Inflatiespook rammelt aan alle schakels van de voedselketen
Het inflatiespook waart door Europa, maar aan de voedselprijzen was daar nog niet veel van te merken. Econoom Ivan Van De Cloot wijst op een ketchupmoment.
De inflatie in België stijgt naar 3,8 procent op jaarbasis, maar in de prijs van het voedsel is dat voorlopig nog niet echt te zien. Verse voeding is maar 5 procent van de Europese consumptieprijzenkorf en draagt van alle componenten vandaag het minst bij aan de inflatie. Verwerkte voeding wordt gegroepeerd met alcohol en tabak en weegt drie keer meer door in het winkelmandje. Vooral de energieprijzen stuwen de jaarlijkse inflatie vandaag omhoog. Toch zal de Belg binnenkort naar alle waarschijnlijkheid ook de voedingsprijzen in de supermarkt zien stijgen. Dat schrijft De Tijd op basis van bronnen bij verschillende voedingsbedrijven en supermarkten.
Januari
Op dit moment onderhandelen leveranciers en supermarkten met elkaar over de prijzen die ze vanaf januari gaan betalen. “De producenten stellen ongeziene prijsstijgingen voor”, klinkt het bij een supermarkt, “Veel bedrijven stellen een stijging van 5 tot 10 procent voor, maar er zijn er ook die ons zelfs 25 procent meer willen aanrekenen.”
De FAO Food Price Index noteerde in september 33 procent hoger dan het jaar voordien
Grote verwerkers als Danone en PepsiCo, maar ook diepvriesgroentenbedrijf Ardo of frietenproducent Agristo geven aan dat hun prijzen met minstens 5% omhoog zullen gaan. Bij Danone, dat onder meer yoghurt produceert, verwachten ze dat de prijsstijgingen van grondstoffen zich zullen doorzetten en versnellen. "We verwachten in 2022 op zijn minst hetzelfde inflatieniveau als in 2021, en misschien zelfs nog hoger", zei de financiële topman Juergen Esser, “Ook problemen in de bevoorradingsketen duwen de prijzen hoger.”
Voedselprijzen op historische hoogte
De voedselprijzen op de wereldmarkt staan ondertussen op historische hoogtes. In nominale termen zijn ze het hoogst sinds de 2010 en 2011, toen ze leidden tot voedselrellen die het einde van de regimes in Egypte en Libië inluidden. In reële termen (aangepast voor inflatie) staan ze zelfs op het hoogste punt sinds de olieschokken van 1974 en 1975.
De FAO Food Price Index noteerde in september 33 procent hoger dan het jaar voordien. De graanprijzen zijn 41 procent hoger dan een jaar eerder. De prijs van maïs op de wereldmarkt is 38 procent hoger. De prijs van plantaardige olie is 60 procent gestegen, die van suiker bijna 54 procent. De prijs van melk en vlees zijn met 15 en 26 procent relatief minder hard gestegen.
Granen zoals tarwe, maïs, gerst en rijst zijn wereldwijd verantwoordelijk voor de helft van alle geconsumeerde calorieën – tot 80 procent zelfs in arme landen – en zijn daarom uitzonderlijk belangrijk voor de voedselzekerheid. Ondanks een recordoogst van 2800 miljoen ton, zullen de graanvoorraden toch moeten aangesproken worden, onder meer door een hogere vraag voor veevoeder. “De toestand is vrij extreem”, tekent De Tijd op uit de mond van een woordvoerder van een groot voedingsbedrijf, “Dit is eigenlijk een tweede crisis, na corona. Onze leveranciers rekenen een stuk van hun gestegen kosten door.”
Ook voor de primaire producenten is het geen pretje. Sinds vorig jaar zijn de veevoederkosten met 20 procent omhoog gegaan volgens Statbel. Vooral voor pluimvee en varkens weegt dat zwaar door in de cijfers. De hoge gasprijzen zorgen voor leegstand in de glastuinbouw en het stilleggen van kunstmestfabrieken. Als de vergunningsverlening ooit terug op gang komt, dan wachten nog spectaculair gestegen prijzen voor bouwmaterialen als staal en hout.
Ketchup
De voorbije jaren leek het nochtans alsof de inflatie maar bleef plakken aan de bodem, zelfs in coronatijden en ondanks hyperactieve centrale banken. Hoofdeconoom Ivan Van de Cloot van denktank Itinera wijst echter op het ketchupmoment: “Zoals na lang meppen op de ketchupfles zonder resultaat ineens wel een enorme scheut van het spul op je bord belandt, zo kan na lang uitblijven van de inflatie er ineens wel een forse prijsexplosie volgen. De Europese Centrale Bank gaat er nog steeds van uit dat het een tijdelijk fenomeen is, maar een belangrijke vraag vandaag is of de ECB ook fout kan zijn. Persistente inflatie is een belangrijk risicoscenario.”
Bron: De Tijd / Eigen berichtgeving