Landbouwinkomens herstellen zich na jaar met torenhoge productiekosten

Het gaat de goede kant uit met de inkomens in de landbouw. Zo blijkt uit de eerste ramingen van statistiekbureau Statbel. Nu de torenhoge productiekosten van 2022 over hun piek zijn, is de toegevoegde waarde, de totale opbrengst zonder directe kosten van het productieproces, met bijna 50 procent gestegen. Toch varieert de situatie sterk afhankelijk van iemands specialisatie. Met name voor graanproducenten was het een moeilijk jaar.

15 december 2023  – Laatst bijgewerkt om 15 december 2023 18:55 Ruben De Keyzer

De hele sector produceerde in 2023 niet veel meer dan het jaar ervoor (+1,6%). Maar dankzij de lagere productiekosten, konden landbouwers meer overhouden aan hun werk. Concreet daalde het intermediair verbruik met 8,6 procent. Met dat intermediair gebruik wordt de waarde van alle goederen en diensten bedoeld die als input voor de productie worden gebruikt en buiten de regionale hoeve aangekocht worden. De landbouw sluit dus het jaar af met een netto toegevoegde waarde van bijna 3 miljard euro, ruim het dubbele van vijf jaar geleden.

cea_2023_1_g1_nl

Graantelers kunnen helaas niet in het geluk delen. Hun productiekosten daalden met een kwart tegenover 2022 (-25,4%), maar de waarde van het graan nam een gelijkaardige duik (-22,4%). De grotere oogst (+4%) compenseert de prijsdaling niet.

Nijverheidsgewassen

Bij nijverheidsgewassen zoals vlas, suikerbiet en cichorei zien we het omgekeerde. Daar werd aanzienlijk minder geproduceerd (-7,5%), maar er werd aan een hogere prijs verkocht (+8,6%). Vooral de suikerbietteelt profiteert sinds de vorige oogst van een recordsuikermarkt. Het suikerbietenareaal is tussen 2022 en 2023 zelf met 5,7 procent gestegen.

Dat het totale productievolume van nijverheidsgewassen toch gedaald is, valt onder andere te wijten aan de slechte resultaten van de vlasteelt. Net als bij de teelt van suikerbieten en de cichorei, werden textielvezels laat ingezaaid, omwille van een koud en regenachtig begin van de lente. De droogte van juni, gevolgd door de regen van deze zomer heeft geleid tot een daling van de opbrengt van vlasvezel en een veel slechtere strokwaliteit.

cea_2023_1_g2_nl

Natte aardappelen

De aardappeltelers zullen zich 2023 nog lang blijven herinneren. Wie de afgelopen maanden al eens uit het raam heeft gekeken, weet waarom. De regen van deze zomer heeft zich deze herfst voortgezet. Het planten moest worden uitgesteld, al zijn de weersomstandigheden tijdens de groeifase gunstig geweest voor de ontwikkeling van de knol. Het leek dus toch even goed te komen, maar vanaf midden oktober viel er een overvloed aan regen. Velden oogsten werd heel wat moeilijker, in sommige gevallen onmogelijk. De dramatische situatie in de Westhoek werd zelfs een hoofditem in de reguliere pers.

De opbrengstschattingen moesten dus naar beneden worden bijgesteld ten opzichte van de oorspronkelijke schattingen van oktober. Gezien de toename van de beplante oppervlakte en de hogere opbrengst dan het afgelopen droge jaar, wordt geschat dat het productievolume uiteindelijk met 9,5 procent is gestegen. De productiewaarde van aardappelen zal met 27,8 procent stijgen, gezien de producentenprijzen voor aardappelen op contractbasis sterk gestegen zijn.

Fruit

Fruittelers boeren over het algemeen goed. Wat appelen betreft kende Europa een lagere productie. Zeker in concurrentieland Polen was er een tegenvallende oogst, wat zeker heeft geholpen voor de prijszetting voor Vlaamse boeren. De middenprijs voor de jonagoldappel schommelt dit jaar tussen de 60 en de 80 cent, aanzienlijk beter dan de povere veilingprijs van 30 cent vorig jaar.

De perenteelt heeft het de afgelopen jaren niet zo moeilijk gehad als de appelteelt, en ook dit jaar zijn de vooruitzichten goed. De perenoogst was iets beter dan vorig jaar, in schril contrast met andere belangrijke productielanden zoals Spanje en Italië. Hun mislukte oogsten maken dat de Belgische spelers een groot gat in de internationale markt kunnen opvullen. Er zijn ook opvallend meer grote maten geoogst, wat vooral goed in de smaak valt in China en Zuid-Europese landen.

Dieren

In de veeteeltsector daalt de waarde van de dierlijke productie zoals rundvee, varkens en pluimvee met 1,8 procent. Dierlijke producten zoals melk en eieren zullen naar verwachting met 14,6 procent dalen als gevolg van de daling van de melkprijs. Deze prijzen zijn teruggekeerd naar niveaus die vergelijkbaar zijn met 2021. Bij een stijging van de melkproductie met 2,2 procent zou de productiewaarde van melk in één jaar met 18,3 procent dalen. In de rundvleesproductie daarentegen worden de prijzen ondersteund door de vraag naar verandering, in combinatie met een daling van het aantal slachtingen in België en elders in Europa. De producentenprijzen stijgen licht, met een prijseffect van 1,7 procent, terwijl de productie met 0,4 procent daalt.

cea_2023_1_g3_nl

Tot slot zien we in de varkenssector de sterkste daling in het productievolume. Het gaat hier om een daling van 10,9 procent. Op Europees niveau worden er minder dieren geslacht en daalt de export. Het herstel van de Europese varkensprijzen na de inkrimping van de veestapel heeft het concurrentievermogen van de Europese industrie niet geholpen. In België zijn de afzetprijzen met 30,4 procent gestegen nadat 2022 de winstgevendheid van de sector ernstig ondermijnd heeft.

Cijfers statbel met titel

Bron: Statbel, Belga, eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek