nieuws

Minder gewasbeschermingsmiddelen, meer zorgen: telers en verwerkers getuigen

nieuws

Tachtig procent verlies op één oogst: bioboer Bert Toetenel weet hoe dat voelt. Zijn peren werden vorig jaar zwaar getroffen door perenschurft, een schimmelziekte die steeds moeilijker te beheersen valt. Toetenel staat niet alleen. Ook andere telers en ketenpartners botsen steeds vaker op de grenzen van hun gewasbescherming. “Minder doeltreffende gewasbescherming betekent niet alleen meer risico op misoogsten, maar zet ook de Vlaamse concurrentiepositie onder druk”, klonk het onlangs op een infosessie voor Vlaamse parlementsleden.

Vandaag Jozefien Verstraete
Lees meer over:

Om het beleid een helder beeld te geven van de problemen rond gewasbeschermingsmiddelen, kregen leden van de Vlaamse landbouwcommissie onlangs tijdens een infosessie directe getuigenissen uit de praktijk te horen.

“Vorig jaar was zo’n tachtig procent van mijn peren aangetast door perenschurft,” vertelt bioboer Bert Toetenel uit het Vlaams-Brabantse Webbekom. Verkoop op de versmarkt was geen optie meer, waardoor hij ze veel goedkoper moest afzetten in de industrie en een rood jaar optekende. Naast perenschurft zorgt ook de wollige bloedluis voor problemen in zijn boomgaarden. Die plaag verzwakt appelbomen sterk en vermindert de fruitopbrengst. “In sommige boomgaarden moeten de bomen zelfs helemaal gerooid en opnieuw aangeplant worden,” zegt Toetenel.

Biologische gewasbescherming maar helft doeltreffend

De strijd tegen ziektes en plagen is in de biologische teelt extra moeilijk, getuigt Toetenel. “De producten die wij als biolandbouwers mogen gebruiken, zijn minder doeltreffend dan de producten uit de gangbare landbouw”, duidt hij. “De werkzaamheid in de gangbare teelten ligt rond de 90 procent, wij hebben een marge van 50 procent of het product aanslaat of niet.” Succes hangt bovendien sterk af van het weer. “Af en toe krijg ik reacties van gangbare collega’s die onze middelen enthousiast uitproberen maar uiteindelijk erg teleurgesteld zijn op het einde van de rit”, aldus Toetenel.

De gewasbescherming is voor 60 tot 70 procent effectief, maar consumenten moeten geen prei hebben die voor 30 procent beschadigd is

Dirk Boeren - Prei- en slateler

Daar weet Dirk Boeren, een Oost-Vlaamse prei- en slateler alles van: “In mijn preiteelt is trips de grootste kopbreker. De beschikbare middelen halen daar maar een werkzaamheid van 60 tot 70 procent, maar consumenten moeten geen prei hebben die voor 30 procent beschadigd is.” Ook in zijn slateelt ondervindt hij problemen met insectenbestrijding. Daar is het de bladluis die roet in het eten gooit. “Er zijn vandaag niet genoeg middelen voorhanden om de sla in sommige periodes insectenvrij te houden”, aldus Boeren. “Nochtans eisen onze klanten de beste kwaliteit, zij willen geen schade door trips of bladluizen.”

Concurrentiepositie ten grabbel

De landbouwers getuigen aan de parlementsleden hoe het wegvallen van doeltreffende gewasbeschermingsmiddelen en de onbetrouwbaarheid van alternatieven hen veel stress en kopzorgen bezorgt. Een zekere oogst is er niet meer, en dat ondermijnt niet alleen het inkomen van de boer maar ook de Vlaamse concurrentiepositie. “Een afnemer zei me dat hij zijn peren voortaan uit Italië zal halen,” vertelt Toetenel. “Het ongelijke speelveld is nefast voor ons. In onze buurlanden mogen nog middelen gebruikt worden die hier niet meer beschikbaar zijn.”

Als deze lijn zich doorzet en steeds meer middelen verdwijnen, zal het bio-areaal krimpen in plaats van groeien, terwijl Vlaanderen net het tegenovergestelde wil

Bert Toetenel - Bio-landbouwer

Toetenel geeft aan met grote bezorgdheid naar volgend jaar te kijken. Dan mag hij geen koper meer gebruik in zijn biologische teelt. “Dat is nochtans het enige middel tegen aardappelplaag, schurft en kanker in peren- en appelboomgaarden en tegen valse meeldauw in wijngaarden,” legt hij uit. “Als deze lijn zich doorzet en steeds meer middelen verdwijnen, zal het bio-areaal krimpen in plaats van groeien, terwijl Vlaanderen net het tegenovergestelde wil.”

Hij kan daarbij de drang naar goldplating niet goed plaatsen. “Binnen EFSA loopt momenteel een grote studie naar koper, waarvan de resultaten in 2027 worden verwacht. Waarom lopen wij vooruit op de zaken en wachten we die conclusies niet af?”

