Lokale besturen staan 90% van aanvragen voor kapvergunning voor bomen toe

Een vergunning voor het kappen van bomen wordt zelden geweigerd door lokale besturen. Dat is de conclusie van een lijvige studie die het Departement Omgeving liet uitvoeren. In de studie wordt voor het eerst in kaart gebracht waar, waarom en door wie bomen buiten het bos gekapt worden. Ook de regelgeving en het vergunningenbeleid van steden en gemeenten werden geanalyseerd.

15 maart 2023  – Laatst bijgewerkt om 15 maart 2023 21:11
Lees meer over:
bosbiodiversiteitnatuurgebiedbomen-1280

Het onderzoek werd uitgevoerd door natuurorganisatie BOS+ en studiebureau Advocaten Leuven. Zij gingen daarbij grondig te werk. In totaal analyseerden ze 113.000 vergunningsaanvragen van de voorbije 30 jaar. Daaruit blijkt dat wanneer de aanvraag voor het kappen van bomen correct werd ingediend, in meer dan negen op de tien gevallen de vergunning werd verleend. “Die torenhoge vergunningsgraad bleef bovendien constant doorheen de jaren”, zo concludeerden de onderzoekers.

Geografische verschillen

Wel werden grote geografische verschillen tussen gemeenten vastgesteld, zowel in het aantal aanvragen op het grondgebied als in de vergunningsgraad. Het aantal aanvragen varieert van ruim 360 per vierkante kilometer tot minder dan één aanvraag per vierkante kilometer. De vergunningsgraad gaat van 75 procent tot 90 procent. Antwerpen is koploper in het aantal dossiers per vierkante kilometer. “Dat kan te verklaren zijn door de groene gemeenten rond de stad Antwerpen waar de druk op het groen zeer hoog is. Een van die gemeenten, Schilde, heeft wel het hoogste aantal weigeringen (26,32%)”, klinkt het.

Lokale besturen kunnen ook, wanneer ze een vergunning verlenen, als voorwaarde een verplichte heraanplant opnemen om hun bomenbestand in evenwicht te houden.

'Overlast' rond woningen is één van de meest voorkomende aanleidingen voor het verdwijnen van bomen

Laure De Vroey - onderzoeker BOS+

Overlast rond woningen

Het grootste deel van de kapvergunningen wordt aangevraagd door privépersonen (76%). Een klein kwart van de aanvragen komt van rechtspersonen, waarvan overheden zo’n 6,4 procent uitmaken. Lokale besturen zijn binnen deze laatste groep, de grootste subgroep (4,8%). Als er wordt gekeken naar de ruimtelijke bestemming van de gronden waarop de bomen staan, dan wordt het grootste aantal aanvragen ingediend voor het kappen in tuinen (24/km²) en woongebieden (34/km²). Uitschieters zijn er voor woonparken, waardevol gebied waarin mag worden gebouwd. Daar worden tot tien keer meer aanvragen ingediend.

Volgens de onderzoekers betekent dit dat ‘overlast’ rond woningen één van de meest voorkomende aanleidingen is voor het verdwijnen van bomen. “Denk dan aan het vallen van bladeren en vruchten of het verlies van licht en zicht. Iedereen houdt van bomen tot wanneer ze te dichtbij komen”, concludeert BOS+-onderzoeker Laure De Vroey.

Veiligheidsrisico’s

Een andere belangrijke reden om bomen te kappen zijn bouwprojecten en nieuwe infrastructuur. Ook ziekte van de bomen of veiligheidsrisico’s worden als reden voor kap opgegeven. “Ons onderzoek stelt evenwel vast dat zowel bij de aanvragers als bij de dossierbehandelaars de expertise ontbreekt om een correcte inschatting te maken van de gezondheid en stabiliteit van bomen”, luidt het. “Zo wordt er na grote stormen steevast meer gekapt, met of zonder vergunning. Maar tegelijk stellen we vast dat veiligheid ook vaak als drogreden wordt ingezet. Betere samenwerking met boomexperten en meer terreinbezoeken vooraleer een kapvergunning wordt toegekend, zouden op dat vlak soelaas kunnen bieden.”

Geen formeel afwegingskader

De onderzoekers noemen het ook opvallend dat in de behandeling van kapvergunningen weinig gebruik wordt gemaakt van formele afwegingskaders. De meerderheid van de gemeenten (58%) laat het over aan de inschatting van hun omgevingsambtenaren. “Een betere onderbouwing van beslissingen en het opnemen van een criterium ‘algemeen belang’ in het vergunningenbeleid en de wetgeving is dan ook nodig”, zegt De Vroey nog.

Het onderzoek baseert zich op vergunningsaanvragen. In de Vlaamse wetgeving zijn ook heel wat bomen vrijgesteld van vergunningsplicht. Zo mogen onder andere ‘slanke’ bomen met een stamomtrek van minder dan 1 meter op 1 meter hoogte, bomen in de directe omgeving van woningen (tot 15 meter), bomen op het openbaar domein of bij de aanleg van wegen en nutsleidingen vrij gekapt worden. Ook illegale kappingen komen nog veel voor. “Hoeveel bomen er in de voorbije 30 jaar exact verdwenen zijn, is dan ook niet te bepalen”, menen de onderzoekers.

Gemeenten die een sterkere bescherming van hun bomen nastreven, kunnen ervoor kiezen om lokaal strenger op te treden. Ongeveer één op vier gemeenten doet dit, voornamelijk door ook slankere bomen en bomen rond woningen vergunningsplichtig te maken.

Voorstel om onnodige kappingen te vermijden

Als gevolg van deze studie heeft Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) aan het Departement Omgeving gevraagd om een voorstel uit te werken om onnodige kappingen te vermijden. De aanbevelingen uit deze studie kunnen volgens Demir meegenomen worden: strengere regels voor het kappen, inperken van vergunningsvrijstellingen, terreinbezoeken en meer samenwerking met boomexperten.  

“Het belang van bomen voor mens en dier is niet te onderschatten. De verkoeling die een boom biedt aan buurten, de mentale boost voor omwonenden of de nestgelegenheid voor vogels, maakt hen onmisbaar”, aldus nog de minister.

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek