VIDEO: Karel Dewaele pioniert met plantaardige eiwitten in de Westhoek: “Ik heb veel vertrouwen in de biomarkt”
Reportage“Voor mij is biologische landbouw de logische manier om te boeren. Het is gebaseerd op ondersteunen van wat natuurlijk gebeurt.” Karel Dewaele (34) nam vijf jaar geleden het bedrijf in de Westhoek over van zijn vader. Hij schakelt er geleidelijk aan over naar biologische landbouw en experimenteert met nieuwe teelten zoals kikkererwt en soja.
“Zonder jonge boeren gaat het niet.” Op 27 juni kwam Groene Kring met een duidelijk statement tijdens de lancering van hun visietekst ‘Boer & Toekomst’. Maar wie zijn de landbouwers van morgen en hoe gaan ze om met de uitdagingen van vandaag? Elke week brengt VILT een portret van een jonge landbouwer die zich inzet voor het voortbestaan van de sector.
“Doorheen de geschiedenis is de gedachte ontstaan dat je met gewasbeschermingsmiddelen alles kan oplossen en dat er overal een middeltje voor bestaat. Daar geloof ik niet in.” De West-Vlaamse boerenzoon werd tijdens zijn opleiding tot bio-ingenieur geprikkeld door de biologische landbouw.
“Vroeger begreep ik dat niet zo goed, biologisch boeren. Dan dacht ik: gebruik toch gewoon alles wat je kan om je gewassen zo goed mogelijk te laten groeien. Maar enkele inspirerende bezoeken aan biobedrijven hebben mijn kijk hierop veranderd. Nu sta ik volledig achter deze manier van telen.”
Verkennen en vooruitgaan
Binnen de gangbare landbouw is er volgens Karel niet genoeg ruimte om nieuwe dingen uit te proberen en dat is iets waar hij als jonge landbouwer wel nood aan heeft. “Ik experimenteer met mengteelten en gewassen zoals quinoa. Door de biologische certificering word ik hierin beter beschermd.”
De jonge landbouwer uit Stavele zoekt naar strategieën om te anticiperen op een veranderend klimaat. Naast kikkererwten en soja teelt hij ook andere vlinderbloemigen zoals veldbonen en gele erwt. Die laatste staan op gemengde percelen met granen.
Hij is er nog niet zo lang mee bezig, maar heeft toch al heel wat mooie kansen op dit parcours benut. Zo produceert hij op drie hectare gele erwten voor La Vie Est Belle, een West-Vlaamse producent van plantaardige eiwitproducten op basis van biologisch geteelde ingrediënten.
“Met gele erwt kan net zo goed falafel worden gemaakt als met kikkererwt, alleen is deze teelt veel beter afgestemd op onze streken en kunnen we zo harder inzetten op lokaal geproduceerd voedsel. Dat is een streefdoel dat ik deel met die onderneming”, vertelt de gemotiveerde bioboer.
Krachten bundelen in een pioniersrol
Hoewel het een mooi idee is, is het vinden van de juiste afzetmarkt niet altijd even gemakkelijk. De internationale concurrentie maakt het lastig om een eerlijke prijs te krijgen voor Belgische producten. “Het blijft pionieren, en dat brengt risico’s met zich mee”, zegt Karel. Toch weerhoudt dat hem er niet van om door te gaan met datgene waar hij in gelooft.
In 2020 verenigde hij zich met vier andere boeren in BioGrano, een bondgenootschap voor bioboeren. De vooruitstrevende landbouwers vonden elkaar in een gemeenschappelijke visie: ze willen het toegankelijker maken voor afnemers om met lokaal geteelde biologische granen te werken, het aantal tussenspelers minimaliseren en vraaggericht produceren.
“BioGrano bundelt de krachten bij het contact met klanten en biedt een aanspreekpunt voor afnemers die biologische producenten zoeken. Ook zorgt de samenwerking voor een sterkere marktpositie en kunnen we elkaar aanvullen in de teeltkeuze”, aldus Karel.
Hoewel de zoektocht na vijf jaar bioboeren nog lang niet afgelopen is, straalt de West-Vlaamse landbouwer volop motivatie uit om te experimenteren en bij te sturen. “De grootste onzekerheid blijft het regelgevend kader, dus ik moet nog eens goed nadenken wat ik doe met de resterende gangbare gronden. Maar ik heb veel vertrouwen in de biomarkt en de technische haalbaarheid van de teelten, dus daar zit ik alvast niet mee in.”
Bron: Eigen berichtgeving
