Hof moet oordelen of verkoop OCMW-gronden aan Fernand Huts nietig verklaard moet worden

Het hof van beroep in Gent heeft dinsdag de zaak rond de verkoop van 72 percelen landbouwgrond in Nederland verder behandeld. Fernand Huts, kocht de gronden van het Gentse OCMW in 2016. Maar een landbouwer vroeg om de verkoop nietig te laten verklaren. Volgens hem ging het om staatssteun. Het OCMW en Huts betwisten dat.

13 september 2022  – Laatst bijgewerkt om 13 september 2022 19:23
Lees meer over:
nederlandlandbouwgrondwindmolen

Fernand Huts, de topman van Katoen Natie, had de 72 percelen, goed voor 450 hectare landbouwgrond in Zeeuws-Vlaanderen, kunnen kopen via zijn Luxemburgse vennootschap voor 17,5 miljoen euro. Een Belgische boer verzette zich echter tegen de verkoop. "De gronden zijn geregistreerd als 72 percelen en moesten daarom in verschillende loten verkocht worden", pleitte advocaat Nic Reynaert bij de behandeling van de zaak in oktober 2020. "Vergelijk het met een kunstcollectie. Iemand die 10 Picasso's heeft, gaat die toch ook niet in één lot verkopen? Uit geen enkel stuk van het OCMW blijkt dat de verkoop van de 72 percelen in één stuk meer opgebracht zou hebben dan ze afzonderlijk te verkopen."

Reynaert vindt de verkoop discriminerend en enkel bedoeld voor mensen die veel geld hebben. Bovendien stelt hij dat de gronden onder de prijs werden verkocht. "Het stuk grond was 20 miljoen euro waard volgens het taxatieverslag, en in 2016 was dat al 22,5 miljoen. Dat is een reële staatssteun van 5 miljoen euro bij een verkoop voor 17,5 miljoen euro." Hij vraagt daarom de nietigverklaring van de verkoop, iets wat in eerste aanleg werd afgewezen.

Boerenprotest

In de voormiddag demonstreerden al zowel Boerenforum, Climaxi, Fian, Extinction Rebellion en Landbouwbrigades. Ze voerden een toneeltje op, zongen liederen en deelden flyers uit. In een pamflet werd gewezen op de onverantwoordelijke verkoop door het OCMW. "Door deze verkoop steunt de stad Gent een rijke industrieel in plaats van zijn inwoners en landbouwers. De stad Gent zegt dat men landbouwgronden dient te verkopen om te kunnen investeren in sociale woningbouw. Ondertussen breekt men sociale wijken af en verkoopt men die gronden aan een slechte prijs."

Nog geen oordeel

Het hof van beroep in Gent oordeelde nog niet over de zaak. Ze stelde wel vragen bij het feit dat de 72 stukken grond in een stuk werden verkocht en vroeg daarom bij tussenarrest aan de Europese Commissie om de zaak rond de staatssteun te onderzoeken en hieromtrent advies te verlenen. Het advies - dat niet bindend is - concludeert dat er mogelijk sprake is van staatssteun tussen de 3 en de 13 miljoen euro.

De advocaat van de boer vindt dat de stad nooit voorbereidingen heeft getroffen om de loten op een andere manier te verkopen. "Men heeft nooit de hoogste prijs nagestreefd, enkel de gemakkelijkste!". Hij vindt dat zijn cliënt de kans is ontnomen om zelf een deel van de gronden te verwerven. Een deel van de gronden is inmiddels ook doorverkocht aan de buren, wat volgens Reynaert het bewijs is dat het OCMW nooit grondig heeft onderzocht om de grond in meerdere loten te verkopen.

De stad argumenteert dat het niet bewezen is dat de verkoop in meerdere loten een meerprijs zou hebben opgebracht. "Er is geen bewijs van fout, noch dat er meer geld zou zijn. En er is wel onderzocht om de gronden in verschillende loten te verkopen. Maar de kans bestond dan dat de stad dan met verschillende stukken zou achterblijven. Bovendien vereist de verkoop van verschillende loten ook meer administratieve kosten." De advocaten van Huts vinden zelfs dat ze erbuiten staan. "Wij hebben enkel de procedure gevolgd. Wij waren zelfs niet de enige bieder met een marktconforme prijs."

Als het hof de staatssteun bewezen acht, rijst de vraag of de verkoop nietig verklaard moet worden. Indien het hof dan oordeelt dat dit niet kan, vormt zich een nieuw probleem: wie moet opdraaien voor die verborgen staatssteun, het OCMW dat mogelijk een fout beging of de vennootschap achter Fernand Huts dat te weinig betaalde? Al wou de voorzitter van de kamer van het hof van beroep nog niet al te veel op de zaken voorruit lopen.

Uitspraak op 11 oktober.

Bron: Belga / Eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek