Dubbele hoorzitting leefbaarheid landbouwsector: "Voor voedsel werkt de vrije markt niet”

De boer en zijn inkomen stonden centraal in de Kamercommissie Economie van het federaal parlement afgelopen dinsdag. Op basis van Europese data werd voor beleidsmakers verduidelijkt dat het voor vele landbouwers niet ongewoon is om 30 procent of minder te verdienen dan een gewone loontrekkende. “Als we naar het aandeel kijken van de primaire productie (de landbouwer) in de voedingsketen, zien we dat slechts 11 procent van de totale waarde van de keten naar de landbouwer terugvloeit”, sprak Brigitte Misonne van de Europese Commissie. “Terwijl gemiddeld in Europa 26 procent van de keten terugvloeit naar de landbouwers.” Handelsfederatie Comeos waarschuwde echter om niet ondoordacht maatregelen te nemen om het inkomen van landbouwers te verhogen, gezien mogelijke ‘neveneffecten’ voor de economie.

14 maart 2024  – Laatst bijgewerkt om 14 maart 2024 21:33 Ruben De Keyzer
wortelen-oogst-bontje-korteketen-1280

Actueler kon het thema niet zijn. Toch werd er gesproken voor een relatief lege zaal. “Het thema is uitermate belangrijk, maar ik verneem dat er aardig wat verkeersdrukte is door acties”, sprak Peter De Roover (N-VA), één van de weinigen die bij het begin van de zitting aanwezig was. “Ik hoop dat een aantal collega's de weg naar de zaal zullen vinden, maar die zitten waarschijnlijk vast in één of andere file.”

Slechte verdieners

In de vergadering werden onder meer de Europese Agri-food data onder de loep genomen, waaruit bleek dat de inkomens van de landbouwers in België in 2022 gestegen zijn tegenover 2021. Op zich goed nieuws, maar ze blijven beduidend lager dan de inkomsten in andere sectoren. In de landbouw fluctueert het inkomen sterker dan in de meeste andere sectoren door de sterke afhankelijkheid van weers- en prijsschommelingen. Wanneer men de totale omzet van een landbouwer aftrekt van zijn kosten, zien we schrijnende cijfers.

grafiek landbouwinkomen eurostat

Waar veel zelfstandigen het moeten stellen met 'de bluts en de buil', spreken we in de landbouw over 'de bluts en de kuil'. Zelfs in een goed jaar verdient de gemiddelde landbouwer niet meer dan de gemiddelde loontrekkende. Zeker in België zien we de cijfers sterk fluctueren, maar goed zijn ze nooit. In het gouden jaar 2007 bedroeg het inkomen van de gemiddelde Belgische landbouwer slechts 76 procent van het gemiddelde Belgische salaris. Kan het erger? Jawel. In de slechtere jaren, en die waren het afgelopen decennium niet zeldzaam, verdient een landbouwer voor zijn werk slechts de helft of minder van wat de gemiddelde Belg verdient.

Het gemiddelde inkomen in de EU komt uit een nog dieper dal, al zien we er meer regelmaat dan in de Belgische cijfers. Over het algemeen is er zelfs een stijgende lijn. Het landbouwinkomen in de EU bedroeg 31 procent van het gemiddelde loon in 2005, en is gestegen tot 65 procent in 2022. Een positieve trend, maar eigenlijk nog steeds erg weinig.

En in realiteit is het voor velen nog erger. Landbouwvereniging FUGEA merkt op dat de mediaan een correcter beeld schetst dan het gemiddelde. Door het hanteren van de mediaan kijk je eerder naar het échte doorsneebedrijf. De boerderij van Jan of Jeanne met de pet. De uitzonderlijk grote spelers zouden anders het beeld kunnen vertekenen, met een gemiddeld looncijfer dat beduidend hoger ligt dan wat het overgrote merendeel van de landbouwers verdient.

Niet alle sectoren gelijk

Een kleine kanttekening: niet alle sectoren zijn gelijk. Het landbouwrapport 2024 toonde eerder al een aanzienlijk verschil tussen landbouw en tuinbouw. Terwijl een loontrekkende in 2021 gemiddeld 48.595 euro verdiende, bedroeg het gemiddeld arbeidsinkomen per familiale arbeidskracht (FAK) op een tuinbouwbedrijf 84.100 euro. Bij de landbouwbedrijven bedroeg de pot datzelfde jaar slechts 33.700 euro per FAK. Ruim 30 procent lager dan het inkomen van een loontrekkende, dus.

De positie van de Belgische landbouwer verschilt ook sterk met het Europees niveau. "Er zijn jaren waar de Belgische landbouwers eigenlijk een betere positie hebben dan de andere economische spelers, terwijl dat op Europees niveau minder het geval is”, duidt Misonne. “Een tweede vaststelling is dat de totale waarde van de Belgische landbouwproductie is toegenomen, maar dat geldt niet voor alle sectoren. Er is een daling in de waarde voor de productie van graangewassen, terwijl er een stijging is voor bijvoorbeeld varkensvlees en eieren.”

Ook niet onbelangrijk zijn de kostprijzen voor de boeren. “De kostprijzen energie, voeding en dieren zijn gedaald in 2023, maar wel gestegen voor zaden en pesticiden”, sprak Misonne in de Kamer.

Klein deel van de koek

Tot slot toonde Misonne dat de landbouwer slechts een klein deel van de koek krijgt in de hele voedingsketen. Slechts 11 procent van de totaal geproduceerde waarde vloeit terug naar de landbouwer, terwijl het Europese gemiddelde op 26 procent ligt. “Dat toont wel aan dat de debatten en de beslissingen die later genomen zullen worden voor de herwaardering voor de landbouwers, belangrijk zullen zijn”, zegt Misonne.

grafiek Eurostat ketenwaarde boer

Handelsfederatie Comeos riep echter op tot voorzichtigheid. Hoofd Economische Zaken Wim Van Edom somde verschillende aandachtspunten op, zoals de grensoverschrijdende handel, het risico op voedselverspilling of het risico op de import van buitenlandse producten. Hij riep ook op tot meer steun gezonde voeding, aangezien de prijs nog steeds het belangrijkste criterium is voor de consument.

"De consument betaalt te weinig voor zijn voedsel", aldus Van Edom. "Het aandeel van de uitgaven voor voeding is gedaald van 28 procent in de jaren '70 tot 14 procent vandaag", benadrukte hij. "Ik vrees dat de consument gewend is geraakt aan de lage prijzen." Hij verwees naar een Nederlandse studie waaruit blijkt dat er bij consumenten weinig enthousiasme is voor biovoeding. "Consumenten zijn niet bereid om hogere prijzen te betalen. Zeggen dat een product bio en duurzaam is, is niet voldoende."

De consument betaalt te weinig voor zijn voedsel

Wim Van Edom - Comeos

Professor bio-ingenieurswetenschappen aan de UCLouvain Philippe Baret nuanceerde de uitspraken en riep op tot een grotere transparantie over de marges. Zo toont een Franse studie aan dat de marges van de distributeurs tussen 2001 en 2022 met 188 procent gestegen zijn, en met 64 procent bij de agrovoedingsbedrijven, terwijl die voor de boeren met 4 procent zijn gedaald. Volgens hem zijn de lage prijzen ook "een marketingstrategie binnen een concurrentielogica tussen de distributeurs" en niet alleen het resultaat van wat de consument wil.

"De protesten hebben iets losgeweekt"

Landbouworganisatie Boerenforum blikt alvast tevreden terug op de afgelopen hoorzitting. “De protesten hebben iets losgeweekt op het federale niveau en dat is terecht. De eerlijke prijs garanderen voor de producten uit de primaire sector is momenteel een federale materie en moet daar worden behandeld”, klinkt het.

Samen met de Waalse FJA en FUGEA, samen met de Verenigde Jonge Landbouwers twee van de protagonisten bij de recente boerenprotesten, heeft Boerenforum een blok gevormd om eerlijke prijzen voor de boeren af te dwingen. “Onze houding was over de hele lijn begripvol ten aanzien van de complexiteit van de materie, maar tegelijk keihard”, vervolgt Tijs Boelens. “Het enige wat we daarvoor moesten doen was tonen hoe de vork aan de steel zit. In 60 procent van de landbouwbedrijven voelen we dat het economisch heel moeilijk is en de cijfers die momenteel voorradig zijn binnen het huidige Prijzenobservatorium dekken de lading niet.”

