nieuws

Weg met PFAS-houdende gewasbeschermingsmiddelen? Experts lichten toe in Vlaams parlement

nieuws

De bezorgdheid en controverse rond trifluorazijnzuur (TFA), de kleinste telg uit de PFAS-familie, nemen almaar toe. Omdat de stof niet afbreekt in het milieu en erg wijdverspreid is, groeit de druk om de verspreiding ervan wettelijk in te perken. Daarbij komen ook PFAS-houdende gewasbeschermingsmiddelen in beeld. In het Vlaams parlement hield de commissie Leefmilieu recent een hoorzitting over de kwestie. Samen met experten bogen de parlementsleden zich over prangende vragen: kunnen landbouwers zonder deze stoffen, zijn er werkbare alternatieven en moet Vlaanderen sneller ingrijpen dan Europa?

Vandaag Jozefien Verstraete
pesticidetractorgewasbeschermingsmiddelen

Omdat trifluorazijnzuur (TFA) de kleinste PFAS-molecule is en zich gemakkelijk in water verspreidt, bleef het lange tijd onder de radar van velen. Intussen komt TFA steeds meer naar de voorgrond als grootste bedreiging in de strijd tegen de zogenaamde 'forever chemicals'.

TFA wordt gebruikt als proceshulpstof in onder meer de farmaceutische sector en bij de productie van verf en werkkledij. De stof ontstaat ook als bijproduct wanneer aircogassen in auto’s in de atmosfeer afbreken of wanneer fluorhoudende gewasbeschermingsmiddelen afgebroken worden in de bodem.

Met de huidige normen zou het Europese water en voedsel veilig zijn voor consumptie. Maar eensgezindheid in de wetenschap over de immunotoxische effecten van TFA of over de drempel waarbij de gezondheid in gevaar komt, is er niet. De normstelling is nog in volle ontwikkeling. “TFA bedreigt het drinkwater en kan nog giftiger zijn dan we nu al weten”, duidt emeritus prof. dr. Jacob de Boer, expert in toxicologie en milieuchemie. “Van andere PFAS weten we of ze immunotoxisch zijn. Pas bij zeer hoge dosissen blijken ze kankerverwekkend te zijn." Maar omdat TFA zo wijdverspreid is, vreest hij dat de stof grotere problemen kan veroorzaken dan andere PFAS. Daarnaast roept hij ook op om de blik niet te vernauwen tot de gezondheid via drinkwater: “TFA heeft ook aanzienlijke ecologische gevolgen.”

Waarom zit PFAS in gewasbeschermingsmiddelen?

PFAS is een verzamelnaam voor chemische verbindingen met fluoratomen. In gewasbeschermingsmiddelen versterken fluoratomen de biologische werking, waardoor minder product nodig is voor hetzelfde effect. Om die reden worden ze ook vaak ingezet in geneesmiddelen. In de jaren 80 was het gebruik van fluorgroepen een ware innovatie. Maar nu blijkt dat dat deze fluorverbindingen, waarvan TFA de kleinste is, nauwelijks afbreken in het milieu en zich opstapelen. Industrie en wetenschap zoeken naar manieren om de afbraak te sturen, zodat TFA niet meer ontstaat maar de werking van de gefluoreerde moleculen behouden blijft. Maar zover zijn we nog niet.

Hoeveel PFAS-houdende gewasbeschermingsmiddelen zijn er in Vlaanderen?

Op de Belgische markt zijn er verschillende gewasbeschermingsmiddelen die PFAS bevatten, al vormen ze slechts een klein deel van het totale bestrijdingsmiddelengebruik en de geïntegreerde aanpak (IPM). “Die steunt op drie pijlers”, duidt Peter Jaeken, secretaris-generaal van Belplant, de sectorfederatie van de industrie van de plantenbescherming. “Eerst en vooral is er preventie, dit is de belangrijkste pijler. Vervolgens wordt er gemonitord om in te grijpen wanneer de economische drempel is overschreden, en tot slot is er een combinatie van chemische en niet-chemische oplossingen.” Van deze chemische oplossingen met werkzame stoffen, waren er in 2024 32 PFAS-houdend. "Op basis van de EU-wetgeving hebben de federale toelatingsoverheden er al zes uit de markt gehaald hebben; of beslist om dat binnen het jaar te doen", aldus Jaeken.

75 procent van de PFAS-vervuiling heeft een industriële bron, 5 procent is afkomstig van gewasbescherming

Belgische overheidsstudie
Schermafbeelding 2025-07-09 172444

Wie is verantwoordelijk voor PFAS-vervuiling?

De cijfers over de herkomst van PFAS verschillen sterk. Een Belgische overheidsstudie uit 2023 toont dat gewasbeschermingsmiddelen verantwoordelijk zijn voor vijf procent van het PFAS-volume. 75 procent zou uit de medische sector, textiel en koelsystemen komen. Pesticides Action Network PAN verwijst in de commissie dan weer naar een  Duitse studie die PFAS-pesticiden aanwijst als de voornaamste bron. Voor emissies uit industriële bronnen waren echter geen cijfers bekend in die studie. Toch is PAN stellig: “Er zijn geen argumenten meer om PFAS-pesticiden te blijven gebruiken. Ze moeten verboden worden.”

“Er zijn uiteraard meerdere bronnen, maar dat mag geen excuus zijn om er geen aan te pakken”, valt De Boer bij. Hij benadrukt dat ook particulieren verantwoordelijkheid dragen. Hij verwijst naar de middelen tegen luizen bij huisdieren en de korrels slakkengif: “Eén korrel kan tot 7.000 liter grondwater verontreinigen.”

Volgens PAN is de verkoop van PFAS-pesticiden in Vlaanderen de voorbije drie jaar gestegen. Jaeken wijst erop dat het gebruik en risico van de meest risicovolle gewasbeschermingsmiddelen net fors daalden het afgelopen decennium. “België streeft naar een halvering van gebruik en risico tegen 2030”, zegt hij. “We zijn goed op weg om dit te halen. Het vergt inspanningen, maar die zijn noodzakelijk en de sector neemt zijn verantwoordelijkheid op.”

In de praktijk worden lang niet alle preventieve maatregelen genomen

PAN

Kan de agrovoedingssector zonder deze middelen?

Het verbieden van bepaalde producten zonder alternatieven toe te laten, zal het de landbouw en verwerkende industrie ernstig bemoeilijken, meent Jaeken. “De biologische landbouw in Vlaanderen is beperkt, met bijvoorbeeld slechts 140 hectare aardappelteelt. Zonder PFAS-houdende pesticiden komt de verwerkende industrie in het gedrang, aangezien zij afhankelijk is van een bepaald oogstvolume”, duidt hij.

Volgens PAN zijn er al voldoende alternatieven voor PFAS-houdende middelen. Daarbij schuift de organisatie ook een verbeterde algemene weerbaarheid van gewassen naar voren, om zo de behoefte naar middelen te verminderen. “In de praktijk worden lang niet alle preventieve maatregelen, zoals gewasrotatie, bodembedekking of stimuleren van natuurlijke vijanden, genomen”, klinkt het.

Dat er voldoende alternatieven zijn, weerlegt Jaeken. “Voor specifieke teelten als witloof of enkele sierplanten, zijn er weinig alternatieven. Een aantal van die teelten zijn nicheteelten en liggen minder in het oog van onderzoek en ontwikkeling, net omdat ze zo klein zijn. In de tuinbouw is er bijvoorbeeld een product waarop de geïntegreerde landbouw sterk steunt vanwege zijn selectieve werking en gunstige milieuprofiel. Als dat product verdwijnt, zullen landbouwers genoodzaakt zijn om breder werkende middelen in te zetten, wat negatieve milieueffecten kan veroorzaken. Ook het beheer van onkruid wordt bemoeilijkt zonder die middelen. Mechanische oplossingen vereisen frequente bodembewerking, wat erosie in de hand werkt.”

Het klopt dat we niet zonder bestrijdingsmiddelen kunnen, maar het is wél mogelijk om de juiste te ontwikkelen

Jacob De Boer - Expert in toxicologie en milieuchemie

Zijn er volgens Belplant oplossingen?

Volgens Jaeken kan het gebruik van PFAS-pesticiden op korte termijn verder dalen via de geïntegreerde aanpak, met maatregelen zoals anti-erosiedrempels, fyteauscans en driftreductie. “Drift, afspoeling en uitspoeling zijn de drie belangrijkste bronnen van waterverontreiniging. Geef de sector meer werkbare instrumenten hiervoor.”

