Vlaamse eiwitstrategie deelt eerste resultaten
nieuwsVoldoende proteïnen op ons bord zonder het milieu te belasten, dat is het doel van de Vlaamse eiwitstrategie. Het Departement Landbouw & Visserij deelt zijn nieuwste stand van zaken, en de eerste resultaten zijn beloftevol. Bedoeling is om de Vlaming te doen overschakelen naar een nieuwe balans met meer duurzame eiwitten. In veel gevallen betekent dat een verminderde vleesconsumptie, maar niet uitsluitend.
Twee jaar geleden lanceerden 20 partners uit keten, maatschappij, onderzoek en beleid de Vlaamse eiwitstrategie 2021-2030. Aanleiding was er genoeg. De coronapandemie, de oorlog in Oekraïne en de toenemende druk op ons klimaat doen de nood toenemen aan duurzamere en schokbestendige voedselsystemen. De eiwitstrategie zet in op zes strategische thema’s: duurzaam diervoeder, duurzame dierlijke productie, meer plantaardige eiwitten, meer nieuwe eiwitten, meer productdiversiteit en duurzame eiwitconsumptie.
In de eiwitstrategie worden dus zowel plantaardige, nieuwe als dierlijke eiwitten meegenomen. Het voorbije jaar hebben de partners nieuwe streefdoelen ontwikkeld om deze eiwittransitie zeer concreet te maken. In 2022 werd de eiwitstrategie opgevolgd met een eiwitactieprogramma, waarin 76 acties de woorden van de eiwitstrategie moeten omzetten naar daden. De eerste resultaten hiervan zijn nu bekend.
Duurzaam vee
Eén van de doelstellingen is een duurzame dierlijke productie. Er zijn 21 nieuw ontwikkelde verdienmodellen voor een circulaire veehouderij. Een praktijkvoorbeeld vinden we bij melkveehouders Kris en Ginny Heirbaut uit Temse. “De mest van onze 60 à 70 melkkoeien wordt in een pocketvergister verwerkt tot warmte en elektriciteit die we zelf gebruiken”, zeggen ze. Met het digestaat dat overblijft uit de vergisting, bemesten we onze akkers.”
Bovendien hebben de melkveehouders hun (ingevoerde) eiwitbronnen, zoals soja, vervangen door eiwitteelten zoals grasklaver en luzerne. Dat zijn teelten die extra stikstof aan de lucht onttrekken, waardoor minder kunstmestbemesting nodig is. Ook kunnen deze teelten koolstof in de bodem vastleggen. Acties zoals de nieuwe GLB-maatregelen moeten helpen om dit soort inspanningen te ondersteunen.

Nevenstromen in voeder
Dat brengt ons meteen bij de volgende doelstelling: Duurzame diervoeders. 50 procent van de gebruikte grondstoffen voor veevoeder geproduceerd door mengvoederindustrie, moeten bestaan uit nevenstromen van de voedings- en biobrandstoffenindustrie. “We maken gebruik van een alternatief voor vismeel, op basis van Single Cell Protein (SCP) en nevenstromen uit de vleesverwerkende industrie”, zegt Danny Van Mullem, CEO van de voederfabrikant Lambers-Seghers. Zijn bedrijf gebruikt Single Cell Protein (SCP) en nevenstromen uit de vleesverwerking als hoogwaardige eiwitbronnen in het voeder voor aquacultuur.
Nevenstromen worden zo dus omgezet tot vis, maar kunnen ook dienen in veevoeder. De Vlaamse eiwitstrategie voorziet diverse inspanningen vanuit het beleid, de voedingsindustrie en retailsector om deze doelstelling te behalen.
Plantaardige eiwitten
De eiwitstrategie voorziet tevens een areaalstijging van 25 procent voor nieuwe plantaardige eiwitgewassen in humane voeding. Wouter Saelens uit Herent geeft het goede voorbeeld met zijn quinoateelt. “Een blijver in het teeltplan”, aldus de boer. Hij hoopt grotere afzetkanalen te vinden omdat korteketenverkoop erg arbeidsintensief is. Verschillende acties, waaronder samenwerkingsprojecten en de GLB-maatregelen die de teelt van eiwitgewassen aanmoedigen, moeten meer landbouwers in deze richting duwen.
Het grote voordeel van insecten is dat ze heel efficiënt voeder omzetten
Nieuwe eiwitten
Vlaanderen kent inmiddels 34 bedrijven die nieuwe eiwitten produceren, zoals insecten. Twee derde van deze bedrijven levert ook een commercieel product voor de markt. "Het grote voordeel van insecten is dat ze heel efficiënt voeder omzetten: we hebben heel weinig voeder nodig om een kilo eiwit uit insecten te produceren”, zegt Alexander Maroy, CEO van het bedrijf Nusect. Nusect kweekt meelwormen en sprinkhanen voor gezelschapsdieren, aquacultuur en humane voeding. De sector moet verder worden aangemoedigd via onderzoek en een duidelijker wetgevend kader, stelt de eiwitstrategie.
Productdiversiteit
De Vlaamse supermarkten kennen een steeds groter plantaardig aanbod. De snelle hap wordt hier niet vergeten: het aandeel volledig kant-en-klare maaltijden wordt groter. “We kunnen de plant-based, flexi-approach niet meer wegdenken in onze winkels. Tegen 2025 willen we ons aanbod in plant-based verdubbelen”, zegt een partner van de Green Deal Eiwitshift. Naast retail willen ook horeca, catering, en de bredere voedingsindustrie het aanbod van plantaardige eiwitten opkrikken. Deze doelstelling wordt de komende jaren nog becijferd. Dit hangt samen met het volgende streefdoel voor consumptie: tegen 2030 wil men dat 60 procent van de Vlaamse eiwitconsumptie uit plantaardige bronnen komt.
Consument wil mee
Concrete cijfers over duurzame eiwitconsumptie zijn dus nog niet bekend, maar 45 procent van de Vlamingen geeft aan dat ‘lokaal geproduceerd’ een belangrijk aankoopcriterium is. Wat verse producten betreft, is dat aandeel 60 procent. Deze trend wil de eiwitstrategie graag voortzetten. Een kleinere afhankelijkheid van import biedt ons land niet alleen een kleinere ecologische voetafdruk, maar ook meer voedselzekerheid.
Woordvoerder Bart Merckaert van het Departement Landbouw en Visserij belooft dat er in een later stadium nog meer resultaten zullen worden vrijgegeven. “Dat staat zo opgetekend in ons communicatieplan”, zegt hij. “Veel concrete projecten zijn nu nog te jong om uitgebreid te belichten, maar worden later nog uit de doeken gedaan.”

Bron: Eigen berichtgeving