Ik hoop dat snel iemand de moed heeft in de politieke wereld om zich achter de intensieve landbouw te scharen op voorwaarde dat het op een zo duurzaam mogelijke manier gebeurt

Christophe Vermeulen - CEO Belgapom

Christophe Vermeulen, CEO van de sectorfederatie van de aardappelhandel en -verwerking Belgapom, deelt die kritiek. “Alles waar we zo goed in zijn in dit land en waar we lang aan gebouwd hebben, geven we nu gewoon weg door te goldplaten: onze knowhow, onze boeren, onze ligging, ons transport, onze efficiëntie. Dit zijn politieke keuzes. Ik hoop dat er snel iemand de moed heeft in de politieke wereld om hiervoor op te komen en duidelijk zegt: ik sta open voor intensieve landbouw als het op een zo duurzaam mogelijke manier gebeurt.”

Wildgroei aan commerciële kwaliteitseisen

Bovenop de goldplating en de strengere wetgeving komen er steeds hogere marktvereisten, merkt teler Boeren op. Hij vraagt zich af of de kwaliteitseisen van afnemers en consumenten nog wel passen bij de nieuwe realiteit waarin hij soms geen gewassen meer kan garanderen die niet (esthetisch) aangetast zijn.

“Naast de wettelijke regels rond maximumresidulimieten (MRL’s), fytosanitaire voorschriften en voedselveiligheid krijgen landbouwers ook een heleboel extra eisen opgelegd door retailers,” gaat Luc Vanoirbeek van het Verbond van Belgische Tuinbouwcoöperaties (VBT) hierop verder. “Zo aanvaardt een Duitse grootwarenhuisketen slechts 70 procent van de toegestane MRL’s, terwijl een Franse supermarkt de lat legt op 50 procent. Op deze manier ontstaat, bovenop de strenge wettelijke normen, nog eens een wildgroei aan aparte commerciële kwaliteitseisen.”

We moeten blijven vooruitgaan, maar met de voeten in de realiteit

Els Robeyns - Vlaams parlementslid (Vooruit)

"Zorg voor alternatieven voor je uitfaseert"

De boodschap aan de landbouwcommissie was helder: landbouwers zetten alles op alles om duurzaam en veilig te produceren, maar hebben daarvoor wel doeltreffende middelen of alternatieven nodig. “Investeer daarom ook in meer onderzoek naar biologische oplossingen en zorg dat ze sneller op de markt kunnen komen”, klinkt het unisono bij de landbouwers.

De vraag naar financiële middelen voor onderzoek wordt volgens Vlaams parlementslid Andy Pieters (N-VA) gehoord tot in de regering. “Vlaanderen blijft inzetten op onderzoek en ontwikkeling, er zullen geen grote besparingen komen op dat vlak”, aldus Pieters. Het grote issue zit volgens hem eerder in het laatste pleidooi van de landbouwers. “De erkenningsprocedures van nieuwe middelen kan tien jaar duren”, klinkt het. “Dit moet aangepakt worden.” Deze trage doorlooptijd staat volgens hem niet verhouding in met de huidige uitfaseringsrealiteit.

En waar Pieters resoluut past om de rol van pleitbezorger voor de agrovoedingsindustrie en duurzame intensieve veeteelt op zich te nemen, iets waar Christophe Vermeulen eerder voor pleitte, klinkt Vlaams parlementslid Bart Dochy (cd&v) genuanceerder. “Agro-industrie klinkt voor velen als een vies woord, maar ze ontstond in de jaren zestig als antwoord op de maatschappelijke vraag van toen. Laat haar nu mee evolueren met de noden van vandaag, zonder ze meteen als iets duivels te bestempelen.” Hij geeft aan de verzuchtingen van de landbouwers op de infosessie zeker mee te nemen naar het Vlaams parlement. “Ik voel dat er een grote bereidheid is onder de landbouwers om zo goed mogelijk en zo weinig mogelijk gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken. Middelen kunnen dus uitgefaseerd worden, mits er eerst onderzoek is naar alternatieven en duidelijk vaststaat dat uitfaseren ook echt nodig is”, klinkt het.

Ook voor Vlaams Belang is het cruciaal dat er genoeg onderzoek gedaan wordt naar de huidige middelen. “Er wordt momenteel te weinig aan risicoanalyse van de huidige gewasbeschermingsmiddelen gedaan”, aldus Vlaams parlementslid Leo Pieters. “Het huidig arsenaal moet beter in kaart gebracht worden.” Daarnaast vindt hij dat we geen producten mogen verbieden zolang we voeding invoeren uit derde landen die wél met die middelen behandeld is.

Tot slot was ook Vooruit aanwezig op de informatiesessie. Vlaams parlementslid Els Robeyns noemt de getuigenissen waardevol. “Het werd duidelijk dat theorie en praktijk soms nog iets te ver uit elkaar liggen. Boeren doen al veel om het gebruik te beperken, maar het moet voor hen ook nog mogelijk zijn om kwaliteitsvolle producten af te leveren die iets opbrengen. We moeten blijven vooruitgaan, maar met de voeten in de realiteit”, besluit ze.

gwbbb
gwbbbb
Boeren luiden alarm bij Clarinval: "Minder gewasbescherming, minder oogst, meer import"
Uitgelicht
Na de marathononderhandelingen over de meerwaardebelasting ruilde federaal minister van Landbouw David Clarinval (MR) de onderhandelingstafel voor een keukentafel op de boerde...
30 juni 2025 Lees meer

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek