VLAM legt beleidsmakers ambitieus plan voor de toekomst voor
nieuwsEen sterke reflex voor Vlaamse producten ontwikkelen, lespakketten die de positie van de boer en de prijsvorming van voedsel onder de aandacht brengen, Vlaanderen nog beter positioneren als hoogkwalitatieve en innovatieve productieregio van voedsel of de VLAM-data over consumentengedrag inzetten om beleidskeuzes te maken. Het zijn volgens Filip Fontaine, CEO van VLAM, maar enkele van de zaken waar VLAM de komende jaren aan kan bijdragen als de nieuwe Vlaamse regering dat nodig acht.
De afgelopen maanden hebben heel wat belangenorganisaties hun wensenlijstje voor de nieuwe regeringen voorgesteld. Nadat landbouworganisaties Boerenbond en ABS vorige week werden uitgenodigd door Vlaams formateur Matthias Diependaele (N-VA) belichten we de komende dagen en weken ook de ambities en verlangens van andere organisaties in de agrovoedingsketen.
Geen politiek memorandum voor het Vlaams Centrum voor Agromarketing (VLAM), maar wel een boekje met de visie en ambities voor de periode 2024-2030. “In dit document laten we zowel weten wat we willen verderzetten, want wat we doen, doen we goed. Maar er zijn ook ambities en plannen, zaken die we meer zouden kunnen doen in het kader van onze opdracht, mits extra financiering”, legt Fontaine uit. Een langetermijnstrategie dus met extra impactvolle zaken die VLAM kan realiseren als de beleidsmakers dat zouden willen.
VLAM vertrekt vanuit de visie dat land- en tuinbouw en visserij een belangrijke maatschappelijke en economische betekenis heeft in Vlaanderen. “Landbouw is geen hobby, maar economie. Het is serieuze business en zo benaderen wij het ook”, verdedigt Fontaine dat uitgangspunt. “Welke andere sector staat er vijf miljard in de plus op onze handelsbalans? Je zal er niet veel vinden.” Al ruim 30 jaar verzorgt VLAM de promotie van agrovoedingsproducten en is het een bruggenbouwer tussen de Vlaamse overheid en het bedrijfsleven. “Wij zijn experts in communicatie, zowel op vlak van B2C- als B2B-communicatie. Daarnaast zijn wij ook expert in public relations, consumententrends en media. Die expertise willen we ten dienste stellen van de sector”, klinkt het.

Binnenland
Lekker van bij ons-reflex
In het binnenland wil VLAM blijven inzetten op een lokale reflex voor producten van eigen bodem. Volgens Fontaine is de corebusiness van VLAM om bij elke Vlaming een gezonde voorkeur te installeren voor producten van bij ons. Het zet daarbij ‘Lekker van bij ons’ in. “We vertellen het verhaal achter het product en op die manier krijgt het product een gezicht, het gezicht van de lokale producent. Het helpt om de Vlaming en de landbouwer korter bij elkaar te brengen”, legt de CEO van VLAM uit. Ontwikkelingen op vlak van duurzaamheid, klimaatrobuustheid en nieuwe inzichten op gebied van voeding en gezondheid worden daarin meegenomen.
Vorige week was er nog goed nieuws in dat kader. "We hebben 500.000 euro extra gekregen van de Vlaamse regering om dit najaar al extra in te zetten op 'Lekker van bij ons' op radio en tv", laat Fontaine weten.
Kant-en-klare lespakketten
Wat VLAM vandaag nog niet doet, maar waar het wel een rol van betekenis zou kunnen spelen, is het ontwikkelen van lespakketten die eenvoudig zijn in te passen in de bestaande leerplannen. “We gaan dus geen vak landbouw doceren aan leerlingen, maar we willen wel afgewerkte gehelen aanbieden die in de eindtermen staan ingeschreven”, verduidelijkt Fontaine. Hij geeft daarbij het voorbeeld van de eindtermen economie waarin zaken als vraag en aanbod verwerkt zitten. “Dat kan je perfect illustreren met hoe de markt van landbouwproducten werkt. En zo zijn er nog tal van voorbeelden waar we mee aan de slag willen gaan om drukbezette leerkrachten te ontzorgen met afgewerkte pakketten.”