In 60 procent van de landbouwbedrijven voelen we dat het economisch heel moeilijk is

Boerenforum

Om de markt beter op te volgen, pleit Boerenforum voor een versterking van het Prijzenobservatorium. Zij analyseren diverse sectoren, maar de dienst zou een tekort hebben aan middelen en werkkrachten. Peter Van Herreweghe, de directeur van het Prijzenobsevatorium, riep dinsdag op tot extra middelen en personeel voor zijn dienst als de taken ervan worden uitgebreid. Het Observatorium, dat vandaag zes voltijdse equivalenten telt, zal volgens het akkoord moeten optreden als er drempels worden overschreden in het kader van het vastleggen van de prijzen. Daarnaast is er in wetsvoorstellen die behandeld worden in de kamer sprake van de rol en de versterking van het Prijzenobservatorium.

Volgens Van Herrewege is voor een versterking van het Prijzenobservatorium een aanpassing van de wet nodig. Sinds de opschorting van een koninklijk besluit van 1993 kan het namelijk zelf geen prijsgegevens meer verzamelen. "We hebben nood aan samenwerking met de spelers in de keten. We hebben goede contacten, maar het zou goed zijn om een wettelijk kader te hebben om zelf gegevens op te vragen."

Meer data, betere data

Boerenforum is het ermee eens dat het Observatorium meer middelen moet krijgen om zijn werk te doen. “De federale overheid moet deze dienst voorzien van voldoende middelen én er moet werk worden gemaakt van een zeer performant team dat de prijzen in de primaire sector moet opvolgen.” klonk het tijdens de hoorzitting. “Dit moeten zeer weerbare mensen zijn die met hun voeten ìn de landbouwsector staan en de verhalen op het terrein goed aanvoelen.”

Eén groot voordeel voor de versterking van het Prijzenobservatorium is de expertise die de voorbije tien jaar werd opgebouwd binnen de “European Milk Board” – EMB in de volksmond. “Jaarlijks brengen zij een rapport naar buiten waar per lidstaat de melkprijs wordt geëvalueerd. Niet alleen de productiekost maar ook de kost van de arbeid wordt in de berekeningen meegenomen. Op die manier weet je wat de minimumprijs is voor het gemiddelde melkveebedrijf in België”, meldt Boerenforum.

“Voor voedsel werkt de vrije markt niet”

Andere good practices werden teruggevonden bij adviseurs en producentenorganisaties die in de prijsberekening ook de klimaatrisico's verwerken. Boelens was op dit vlak duidelijk: “Gezien de toegenomen risico's op uitzonderlijke droogte, hagelbuien en heftige regenval die het gevolg zijn van de klimaatsverandering is het van belang om ook met deze risico's rekening te houden bij het berekenen van de prijs. Een private weersverzekering alleen dekt de risico's niet voldoende en de huidige prijzen gaven boer(inn)en niet de mogelijkheid om in het geval van eventuele misoogsten de financiële kater te dekken.”

De landbouwproductie heeft een zeer beperkte flexibiliteit en 'goede oogsten' leidden dan tot 'slechte prijzen'. Dat zorgt niet voor een stabiele landbouwmarkt en daar is ook de consument de dupe van

Boerenforum

Hoewel er in de voormiddag nog gewag werd gemaakt dat de landbouwprijzen door de markt moeten worden gestuurd, is Boerenforum het daar grondig mee oneens. “De landbouwproductie heeft een zeer beperkte flexibiliteit (de wet van King) en 'goede oogsten' leidden dan tot 'slechte prijzen'”, klinkt het. “Dat zorgt niet voor een stabiele landbouwmarkt en daar is ook de consument de dupe van”, klonk het bij Boerenforum. “Bovendien worden 'goede prijzen' meteen onderuitgehaald door multinationale ondernemingen actief op wereldmarkt. Hierdoor gaan die grote bedrijven met enorme winsten lopen. En houdt de boer er vaak niets aan over.”

Optimisme

Boerenforum is alvast optimistisch over toekomstige beleidskeuzes. “We trokken naar deze hoorzitting hopend op een versterking van het huidige Prijzenobservatorium en die buit lijkt binnen. Wij werken achter de schermen nu al aan een taskforce die het huidige Prijzenobservatorium kan versterken. Dat zijn de mensen uit de sector die voor het berekenen van de landbouwprijzen uit het goede hout gesneden zijn. Competent, down to earth en strijdvaardig.”

Vlaamse boer is geen subsidieslurper én bij de productiefste van Europa
Uitgelicht
De Vlaamse landbouwer is minder afhankelijk van Europese subsidies, en is tegelijk productiever. Dat blijkt uit LARA, het tweejaarlijkse landbouwrapport van de Vlaamse overhei...
20 februari 2024 Lees meer

Bron: Eigen berichtgeving, Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek