Belg eet en drinkt minder zuivel, maar lust vooral kaas, room en ijs
nieuwsHet thuisverbruik van zuivel is lichtjes gedaald. Dat blijkt uit de laatste cijfers van VLAM. Net als bij de gehele voedingsmarkt spelen de hoge inflatie en het stijgend buitenhuisverbruik hierin een rol. We kochten in 2023 één procent minder zuivelvolume aan, maar besteedden wel 14 procent extra. Dat is méér dan de stijging die we zien bij andere voedingsproducten. Het ene product is ook duidelijk populairder dan het andere. Kaas, room en ijs zijn de sterkste stijgers, maar onze melkconsumptie gaat erop achteruit.
Zuivel blijft een belangrijke voedingscategorie voor de Belg. Op een gemiddelde dag in de tweede helft van 2023 consumeerde 73 procent van de Belgen een zuivelproduct. VLAM geeft de zuivelconsumptie weer aan de hand van de ‘dagpenetratie’. Deze term geeft het aandeel Vlamingen weer dat op een gemiddelde dag een bepaald product heeft geconsumeerd.
Plantaardige alternatieven
Zo hebben de plantaardige alternatieven voor zuivel bijvoorbeeld een dagpenetratie van 16 procent. 84 procent van die 16 procent consumeerde diezelfde dag ook een regulier zuivelproduct. Plantaardige zuivelalternatieven lijken dus niet meteen aan terrein te winnen, noch te verliezen. Het thuisverbruik van de plantaardige alternatieven is op langere termijn dalend in volume (-6% t.o.v. 2016). Binnen het thuisverbruik neemt zuivel een volumeaandeel in van 91 procent tegenover 9 procent voor de plantaardige alternatieven. Deze verhouding bleef de afgelopen zeven jaar stabiel. Vooral in Wallonië en in gezinnen met kinderen uit lage sociale groepen blijven echte zuivelproducten vele populairder dan hun plantaardig alternatief.
Kaas en yoghurt in de lift
Bijna de helft (49%) van het aangekochte zuivelvolume is melk, daarna volgen kaas (15%) en yoghurt (12%). Het volumeaandeel van melk is wel dalend, net als dat van boter en verse witte kaas, en dit ten voordele van kaas, room en ijs. In bestedingen is kaas de belangrijkste productgroep met een omzetaandeel van 47 procent. Melk heeft binnen de zuivelbestedingen een aandeel van 16 procent. Na een daling tussen 2016 en 2022 met 4 procent, daalde het thuisverbruik van melk in 2023 met 3 procent tot 38,4 liter per capita. Door een sterke stijging van de gemiddelde prijs, noteerden we wel een stijging in besteding. 70 procent van het melkvolume is halfvolle melk, 20 procent volle melk en 12 procent magere melk. Volle melk is populairder geworden. Naast witte melk is ook het thuisverbruik van karnemelk en van gearomatiseerde melk dalend. Bij drinkyoghurt en gefermenteerde melk en melkdrinks is er sprake van een stabilisatie.
Na een stijging van vier procent tussen 2016 en 2022 stagneerde het thuisverbruik van kaas in 2023 op 11,9 kg per capita. Door een stijging van de gemiddelde prijs met 15 procent steeg ook de besteding met 15 procent. Kazen met harde korst nemen 63 procent van het volume in, tegenover 9 procent voor kazen met halfharde korsten 28 procent voor zachte kazen. Zachte kazen winnen de laatste jaren terrein, terwijl de halfhardekorstkazen onder druk staan.
64 procent van de kazen worden gekocht onder private label en dit aandeel is nog groeiend. 13 procent van het gekochte kaasvolume is Belgische kaas en dit aandeel is dalend. Belgische kazen zijn populairder in Vlaanderen en bij gepensioneerden en hebben een groter volumeaandeel binnen de kazen met halfharde korst, binnen de merkkazen en bij buurtsupermarkten en speciaalzaken.
