OIVO: "Consumenten moeten prijzen beter vergelijken"

Nauwelijks 1 op 5 consumenten vergelijkt vaak of systematisch de prijzen tussen verschillende winkels voor het boodschappen doen. Dat blijkt uit een onderzoek bij 625 mensen door het Onderzoeks- en Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties OIVO. "Daardoor is de perceptie van het prijsverschil tussen de ketens meer het resultaat van een gevoel dan de conclusie uit echte prijsvergelijkingen", zegt OIVO.

Minder dan 1 op de 3 consumenten vergelijkt vaak of systematisch de prijzen binnen eenzelfde winkel voor een zelfde soort van product. De consumenten vergelijken behoorlijk zelden de prijzen, maar ze vinden dat de toegepaste prijzen eerder verschillend zijn (57 %) of totaal verschillend zijn (22 %). Aan de andere kant zijn ze ervan overtuigd dat de toegepaste prijzen verschillen tussen de merkketens.

Nog uit de rondvraag blijkt dat consumenten van 30-39 jaar veel meer producten kopen van grote merken (97 %). Slechts 69 procent van de 65-plussers schaffen zich dergelijke producten aan, 18-29-jarigen verkiezen distributeurmerken en daarna eerste prijzen. 65-plussers kiezen vaker voor goedkope producten of eerste prijzen.

De winkels van de grootdistributie worden over het algemeen als het duurst ervaren. Consumenten beschouwen de ketens Delhaize de Leeuw en AD Delhaize als de duurste. Over het algemeen denkt een meerderheid van de consumenten dat de hard discounters de goedkoopste zijn, van dichtbij gevolgd door de grootdistributie. Twee ketens steken er bovenuit: Aldi en Colruyt, luidt het tot slot.