun bedrijf weerbaar hebben gemaakt tegen extreme weersomstandigheden.

Hitte- en zonnebrand

De problematiek rond de verzekering van hitte- en zonnebrand kwam ook ter sprake. Hitte- en zonnebrand kan worden opgenomen in de polissen van de verzekeringsmaatschappijen, maar door de Europese regelgeving kan de overheid hierop geen subsidies geven aan de landbouwers. Dit komt omdat de Europese Unie in 2014  hitte-en zonnebrand niet opgenomen hebben bij de zes ongunstige weersomstandigheden. “Door het opnemen van niet-gesubsidieerde zonnebrand in de verzekering, loopt de kostprijs van de polis voor de landbouwer op”, zegt François Huyghe van Boerenbond. “Samen met ABS werken we hieraan om binnen Europa wat soepelheid te bekomen.”

Er zijn nog geen garanties dat er ook na 2026 een subsidiesysteem wordt uitgewerkt zodat de brede weersverzekering betaalbaar blijft voor de landbouwers

Arnold Rahier - Verantwoordelijk voor de brede weersverzekering bij KBC.

Onzekerheid

De subsidie die vasthangt aan percelen die dit jaar verzekerd worden, is nog niet bekend en hangt af van het budget dat de overheid openstelt. Deze onzekerheid kan nieuwe instappers ook afschrikken. “Het budget dat voorzien is voor de subsidie, is een budget dat gedeeld wordt met de uitbetalingen van het rampenfonds. Er zal begroting-technisch moeten gekeken worden of we die 65 procent subsidie nog kunnen waarborgen”, legt De Clercq uit. Wanneer die garantie komt van de overheid, is niet geweten.

Voortbestaan

“De brede weersverzekering valt en staat met de subsidies”, legt Rahier uit. Er is geen wetgevende zekerheid dat de volgende regering ook subsidies aan de landbouwers zullen geven voor de brede weersverzekering. Daarnaast wijst hij ook op het feit dat de brede weersverzekeringen verlieslatend zijn en hierdoor verzekeringsmaatschappijen afhaken. Dit kan onder meer verholpen worden door een grotere deelname van een meer gedifferentieerde groep landbouwers zodat het risico voor de maatschappijen breder wordt. “Als er geen wetgevende zekerheid is en er geen winstmodel aan gekoppeld kan worden, is dit voor de verzekeringsmaatschappijen niet vol te houden”, aldus Rahier.

Positief ingesteld

De verantwoordelijke voor de brede weersverzekering bij KBC ziet de toekomst voor de brede weersverzekering alvast positief in: “Het systeem errond staat nog maar in zijn kinderschoenen en moet nog verbeterd worden. Maar het heeft nu al zijn nut bewezen. In 2022 kreeg zeven op de tien landbouwers die een verzekering genomen hadden, hun schade uitgekeerd.”

Landbouwers die geïnteresseerd zijn in een brede weersverzekering kunnen dit nog tot eind deze week doen. “30 april is de uiterlijke datum, er is geen verlenging van de periode zoals met de verzamelaanvraag”, benadrukt Rahier.

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek