Europese consument wantrouwt info over voeding, maar vertrouwt de boer
nieuwsVeel Europese consumenten vinden het moeilijk om betrouwbare informatie over voeding te onderscheiden van misleidende bronnen. Uit het EIT Food Consumer Observatory 2024 Trust-rapport blijkt dat artsen en wetenschappers als meest geloofwaardige informatiebronnen worden beschouwd, terwijl retailers, voedselverwerkers en autoriteiten minder vertrouwen genieten. Tegelijkertijd is gezondheid de belangrijkste drijfveer achter veranderende eetgewoonten, terwijl duurzaamheid een minder grote rol speelt. Boeren genieten het meeste vertrouwen binnen de voedselketen.
Gezondheid speelt een grotere rol dan duurzaamheid bij voedselkeuzes, dat blijkt uit de jaarlijkse TrustTracker-studie van het European Institute of Innovation and Technology (EIT). Uit het onderzoek, waarbij consumenten uit 18 verschillende landen werden ondervraagd, blijkt dat 51 procent van de respondenten gezonder wil eten, terwijl maar 9 procent duurzaamheid de belangrijkste reden vindt om zijn eetgewoonten aan te passen. Slechts 12 procent vindt betaalbaarheid de belangrijkste factor.
Consumenten hebben het meeste vertrouwen in boeren binnen de voedselketen. Dit vertrouwen steeg naar 67 procent in 2024, een stijging van 2 procent vergeleken met het jaar ervoor. Retailers (57%), voedselverwerkers (47%) en voedingsautoriteiten (46%) krijgen minder vertrouwen. Bovendien zegt 45 procent van de Europeanen niet goed te weten of ze betrouwbare informatie van onbetrouwbare informatie over voedsel kunnen onderscheiden.
Consumenten die gezonder willen eten, denken vooral aan minder vet (57%), minder suiker (61%) en minder sterk bewerkt eten (59%). Daarnaast zegt 18 procent geen dierlijke producten te eten, en wil 25 procent minder dierlijke producten consumeren. Toch geeft 31 procent van de respondenten aan dat het huishoudbudget een belemmering vormt om de eetgewoonten aan te passen. Voor 27 procent is het moeilijk om oude gewoonten te doorbreken.
Vertrouwen in het voedselsysteem
Het onderzoek richtte zich voor het eerst op verschillende partijen in het voedselsysteem. De deelnemers werd gevraagd in hoeverre zij deze partijen vertrouwen en waarom wel of niet. Sofia Kuhn, directeur Public Insights and Engagement bij EIT Food, merkt op dat consumenten moeite hebben met het inschatten van de betrouwbaarheid van informatie over voeding. “Hoe kunnen we van consumenten verwachten dat ze hun gedrag veranderen als ze niet de juiste informatie hebben?”
Boeren krijgen het meeste vertrouwen met 67 procent van de respondenten die hen waarderen om hun transparantie, duurzaamheid en integriteit. Dit vertrouwen wordt versterkt dankzij directe verkoop en de focus op lokale herkomst, maar wordt wel verminderd door zorgen over industriële landbouwpraktijken, vervuiling en dierenwelzijn.
Het vertrouwen in retailers daalde licht naar 51 procent. Positieve factoren, zoals een goede reputatie, hygiëne, betaalbaarheid en lokaal ingekochte producten, dragen bij aan het vertrouwen, terwijl winstbejag en hoge prijzen het vertrouwen juist ondermijnen.
Het minste vertrouwen (46%) wordt gegeven aan voedselveiligheidsautoriteiten. De autoriteiten worden beoordeeld op de strengheid van hun normen en of zij in het algemeen belang handelen, maar worden vaak bekritiseerd vanwege vermeende corruptie en het behartigen van bedrijfsbelangen.
Boeren krijgen minder vertrouwen als het gaat om informatie over gezondheid of duurzaamheid. Het vertrouwen van consumenten daalt naar ongeveer 50 procent en 47 procent voor deze onderwerpen. Retailers, overheden en restaurants of cateraars worden zelfs door slechts 30 procent van de respondenten vertrouwd als bronnen van informatie over de gezondheid en duurzaamheid van voedsel.
Artsen en wetenschappers krijgen groot vertrouwen
Artsen en wetenschappers worden wel als degelijke bronnen gezien. Dit is niet verrassend, want consumenten kijken voor betrouwbare informatie over gezondheid en duurzaamheid vaak verder dan de partijen in de voedselketen. Artsen en gezondheidswerkers worden het meest geloofd als het gaat om gezonde voeding, met twee derde (66%) van de consumenten die hen volledig of grotendeels vertrouwen. Wetenschappers en academici staan bovenaan als het gaat over info over duurzame voeding, met 57 procent van de consumenten die hen volledig of grotendeels vertrouwen.
Laag vertrouwen in de media
Een opvallend gegeven is dat minder dan een vijfde van de consumenten gelooft dat de media, zoals kranten, tijdschriften en televisie, betrouwbare informatie geven over de gezondheid en duurzaamheid van voedsel.

Minder open voor innovatie
Een laatste opvallend gevolg van deze ontwikkelingen is dat Europeanen minder openstaan voor innovatief voedsel. In een jaar tijd is het percentage Europese consumenten dat bereid is om nieuwe voedselinnovaties te proberen, gedaald van 34 procent naar 28 procent. Er is een duidelijk verschil tussen respondenten met laag en hoog vertrouwen: slechts 16 procent van de mensen met weinig vertrouwen is bereid nieuwe producten te proberen, terwijl 38 procent van de mensen met veel vertrouwen dat wel zou doen. Hoe nieuwer de innovatie, zoals kweekvlees of 3D-geprint voedsel, des te lager de bereidheid om het te proberen.
Het rapport wijst op een duidelijke uitdaging: het herstellen van het vertrouwen in de voedselketen en het beter informeren van consumenten. Dit vereist samenwerking tussen boeren, fabrikanten, retailers en beleidsmakers. Meer transparantie en samenwerking binnen de voedselketen zijn essentieel om het vertrouwen van consumenten te herstellen en gezondere en duurzamere eetgewoonten te bevorderen, zo klinkt het nog.
In samenwerking met: Foodlog.nl