Na 2,5 jaar ploegen door AER-procedures: erkenning voor Lely Sphere is officieel
nieuwsVoor het eerst sinds de oprichting van het huidig WeComV wordt een techniek voor melkvee toegevoegd aan de lijst van erkende ammoniakemissiereducerende stalsystemen (AER-lijst). Die primeur is voor de Sphere van de Nederlandse systeembouwer Lely. Maar die erkenning kwam er niet zonder slag of stoot: het traject duurde meer dan twee jaar en kende de nodige hindernissen. “Toen we ons dossier indienden, was het erkenningsproces nog helemaal nieuw. Niet alleen voor ons maar ook voor Vlaanderen zelf. Voor beiden was het nog zoeken”, aldus Lely.
Toen Lely het erkenningstraject voor de Sphere opstartte, keek de sector met grote interesse mee. Niet alleen vanwege de innovatie zelf, maar omdat het dossier gaandeweg de pijnpunten blootlegde in het erkenningsproces van AER-technieken in Vlaanderen. “Zowel de overheid als de systeembouwer hebben in dit parcours een gezamenlijk doel: werkbare technieken tot bij de boeren krijgen, en de beloofde werking en reductie garanderen. De weg hiernaartoe was zoeken en duurde veel langer dan we oorspronkelijk gedacht hadden. Maar we zijn er geraakt en zijn blij dat we onze techniek nu ook officieel in Vlaanderen kunnen introduceren”, duidt de Nederlandse systeembouwer die zich als eerste door de mallemolen worstelde.

Nederlandse metingen evenwaardig aan Vlaamse
Het Vlaamse parcours van Lely startte in maart 2023. Nadat de Sphere in Nederland erkend werd als gevalideerde techniek om ammoniakemissies te beperken, diende Lely een dossier in bij het Wetenschappelijk Comité Luchtemissies Veeteelt (WeComV) om ook een plek te krijgen op de Vlaamse AER-lijst.
Lely maakte daarbij gebruik van de wettelijk vastgelegde fastlane-procedure. Die laat WeComV toe om het meetprotocol waarmee de internationale techniek eerder erkend is geweest, als evenwaardig te beschouwen aan het Vlaamse meetprotocol, op voorwaarde dat het gaat om een regio binnen dezelfde biogeografische zone. Want naast bedrijfsvoering, speelt ook klimaat een rol bij het bepalen van de effectiviteit.
In het dossier van Lely beschouwde WeComV de Nederlandse meetprotocollen als evenwaardig. Daardoor moest de techniek niet opnieuw worden uitgemeten in Vlaamse stallen, wat een aanzienlijke tijd- en kostenwinst opleverde. Een techniek laten uitmeten in Vlaamse melkveestallen is immers niet vanzelfsprekend, zo bleek eerder uit een rondvraag.
Geen VIP-behandeling
Een fastlane is echter geen vrijgeleide. Evenwaardige meetprotocollen betekenen niet automatisch gelijke reductiepercentages, laat staan een onmiddellijke goedkeuringsstempel op het dossier. Dat maakt de procedureduur van twee jaar in het geval van Lely wel duidelijk. Fastlane-dossiers worden weliswaar sneller behandeld dan technieken die nog moeten worden uitgemeten, maar worden vervolgens onderworpen aan dezelfde grondige toetsing door WeComV.
Niet enkel wachten op WeComV
De lange doorlooptijd van Lely’s erkenningsdossier valt ook niet zomaar af te schuiven op WeComV. De acht wetenschappers van het comité, voor wie WeComV niet hun enige job is, leverden hun advies al in maart 2024 af. Maar met een WeComV-advies is een AER-dossier lang niet rond. De techniek moet nadien nog langs verschillende andere instanties voor beoordeling en goedkeuring.
Pas in januari 2025 kondigde Vlaams minister van Landbouw en Omgeving Jo Brouns (cd&v) de officiële goedkeuring aan van Lely. En ook toen was het dossier nog niet helemaal afgerond. Zo moest het onder meer ook nog door de Europese molen, wat opnieuw enkele maanden in beslag nam. Uiteindelijk werden alle technische en juridische stappen genomen en staat de Lely Sphere sinds juli officieel op de Vlaamse AER-lijst.
Officiële toelating en impact
De Sphere haalt in de stal gemiddeld tot 77 procent ammoniakreductie en kreeg een emissiefactor van drie kg ammoniak per dierplaats per jaar, voor melk- en kalfkoeien ouder dan twee jaar. Met de toelating kunnen de veehouders de emissiereductie ook laten gelden voor hun PAS-referentie 2030, het emissieplafond dat vanaf eind 2030 van kracht wordt. De toelating opent ook de deur naar financiële steun van het VLIF. In sommige gevallen kan er tot 80 procent steun aangevraagd worden.
“Onze landbouwers willen hun steentje bijdragen aan een duurzame toekomst. Door deze innovatie op te nemen in het regelgevend kader geven we landbouwers rechtszekerheid, perspectief én moedigen we hen aan om te investeren in circulaire en emissiearme technieken”, aldus minister Brouns. “We zijn bovendien volop aan het werken om nog meer technieken op de AER-lijst te plaatsen.”
Ook landbouworganisatie Boerenbond reageert tevreden op de uitbreiding van de lijst: “Melkveehouders krijgen hierdoor meer keuzevrijheid om te investeren in technieken die het best bij hun bedrijf passen. We hopen op een snelle erkenning van bijkomende technieken.”
Zolang het meetbaar is en bijdraagt aan de reductie van stikstof, geven we ruimte aan innovatie
Hoop op meer technieken
Of Lely het pad enigszins heeft geëffend voor anderen, moet nog blijken. Volgens Brouns is de erkenning van de Lely Sphere alvast een sterk signaal van Vlaanderen: “We willen ruimte geven aan innovatie, zolang die meetbaar bijdraagt aan de reductie van stikstof. Ik roep landbouwers en sectororganisaties dan ook op om verdere innovatieve technieken aan te dragen, zodat we de AER-lijst blijven uitbreiden met oplossingen die echt werken op het terrein.”
Waarborg effectiviteit op lange termijn?
De erkenning van de Lely Sphere valt gelijktijdig met het nieuwe WeComV-advies om de reductiepercentages te verlagen van vloersystemen die al enkele jaren op de lijst staan voor melk- en kalfkoeien ouder dan twee jaar. Volgens het comité moeten die reductiepercentages ‘conservatiever worden ingeschat’, wegens de onzekerheid rond de goede werking van de systemen op lange termijn.
Ook de Sphere werd in dat debat meegenomen. WeComV benadrukte in zijn advies dat opvolging van de technische werking onder langdurige praktijkomstandigheden cruciaal blijft om de beloofde reductie te helpen borgen. Hoewel het comité in datzelfde advies uiteindelijk een emissiefactor vaststelde van 3kg ammoniak, kwam het Administratief Team (AT) enkele maanden later met een eigen boodschap aan de minister, waarin opgeroepen werd om dit reductiepotentieel niet toe te kennen, vanwege de onzekerheid op lange termijn.
Toch kreeg de Sphere groen licht, mét de aanbevolen factor van WeComV. “We hebben aan alle instanties kunnen aantonen dat we de effectiviteit kunnen borgen. De Sphere is een actief systeem met veel sensoren en controlepunten die bijhouden of het functioneert zoals het hoort”, aldus Lely.
Dat bevestigt ook Brouns in zijn persbericht: “Er wordt voorzien in een sluitend monitoringsysteem via elektronische registratie, zodat de goede werking van de techniek in de praktijk gegarandeerd wordt.”

Juridisch getouwtrek blijft mogelijk
Toch blijkt niet iedereen overtuigd te zijn. Volgens milieuorganisatie Dryade is de erkenning juridisch niet sluitend, zo staat te lezen in een persbericht. “Het ministerieel besluit waarmee Lely Sphere erkend werd, is mogelijk juridisch onhoudbaar omdat een effectbeoordeling ontbreekt”, schrijft de ngo. “Volgens de wetgeving moet een maatregel daarnaast erkend worden via een Vlaams regeringsbesluit in plaats van een ministerieel besluit. Als de Raad van State dit vernietigt, blijven landbouwers achter met een dure investering zonder garanties.”
Volgens Dryade is de techniek ook technisch onzeker omdat er geen bewijs is dat de prestaties in Vlaamse melkveestallen standhouden. Lely weerlegt dat: “De prestaties werden in Nederland uitvoerig getest met een meetprotocol dat WeComV als evenwaardig acht als de Vlaamse. Vanzelfsprekend is geen enkele melkveestal gelijk. Maar daar is ook rekening mee gehouden bij de Nederlandse metingen, door in meerdere stallen met alle eigen en verschillende kenmerken te meten. Bovendien wordt het systeem alleen geïnstalleerd in stallen die voldoen aan de criteria die zijn vereist voor juiste werking.”
Ook parlementslid Andy Pieters (N-VA) spaart zijn kritiek niet. Volgens hem heeft de minister het advies van experten genegeerd en dreigt de erkenning nog juridisch aangevochten te worden, zo waarschuwt hij.
Landbouwers denken volgens het N-VA-parlementslid best twee keer na voor ze veel geld investeren in de techniek. "Het is evident dat innovatie cruciaal is voor onze luchtkwaliteitsdoelen", aldus Pieters, "maar we mogen ons niet blindstaren op technieken als hun goede werking door experten in vraag wordt gesteld." Het parlementslid vreest ook dat milieuorganisaties de erkenning nog juridisch zullen aanvechten.
Minister Brouns reageert dat de erkenning van de Lely Sphere het resultaat is van een grondige toetsing aan de Vlaamse normen voor ammoniakreductie.
Hoe kan de Sphere een driedubbele reductie bereiken in vergelijking met andere technieken?
Waar de meeste systemen in melkveestallen momenteel een ammoniakreductie van 25 procent hebben, behaalt de Lely Sphere gemiddeld 77 procent. Die reductie is het resultaat van een combinatie van technieken die de uitstoot in de stal beperken: het frequent verwijderen van mest op de roostervloer, het grotendeels afsluiten van de kelder en het ondergronds afzuigen van gassen, die vervolgens worden gezuiverd via een chemische luchtwasser.
Om mest en urine zo veel mogelijk gescheiden te houden, zijn in de roostervloer urineafvoergaatjes aangebracht. De vaste mest en het resterende deel van de urine dat op de vloer achterblijft, wordt verwijderd door een mestrobot met een sproeisysteem.

Bron: Eigen berichtgeving