Op lange termijn wijst Jaeken onder meer op het potentieel van nieuwe veredelingtechnologieën en precisielandbouw. Al komt deze laatste in Vlaanderen moeilijk van de grond. “Er mag met drones met moeite water gespoten worden, laat staan met iets anders”, aldus Jaeken.

Ook zullen er volgens hem alternatieve middelen voor PFAS-gewasbeschermingsmiddelen moeten komen, maar die stuiten momenteel op zeer trage doorlooptijden binnen de EU. “50 procent van het budget van de sector gaat momenteel naar R&D in producten met laag risico en biocontrole”, duidt hij. “Nieuwe middelen ontwikkelen duurt echter zo’n twaalf jaar. Bedrijven wachten soms twee jaar op een eerste reactie. Een versnelling van de markttoegang is noodzakelijk om verouderde middelen sneller te kunnen uitfaseren. De Europese Commissie beseft dat, maar is niet snel in het oplossen van die handicap.” Belplant vraagt tijd en ruimte voor innovatie die aansluit bij de tijdslijnen voor de markttoegang, zonder dat intussen essentiële middelen verdwijnen zonder valabel alternatief.

De Boer pleit dan weer voor een zo kort mogelijke, realistische uitfaseringstermijn. “Zolang de slechte middelen gebruikt mogen worden, komen er geen alternatieven. Start-ups in de sector kunnen nooit opboksen tegen de producten van de grote multinationals”, klink het. “Het klopt dat we niet zonder bestrijdingsmiddelen kunnen, maar het is wél mogelijk om de juiste te ontwikkelen.” Hij is ervan overtuigd dat het sneller kan dan twaalf jaar. “Het is aan de overheid om die stimulans te bieden. Als zij druk zet door slechte stoffen uit te faseren, dan ontstaat er een markt voor creativiteit en nieuwe producten.”

Moet Vlaanderen sneller gaan dan de EU?

In de Vlaamse regering kreeg minister van Omgeving Jo Brouns (cd&v) de opdracht om tegen het einde van dit jaar met een strategisch plan rond de bescherming van drinkwater te komen. Dat moet volgens het Regeerakkoord een verbod bevatten op moeilijk verwijderbare stoffen. Tegelijk werd ook opgenomen dat er alternatieven beschikbaar moeten zijn, als er gewasbeschermingsmiddelen geschrapt worden.

De Boer pleit ervoor dat België en Nederland niet wachten op een Europees groen licht om het gebruik van PFAS-houdende middelen te verbieden. "De Benelux-landen scoren het slechtst van heel de EU op het vlak van oppervlaktewaterverontreiniging", geeft hij mee. "Een verbod in waterwingebieden kan allicht relatief snel."

Volgens Vlaams parlementslid Stijn De Roo (cd&v) is het echter geen oplossing om federaal strengere regels op te leggen dan de EU. “Deze sterke isolatie zou een gelijk speelveld overboord gooien. Allicht worden er dan producten geïmporteerd die niet aan de Vlaamse productienormen voldoen.”

Maar daar gaat De Boer niet mee akkoord. Hij erkent het argument, maar het leidt volgens hem tot passiviteit. “Zo wordt de verantwoordelijkheid doorgeschoven en onderneemt uiteindelijk niemand actie. Het is nochtans hoog tijd om daadwerkelijk iets te doen. Er zullen altijd koplopers zijn. Het is beter daarbij te zijn dan in de achterhoede te belanden.”

Als men het argument van een ‘gelijk speelveld’ laat gelden, dan moet dat volgens Vlaams Parlementslid Mieke Schauvliege (Groen) evengoed van toepassing zijn voor de Europese burger: “Elke Europeaan heeft recht op zuiver water. België en Nederland voldoen niet aan de Europese regels daarvoor, dus is een verbod nodig.” Haar fractie diende onlangs een voorstel van resolutie in om PFAS-houdende gewasbeschermingsmiddelen te verbieden, maar het werd verworpen.

Controverse in Frankrijk over herinvoering van verboden insecticide
Uitgelicht
Frankrijk buigt zich de komende dagen over een wetsvoorstel dat het gebruik van acetamiprid onder voorwaarden opnieuw zou toelaten. De neonicotinoïde is er sinds 2018 verboden...
2 juli 2025 Lees meer

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek