Zit België op het goede spoor met de methaanreductie?

Naast de stikstofuitstoot kent de Vlaamse landbouwsector ook nog een andere uitdaging, de methaanuitstoot van runderen. Enkele jaren geleden engageerde Vlaanderen zich om het broeikasgas te reduceren via het Convenant Enterische Emissies Rundvee (CEER) en later in het Global Methane Pledge. Deze week hebben parlementsleden Chris Steenwegen (Groen) en Arnout Coel (N-VA) hun twijfels geuit over de methaanaanpak tijdens de commissie landbouw van het Vlaams parlement. “Ik ben bezorgd of we wel op het goede spoor zitten.”

21 juni 2023  – Laatst bijgewerkt om 22 juni 2023 9:40
Lees meer over:
prezdecheznouskwaliteitslabelrundvlees3-1250

Wat werd beloofd?

Samen met nog 150 landen zette België in 2021 zijn handtekening onder het Global Methane Pledge (GMP). Hiermee belooft België om via een collectieve inspanning de wereldwijde methaanuitstoot tegen 2030 met 30 procent te verminderen ten opzichte van het niveau van 2020. Dit is een wereldwijde vrijwillige doelstelling, geen opgelegde nationale reductiedoelstelling maar in de context van GMP kunnen landen zich wel engageren om een methaanreductieplan op te stellen. Zo maken alle reductiemaatregelen inzake methaan van het Vlaams Energie- en Klimaatplan deel uit van de Belgische GMP-belofte.

Alvorens België zijn schouders zette onder het Global Methane Pledge, riep Vlaanderen eerder al het Convenant Enterische Emissies Rundvee (CEER) in het leven. Enterische emissies is de uitstoot die voornamelijk ontstaat tijdens de fermentatie in de pens van herkauwers zoals runderen. Onder het convenant engageerden in 2019 verschillende organisaties zich om tegen 2030 methaan te reduceren met 19 procent in vergelijking met het niveau van 2005. De acties en maatregelen van het convenant focussen zich vooral op bedrijfsmanagement, voedermanagement en genetische selectie.

Stand van zaken

In de commissie landbouw stelde parlementslid Chris Steenwegen (Groen) deze week dat het convenant tot nu toe nog niet geleid heeft tot een daling van de emissies. “Er is ook weinig geloof dat alleen dit convenant tot de nodige reducties zal leiden. Het laatste jaarverslag van het convenant voor het jaar 2022 lijkt die scepsis te bevestigen”, aldus Steenwegen. “De verschillende werkgroepen zijn niet erg actief. Slechts twee werkgroepen kwamen fysiek samen voor overleg, twee beperkten zich tot een schriftelijke procedure en de werkgroep die de potenties van de biologische landbouw moet onderzoeken, is niet meer werkzaam omdat BioForum het voorzitterschap niet langer wenst op te nemen.”

Waarom is BioForum uit het convenant gestapt?

“Als sectorvereniging voor biologische landbouw willen we graag ons steentje bijdragen aan de methaanreductie. We hebben een tijd meegewerkt aan het convenant en hadden er ook een werkgroep bio opgericht“, reageert Lieve Vercauteren, directeur van Bioforum. “Maar op een bepaald moment hadden we het gevoel dat we nog weinig konden bijdragen. Onze voorstellen kwamen vaak niet als maatregel in aanmerking omdat men de impact ervan niet kon berekenen, zeiden ze. Alsook zijn veel maatregelen die wel goedgekeurd werden binnenin het convenant niet mogelijk in de biologische landbouw omdat ze niet stroken met de biologische regelgeving.”

“Een deel van de emissiereducerende maatregelen leiden ertoe dat herkauwers minder gras eten”, zegt Vercauteren. “Wij vinden net de positie van een herkauwer in het voedsellandschap interessant omdat hij gras omzet in vlees en melk. Het ligt dus niet aan de herkauwers die te veel gras eten maar aan het feit dat er te veel herkauwers in totaal zijn.”

Vercauteren laat ook weten dat Bioforum twijfels heeft dat de doelstellingen behaald zullen worden van het convenant.

Ik geloof in innovatie, maar je moet opletten met blind geloof. Vier jaar na de start van het convenant is er amper impact op de uitstoot van methaan

Chris Steenwegen (Groen) - Vlaams parlementslid

Niet enkel de werking maar ook de maatregelen stelt Groenwegen in vraag. “De maatregelen die binnen het convenant worden goedgekeurd, focussen uitsluitend op technologische nieuwigheden”, gaat Steenwegen verder. “Ik geloof in innovatie, maar je moet opletten met blind geloof. Er moet ook gekeken worden naar de cijfers. Die stellen een technologisch vooruitgang die teniet wordt gedaan door de groei van de melkveestapel. Vier jaar na de start van het convenant is er amper impact op de uitstoot van methaan. Dit is een en-en-verhaal. Het is zowel een verhaal van technologische vernieuwing maar evenveel een debat van wat we moeten doen met de veehouderij in Vlaanderen.”

