Voedselhulp en onderwijs moeten hand in hand gaan
nieuws"Een engagement voor voedselzekerheid is een morele plicht én de sleutel tot het bevorderen van economische ontwikkeling en wereldwijde stabiliteit", aldus de Amerikaanse landbouwminister Tom Vilsack. De Amerikanen kloppen zichzelf op de borst omdat ze de grootste voedseldonor zijn. Maar Obama wil ook extra investeren in de landbouwproductie in arme landen.
Volgens Vilsack is overkoepelend leiderschap met betrekking tot voedselzekerheid belangrijker dan ooit nu we geconfronteerd worden met een jaarlijkse aangroei van de wereldbevolking met 79 miljoen mensen. Hij onderstreept in een opiniestuk dat De Tijd gepubliceerd heeft uitvoerig het engagement van de VS. "De Amerikaanse traditie om voedselhulp te verstrekken begon na de Tweede Wereldoorlog, en tot vandaag blijven we de grootste voedseldonor".
De afgelopen tien jaar leverden de VS zowat 55 procent van de voedselhulp. Voor 2008 en 2009 werd hiervoor een bedrag uitgetrokken van 5,5 miljard dollar. "Toch een opmerkelijke verwezenlijking, mogelijk gemaakt door de Amerikaanse landbouwgemeenschap, privé-vrijwilligersorganisaties, industriële concerns en het al lang bestaande engagement van burgers om Amerikaanse rijkdommen te delen met minder bedeelden", aldus Vilsack.
De Amerikaanse landbouwminister rept met geen woord over het feit dat de Amerikaanse voedselhulp onder meer in de schoot van de Wereldhandelsorganisatie blootstaat aan hevige kritiek. Volgens critici zou wordt de voedselhulp immers ook aangewend om landbouwoverschotten met de nodige steun aan de eigen boeren over de grenzen te krijgen.
Eerdere deze maand heeft Obama echter laten verstaan dat de VS ook extra geld willen pompen in de landbouwproductie in arme landen. De president wil aan het Amerikaanse Congres vragen om de financiële hulp voor landbouwontwikkeling te verdubbelen tot één miljard dollar in 2010. En Vilsack kondigde aan dat 80 miljoen dollar extra wordt vrijgemaakt om vier projecten in Afrika te steunen waarbij voedselhulp en onderwijs hand in hand gaan.
"Het programma heeft al maaltijden verschaft aan meer dan 22 miljoen kinderen in 41 landen, en de scholingsgraad daar met 14 procent verhoogd. Ik ben vast van plan de investeringen in dat belangrijke programma op te trekken, zodat nog eens miljoenen kinderen voedsel en onderwijs krijgen", besluit Vilsack.
Bron: De Tijd