Korte keten
VLAM is ervan overtuigd dat het de band tussen landbouwers en consumenten kan versterken door de korte keten uit te breiden en robuuster te maken. “De korte keten zien we als een zeer brede term. Niet alleen hoeveverkoop, maar ook buurtsupers, boerenmarkten, buurderijen, voedselregio's, Voedselteams, enz. Ook de samenwerking van landbouwers met horeca en foodservice verdient meer aandacht”, aldus Fontaine. “We denken daarbij aan het integreren van lokale producten in restaurants of de catering voor evenementen.” Het online platform dat recent in leven werd geroepen, ‘Lekker van bij ons Connect’, moet die contacten gaan faciliteren. (LINK)
Daarnaast heeft VLAM ook heel wat marketingkennis over de consumenten en de korte keten. “We willen onze marktinzichten gaan delen met landbouwers in de korte keten zodat zij zich vraaggestuurd kunnen ontwikkelen of we kunnen hen praktische marketingtools aanbieden die ze kunnen inzetten voor hun eigen onderneming.” Volgens Fontaine kan dit landbouwers ondersteunen om te kiezen voor diversificatie, zonder dat schaalvergroting noodzakelijk is.
Streekproducten en bio
Al 20 jaar lang zet VLAM Vlaamse streekproducten in de kijker. “Met dit label laten we het Vlaams culinair erfgoed schitteren en stimuleren we lokaal ondernemerschap”, meent de VLAM-CEO. De marketingorganisatie wil de komende jaren nog meer inzetten op dit label om de consument te begeleiden naar een breder scala aan authentieke Vlaamse producten. Bovendien kan een Vlaamse erkenning ook een opstap zijn naar een Europese erkenning.
Europa heeft ambitieuze doelstellingen op vlak van biolandbouw naar voor geschoven. Nochtans stelt VLAM vast dat de consumptie niet altijd gelijke tred houdt met de productie. Vandaar dat het extra aandacht aan deze sector schenkt in zijn visie en ambities. Vandaag is er al de website allesoverbio.be die een cruciale rol speelt bij het informeren van de consument over biologische landbouw en voeding, maar VLAM wil daar nog sterker op inzetten. Daarnaast wil het ook zijn data en inzichten over de biomarkt uitbreiden zodat er meer inzicht komt in de groeitrends, marktvraag en consumentenvoorkeuren. Die informatie wil VLAM aanwenden om biologische boeren te begeleiden. “Het lijkt misschien een rare combinatie, bio en data driven, maar het kan wel zorgen voor meer rendement voor landbouwers die de omschakeling wagen”, benadrukt Fontaine.
Eiwittransitie
Naast het stimuleren van producten van bij ons wil VLAM ook nieuwe evoluties ondersteunen, zoals de eiwittransitie. “We kunnen deze transitie versnellen door middel van gerichte campagnes naar minder geïnteresseerde consumenten. Via voedingseducatie kunnen we hun kennis vergroten over voedingskeuzes en hun impact op de gezondheid en het milieu”, klinkt het. Volgens VLAM wordt vandaag te weinig de link gelegd tussen alternatieve eiwitbronnen en genieten, nochtans één van de belangrijkste drijfveren van de consument om al dan niet voor een product te kiezen.
Buitenland
Een andere belangrijke poot in de VLAM-werking is export. “Vlaanderen is een voedsel- en sierteeltregio die aan de top staat van Europa op gebied van kwaliteit, duurzaamheid en innovatie. Die faam willen we meer uitspelen naar het buitenland. Dat willen we doen door Vlaamse producten als hoogwaardig en traceerbaar te positioneren en door de troeven van de Vlaamse exporteurs, zoals korte levertijd, service en klantgerichtheid, in de kijker te zetten”, legt Fontaine uit.
