Sectorfederaties naar rechtbank tegen nieuwe verplichtingen rond verpakkingen

De federaties menen dat er sprake is van een ongelijkheid in de markt en vinden dat de Interregionale Verpakkingscommissie (IVC), een overheidsinstantie, haar bevoegdheden overschrijdt. Bedrijven die zich niet bij Fost Plus aansluiten, ontsnappen immers aan bijkomende verplichtingen rond het terugdringen van verpakkingsafval, luidt het.

Concrete streefcijfers in de nieuwe erkenning 2024-2028 van Fost Plus zijn een doorn in het oog van Comeos, Fevia en Detic. Zo moet het aandeel eenmalige verpakkingen in 2029 met 5 procent zijn gedaald tegenover 2023 en moet het aandeel herbruikbare verpakkingen 5 procent hoger liggen.

Die doelstellingen zijn volgens de federaties discriminerend. Er zijn immers bedrijven - "freeriders" -  die geen lid worden van Fost Plus. Zij ontsnappen aan de bijkomende verplichtingen, "terwijl ze de kosten gelinkt aan hun verpakkingen sowieso al niet dragen".

Milieu vs. verspilling

Daarnaast missen de belangenorganisaties een impactanalyse van de doelstellingen. "Zijn ze effectief haalbaar of niet? Welke economische en milieugevolgen zullen deze doelstellingen hebben? Minder verpakkingen is niet altijd beter voor het milieu. Een verpakking heeft als hoofddoel het product te beschermen en (voedsel)verlies tegen te gaan."

De kritiek is opvallend, want de erkenning kwam tot stand na overleg tussen de IVC en Fost Plus, dat door de sectoren zelf werd opgericht. Comeos stelt dat de overheid verplichtingen via wetgeving zou moeten opleggen om een ongelijke behandeling te voorkomen.

Overigens meldt Le Soir dat ook Fost Plus zelf een beroep heeft ingediend tegen de erkenning. De vzw verzet zich tegen de verplichting om projecten te ondersteunen voor de inzameling van lachgaspatronen. Sinds maart 2024 is de verkoop van dat gas voor oneigenlijk gebruik verboden in België. Fost Plus vindt dat niet verwacht kan worden dat het zich bezighoudt met de verzameling van illegale verpakkingen.