Ook parlementslid Arnout Coel (N-VA) uitte zijn bezorgdheden tijdens de commissie en twijfelt of het beleid op het goede spoor zit. “Tijdens een hoorzitting vorig jaar over de klimaatmaatregelen algemeen in de landbouwsector, lieten experten weten dat ze de kans toch vrij klein inschatten dat we de vooropgestelde klimaatdoelstellingen zullen halen met het pakket dat nu voorligt”, aldus Coel.

Ik geloof in alles wat wij doen om de sector de kans te geven om verder te verduurzamen. Maar je moet hen wel de kans, de ruimte en de tijd geven

Jo Brouns (cd&v) - Vlaams minister van Landbouw

Welke stappen zijn gezet?

Het CEER-jaarverslag leert ons dat er in 2022 negen maatregelen werden uitgewerkt. Dit brengt het totaal aantal maatregelen die toegepast kunnen worden op 15. Verder werd volgens het verslag ook ingezet op sensibilisering en communicatie van de werking en de doelstelling van het convenant. Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns (cd&v) haalde tijdens de commissie enkele verworven maatregelen aan en lichtte hierbij toe dat de effecten van de acties tijd vragen op het terrein.

“Zo vraagt het proces van genetische selectie bijvoorbeeld tijd”, aldus Brouns. “Zeker omdat Vlaanderen één van de enige regio’s is die in die mate op methaan concentreert. Dergelijke genetische aanpassingen moeten dus specifiek voor onze regio worden uitgewerkt.”

Op vlak van bedrijfsmanagement verwijst Brouns naar de Klimrek-tool waarbij bedrijfsmanagement geoptimaliseerd wordt en het demonstratieproject ‘Metheen’ dat helpt bij de praktische implementatie van bedrijfsmaatregelen. “Ook op vlak van voedermanagement zijn stappen gezet”, gaat Brouns verder. Zo zijn er een aantal rantsoensamenstellingen wetenschappelijk gevalideerd, die steun krijgen binnen de ecoregelingen van het GLB. “Bepaalde voederadditieven kunnen tot 30 procent methaanreductie opleveren. Maar ze zijn pas vorig jaar goedgekeurd door Europa”, licht Brouns toe. “Innovaties moeten gevalideerd worden en vergunbaar zijn. Ik heb het al een paar keer gezegd: innovatie gebeurt met vallen en opstaan. Het is trial en error maar je moet het wel een kans geven.”

"Ten slotte zullen ook de andere beleidskaders zoals het MAP of de PAS, en de natuurlijke evolutie van de land- en tuinbouwpopulatie, een positieve impact hebben op de reductie”, besluit Brouns. De minister liet ook weten dat er een nieuwe voorzitter voor de werkgroep biologische landbouw aangesteld is binnenin het convenant en er een CEER-evaluatie gepland staat in 2024. “Die evaluatie zal ervoor zorgen dat er een bijsturing kan komen samen met de partners van het convenant, zodat de sector de vooropgestelde doelstelling kan halen.”

Alle maatregelen kunnen nagelezen worden op het Rundveeloket.

Wat is methaan?

Methaan is na CO₂ het belangrijkste broeikasgas in onze atmosfeer. Toch verschillen de twee zeer hard van elkaar. Zo is de cyclus van methaan krachtiger en korter in vergelijking met CO₂. Als broeikasgas is methaan zo’n 34 keer krachtiger dan CO₂ maar de tijd dat methaan het klimaat opwarmt is wel korter. Methaan blijft gemiddeld 12 jaar in de atmosfeer hangen, CO₂ blijft daarentegen eeuwenlang in de atmosfeer. Volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) is het methaan verantwoordelijk voor zo’n 30 procent van de opwarming van onze aarde sinds het begin van de industriële revolutie.

Methaan komt vrij tijdens de afbraak van organische stoffen. Denk aan afvalverwerking, productie en gebruik van fossiele brandstoffen of vertering van voedsel in de pens van een koe. Deze laatste noemt men "enterische emissies". Deze emissies vormen samen met mestverwerking het grootste deel van de totale methaanuitstoot in Vlaanderen. De methaanuitstoot geassocieerd met landbouwactiviteiten vertegenwoordigt 77 procent van de Vlaamse methaanemissies.

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek