FAO: voedselketen goed voor 20 procent van Belgische CO2-uitstoot

Ons voedsel is verantwoordelijk voor bijna een derde van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Nieuwe cijfers van de FAO tonen het groeiende aandeel van de voedselketen en grote regionale verschillen.

9 november 2021  – Laatste update 10 november 2021 9:01

De voedselketen in de brede zin– dus verwerking, verpakking, transport, verkoop, huishoudelijke consumptie, afvalverwerking en de productie van kunstmest – is goed op weg om een grotere bron van CO2-uitstoot te worden dan ontbossing en de eigenlijke voedselproductie. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de FAO.

In de ontwikkelde landen is vandaag al meer dan de helft van de uitstoot van het voedselsysteem niet gerelateerd aan de landbouw of veranderd landgebruik. In de ontwikkelende landen is die uitstoot op drie decennia meer dan verdubbeld. In België gaat het volgens de FAO-cijfers over 41,6% van de emissies die op de boerderij gebeuren, terwijl 58,4% van de uitstoot in de andere schakels van de voedingsketen gebeurt. Het totale aandeel van ons voedsel in de Belgische uitstoot ligt rond de 20%, of ruim dubbel zoveel dan het aandeel van de landbouwsector.

agrifood1

Francesco Tubiello, hoofdonderzoeker van de FAO, benadrukt dat de bevindingen grote gevolgen hebben voor het bepalen van het klimaatbeleid van nationale overheden: “Tot vandaag wordt de focus vooral gelegd op het verminderen van andere broeikasgassen dan CO2, zoals methaan en lachgas, in de landbouw en op veranderd landgebruik zoals ontbossing.”

Globaal wijst de FAO 16,5 gigaton aan CO2-equivalenten toe aan onze voedselvoorziening. 7,2 gigaton is afkomstig van alle processen op boerderijen, 3,5 gigaton komt van veranderd landgebruik en nog eens 5,8 gigaton komt van alle processen in de toeleveringsketen. Puur op basis van CO2-uitstoot is de toeleveringsketen vandaag al de belangrijkste bron van emissies. In de landbouw zijn het vooral kortlevende, maar krachtige broeikasgassen zoals methaan die voor het grootste deel van de uitstoot zorgen. Ook het aandeel van lachgas is belangrijk. CO2 uit fossiele verbranding blijft accumuleren in de atmosfeer.

agrifood2

De belangrijkste inviduele bron van CO2-uitstoot in 2019 was nog altijd ontbossing, met bijna 3 gigaton aan CO2-equivalenten. Daarna kwamen de enterische emissies van herkauwers met 2,83 gigaton CO2-equivalenten, mest van vee (1,31 gigaton), consumptie van huishoudens (1,3 gigaton), verwerking van voedselafval (1,3 megaton), gebruik van fossiele brandstoffen in de landbouw (1,2 gigaton) en de retailsector (0,9 gigaton).

Terwijl de ontbossing afneemt en de enterische emissies van vee maar een beperkte stijging laat noteren, is de uitstoot van Fluor-gassen, een van de krachtigste broeikasgassen dat gebruikt worden bij koelingen, met een factor zeven gestegen sinds de Jaren 1990.

agrifood3

Ook tussen de continenten bestaan grote verschillen. In Azië is de impact van voedselvoorziening het grootst, in Noord-Amerika en Europa is ze juist het kleinst. Zowel in Zuid-Amerika als in Afrika is een veel groter aandeel van de uitstoot afkomstig van veranderd landgebruik, terwijl dat in het rijke Westen bijna niets meer is. Op niveau van de nationale staten is er nauwelijks verandering van landgebruik in China, India, Pakistan, Rusland en de VS. In landen als Brazilië, Indonesië en Congo blijft het één van de belangrijkste oorzaken van uitstoot.

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek