Limburg onderzoekt troeven van vezelhennep voor landbouw-, maak- en bouwsector
nieuwsProvincie Limburg wil de ontwikkeling en de lokale verankering van composieten gemaakt van vezelhennep versnellen. In het onderzoeksproject Hemp2Comp wordt de landbouwsector ingezet om de Limburgse bouw- en maakindustrie verder te transformeren aan de hand van hennep. “Limburg staat bekend om zijn krachtige bouwsector en maakindustrie. Die kracht kan je alleen maar bewaren als je vooruitkijkt en producten en processen voortdurend probeert te verbeteren”, aldus Tom Vandeput, gedeputeerde voor Economie.
Het winnen, transporteren, zuiveren en verwerken van grondstoffen en materialen draagt rechtstreeks bij aan de opwarming van de aarde. Zo is de bouwsector in Europa goed voor 40 procent van de totale CO2-uitstoot. Het is echter een uitdaging om materialen te vinden die zowel duurzaam als functioneel zijn. “Door hun sterkte en lage gewicht zijn composietmaterialen erg interessant voor de bouw- en maakindustrie, maar de hoge milieu-impact tijdens de productie en de beperkte mogelijkheden voor recyclage en hergebruik maken composieten niet echt duurzaam”, laten de projectmedewerkers van Hemp2Comp (hemp to composites) weten. “Het gebruik van hennepvezel in plaats van conventionele vezels biedt een mogelijkheid om deze knelpunten weg te werken.”

Iedereen aan boord
“Wanneer over de sectoren heen wordt samengewerkt, ontstaat er een synergie die leidt tot innovatie, efficiëntie en economische groei”, reageert Vandeput. Binnen Hemp2Comp leggen daarom 16 partners zich toe op de ontwikkeling van biocomposietproducten die bestaan uit lokaal geteelde vezelhennep en biobased harsen vervaardigd uit organische reststromen. Het koolstofneutrale resultaat wordt vervolgens getest in tal van toepassingen zoals akoestische panelen, raamprofielen en laadpalen. “Heel wat producten die gebaseerd zijn op petrochemische basis zoals carbon- en glasvezels, kunnen verduurzaamd worden door het gebruik van hennepvezels”, luidt het.
Het project wordt gesteund door de Europese Unie met een subsidie van 1,8 miljoen euro, waarbij provincie Limburg dit budget nog verder uitbreidt met zo' n 400.000 euro.
Binnen het project worden ook proefvelden aangelegd om een optimalisatie van de hennepteelt te onderzoeken, en wordt een regionale hennepvezelketen opgebouwd. Om de telers op vlak van teelttechniek en ketenontwikkeling de beste kansen te geven, is ook het Limburgse praktijkcentrum gespecialiseerd in akkerbouw, gekend als PIBO-campus in Tongeren en het proef- en vormingscentrum voor de landbouw (PVL) in Bocholt actief betrokken in het project. Een grootschalige teelt van hennep zou heel wat voordelen kunnen betekenen voor de Limburgse landbouw volgens Damien Xhonneux, coördinator van PIBO Campus. “De teelt vergt weinig bemesting, geen gewasbescherming en vraagt weinig irrigatie in drogere omstandigheden. Verder helpt het wortelstelsel van de hennepplant ook om structuurproblemen in de bodem op te lossen”, aldus Xhonneux. “Daarnaast kan hennep ook veel koolstof opslaan.”
(Bouw)bedrijven die duurzaamheid hoog in het vaandel dragen, zouden bij de overstap naar henneptoepassingen deze positieve ecologische en milieukundige effecten ondersteunen en stimuleren. "Door deze biobased grondstoffen lokaal te voorzien, verankeren we ook de financiële meerwaardecreatie binnen onze regio. Het is dan ook cruciaal om zowel landbouwers, bouwbedrijven en de maakindustrie te overtuigen meer in te zetten op biobased grondstoffen, beginnende bij hennepvezels”, concludeert Xhonneux.
Oogst
Op het veld van landbouwer en schepen in Peer Dirk Colaers is ondertussen de eerste hennep binnen het project vorige week geoogst. Daarvoor moest een speciale dorser uit Normandië worden overgebracht. “Zo'n machines worden in Vlaanderen wel al beperkt geproduceerd, maar de meeste gaan naar Frankrijk waar deze teelt al is ingeburgerd en de vraag nu heel groot is", legt Maxime Versluys, projectcoördinator uit aan Het Belang van Limburg. "De oogst zal nog een viertal weken op het veld blijven liggen. “Om te roten, een soort rotproces waarbij de vezels van een meter lang loskomen. Die worden dan verwerkt op een vlasverwerkingslijn om daarna composiet van te maken."

Bron: Het Belang van Limburg / Eigen berichtgeving