Bij yoghurt noteren we in 2023 terug een stijging, na een dalende tendens de voorbije jaren. We klokten in 2023 af op een thuisverbruik van 9,7 liter per capita. Binnen yoghurt blijft natuuryoghurt aandeel winnen. Verder zien we een stijgend thuisverbruik voor ijs tot 4,8 liter per capita, een stabilisatie voor room op 2,1 liter per capita en dalingen bij verse witte kaas (tot 2,4 kg per capita), boter (tot 1,4 kg per capita) en verse desserts (tot 3,6 liter per capita).
Minder volumes, meer geld
De bestedingen aan zuivelproducten stegen in België in 2023 met 14 procent. Deze stijging is bovengemiddeld, want de totale voedings- en huishoudbestedingen (FMCG) zijn in dezelfde periode gestegen met 'slechts' 9 procent. De stijging is voor een groot deel toe te wijzen aan de hoge inflatie (19% bij zuivel). Die hoge inflatie heeft ervoor gezorgd dat Belgen binnen zuivel op zoek gingen naar budgetvriendelijkere producten. Daarnaast zien we een lichte daling in volume met 1 procent tot 77,7 kg/liter per capita. Ook op langere termijn (in vergelijking met 2016) merken we een lichte daling in volume (-4%) en een stijging in besteding (+31%).
Meer dan de helft van het volume zuivelproducten wordt aangekocht in grotere supermarkten. Het volumeaandeel van hard discount bleef de voorbije jaren schommelen rond 30 procent. Het aandeel van e-commerce blijft sinds 2021 hangen op 3 procent. De buurtsupermarkten zagen hun volumeaandeel binnen zuivel dalen van 9 procent naar 8 procent.
Wat de gehele voedingsmarkt betreft, bedroeg de voedingsinflatie vorig jaar 13 procent, wat betekent dat de FMCG-markt in verhouding met de inflatie daalde (9% tegenover 13%, red.). Gekeken naar alle producten, dus niet enkel zuivel, kochten de huishoudens minder in volume en kozen ze voor budgetvriendelijkere alternatieven, zoals meer huismerken en inkopen bij discountwinkels. De aankoopfrequentie, dus het aantal aankopen per gezin, is in 2023 gestegen na een jarenlange daling. Gezinnen zijn immers meer gaan uitkijken welke producten waar het meest voordelig zijn in plaats van alles op één plaats te kopen.
Minder zelfbereiding
We koken ook steeds minder zelf. In 2014 waren nog 74 procent van de geconsumeerde warme maaltijden in België zelfbereide maaltijden, maar dit percentage zit in dalende lijn. Corona zorgde even voor een opleving met de sluiting van horecagelegenheden, maar daarna zette de dalende trend zich voort. In 2022 kwamen de zelfbereide warme maaltijden uit op een aandeel van 71 procent en in 2023 was dit nog slechts 68 procent. Dit is vooral te wijten aan de toename van afhaal- en geleverde warme maaltijden, en kant-en-klare maaltijden. Deze zitten in de lift en kwamen in 2023 uit op aandelen van respectievelijk 11 procent en 9 procent, komende van 7 procent en 6 procent in 2014.
De consumptie van warme maaltijden buitenshuis, bijvoorbeeld op restaurant, kent na de coronacrisis een moeilijker herstel. In 2014 waren die maaltijden goed voor 13 procent van de warme maaltijden, in 2023 voor 12 procent.
Sommige zuivelproducten zijn populairder thuis, andere worden vaker buitenshuis gegeten. Het hoeft niet te verrassen dat boter, yoghurt en melk in verhouding vaker thuis worden geconsumeerd, terwijl ijs, room en gearomatiseerde melk (bv. chocomelk) in verhouding regelmatiger buitenshuis geconsumeerd worden, bijvoorbeeld in een ijssalon.

Bron: VLAM, eigen berichtgeving
Beeld: VLAM