SALV relatief tevreden met landinrichtingsbesluit

De Strategische Adviesraad Landbouw en Visserij (SALV) en de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen (MINA-raad) kunnen zich vinden in de grote lijnen van het voorontwerp van het besluit landinrichting en de instrumentenkoffer zoals voorzien in het decreet. Toch stellen zij vast dat bepaalde sectorale instrumenten hier niet in zijn opgenomen en ze vragen dat de raden betrokken worden bij de uitwerking van drie conceptnota’s die bij het decreet landinrichting horen.

Eind vorig jaar keurde de Vlaamse regering een voorontwerp van het landinrichtingsdecreet goed. Met dit decreet kan er voortaan een ruime instrumentenkoffer ingezet worden bij de inrichting en het beheer van het platteland. Dit moet ertoe leiden dat landinrichtingsprojecten efficiënter en goedkoper kunnen uitgevoerd worden en dat de gevolgen van een plan, project of programma voor bewoners of voor bedrijven in de omgeving rechtszeker en eenduidig kunnen aangepakt worden.

Het besluit dat nu ter advies werd voorgelegd, geeft uitvoering aan de instrumentenkoffer uit het decreet landinrichting. Hierbij wordt onder andere de inzet en de inhoud van een landbouweffectenrapport juridisch verankerd. Zowel de SALV als de MINA-raad staan achter het voorontwerp van besluit dat volledige uitvoering geeft aan de drie sporen van landinrichting. Die drie sporen zijn: landinrichtingsprojecten, plannen, programma’s en projecten en beheervisies. Ook de instrumentenkoffer draagt hun goedkeuring weg.

Wel stellen de raden vast dat bepaalde sectorale instrumenten zoals natuurinrichtingsprojecten, vergoeding mestafzet en individuele bedrijfsbegeleiding niet in die eerste stap zijn opgenomen. Ze stellen zich dan ook de vraag in welke mate een harmonisatie of integratie van deze instrumenten binnen landinrichting wordt geambieerd. “Wij stellen vast dat er bij de definitieve goedkeuring van het decreet landinrichting ook drie conceptnota’s werden goedgekeurd. Wij vragen om betrokken te worden bij de uitvoering van deze conceptnota’s”, aldus SALV en MINA.

Daarnaast vestigen de adviesraden ook de aandacht op een aantal kleinere aspecten in het voorontwerp. Zo willen ze dat de keuze voor de definitie ‘landbouwer in hoofdberoep’ wordt gemotiveerd, dat er aandacht is voor de afstemming van initiatieven in de open ruimte en dat rechtsonzekerheid voor pachters en verpachters wordt vermeden. De SALV en de MINA-raad vragen ook dat de bepalingen omtrent bedrijfsverplaatsing, - reconversie of -stopzetting worden verduidelijkt en dat ze betrokken worden bij de uitwerking van het instrument beheerovereenkomsten zoals voorzien in het decreet.

Meer informatie: Advies Voorontwerp Besluit Landinrichting