Fresh from Flanders
Vandaag gebeurt de exportcommunicatie onder de koepel ‘Fresh from Flanders’ die vooral in een B2B-context wordt gebruikt. Dit communicatieconcept staat volgens VLAM nog in de kinderschoenen en moet verder uitgebouwd worden om op die manier Vlaanderen te promoten als hoogkwalitatieve, dynamische en innovatieve regio. Als de nodige budgetten er zijn, wil het hiermee op termijn dezelfde bekendheid bereiken als met ‘Lekker van bij ons’ in het binnenland.
Focus op Europa
VLAM wil de focus leggen op de Europese exportmarkt. Verdere markten wil het op vraag van en in overleg met exporterende bedrijven benaderen om minder gevraagde (neven)producten te valoriseren. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het vijfde kwartier bij het varken. “Binnen Europa willen we zowel op zoek gaan naar nieuwe markten als naar nieuwe marktsegmenten”, stelt Fontaine. “Vandaag hebben we al bijzonder veel kennis over de eigen consumenten. Onze consumentenkennis in het buitenland kan beter. Daarom willen we graag consumentenonderzoek over onze Europese kernmarkten aankopen om onze strategieën en communicatieplannen te verfijnen en bedrijven beter te begeleiden.”
Positie van de landbouwer
Hoewel de focus van VLAM op de producten ligt, weet de marketingorganisatie dat ook de landbouwer voldoende in beeld moet gebracht worden. “De landbouwprotesten hebben duidelijk gemaakt dat de boer op veel sympathie kan rekenen. Wij hebben daar ook een bevraging naar gedaan en daaruit blijkt dat ongeveer acht op tien Vlamingen begrip heeft voor de protestacties. “Landbouw is voeding is maatschappij”, klinkt het bij VLAM. “Op basis van data kunnen we de positie en de erkenning van de landbouwers meten en aansturen. Dat is bijzonder belangrijk”, meent Fontaine. Zoals eerder al gezegd, wil VLAM lespakketten voorzien die leerlingen inzicht geven in landbouw, het productieproces en de prijsvorming van voeding. Zo’n pakketten kunnen ook bedragen aan meer begrip voor de landbouwer.
Kenniscentrum
Vandaag besteedt VLAM al zo’n 750.000 tot 800.000 euro per jaar aan dataverzameling. “Die data geven ons inzicht in het consumentengedrag, de positionering van onze producten en de noden van mogelijke afzetmarkten. Deze data zijn dus een investering om onze werking op te bouwen”, klinkt het. Volgens VLAM is het ook mogelijk om deze objectieve data te gebruiken om beleidskeuzes te maken. Hij verwijst daarbij naar het Departement Omgeving dat recent heeft gevraagd om een tracking te doen over de eiwitshift: hoe evolueert het consumentengedrag rond plantaardige eiwitten? “We kunnen dit op veel meer vlakken doen en stellen onze expertise ook ter beschikking van de overheid en iedereen die een link heeft met landbouw, want met de ruwe data alleen kom je niet ver. Je moet ze ook analyseren en dat is waar wij bij VLAM goed in zijn”, benadrukt Fontaine.
Koken kost geld
Hij wijst er tot slot op dat de ‘Visie en ambities 2024-2030’ vooral een inspiratiedocument is. “Wij leggen hierin uit wat we nog extra kunnen doen, het is aan het beleid om de klemtonen te leggen. Maar dan moeten er ook extra budgetten worden voorzien. Als je het ons vraagt, is het verantwoord om daarin te investeren om nog meer impact te creëren”, beweert de CEO. Volgens hem creëert VLAM als privaat-publieke samenwerking tussen bedrijven en overheid al een hefboom van een factor zes ten opzichte van de dotatie van de Vlaamse overheid.
Bron: Eigen berichtgeving