Vijftien landbouwbedrijven moeten wijken voor vernattingsproject
Reportage"Vroeger kwamen hier bussen vol mensen om te leren over duurzaam melkvee." Marcel Heylen, voorzitter van de Werkgroep Landbouw in Geel, kijkt met weemoed naar het vernattingsproject aan de Kleine Nete. De weides waar melkkoeien grazen en voedergewassen groeien, moeten terugkeren naar hun oorspronkelijke staat als vennengebied. Dat heeft ingrijpende gevolgen voor vijftien melkveebedrijven. VLM voert een maximaal aankoopbeleid om dit ecologisch herstel uit te voeren, maar geen enkele boer zet zijn pennenstreek zonder pijn in het hart.
De karakteristieke witte boerderijen in de Roerdompstraat in Geel maken al zo’n 75 jaar deel uit van het Kempisch landschap. Langs deze baan bouwde men in de jaren 1960 14 melkveebedrijven, aanvankelijk met elk ongeveer 20 hectare grond en zo'n 50 melkkoeien. Later volgden een kalveropfokbedrijf en een nieuw melkveebedrijf tussen de Roerdompstraat en natuurgebied De Zegge.
Van moeras naar landbouwpolder
Maar deze boerderijen zijn er niet zomaar gekomen. In de jaren voor deze kleine landbouwrevolutie, stond de ruime zone bekend als moerasgebied Geels Gebroekt. De grote transformatie is te danken aan de toenmalige Nationale Maatschappij voor de Kleine Landeigendom. De Nationale Maatschappij voor de Kleine Landeigendom legde het gebied ten zuiden van de Kleine Nete helemaal droog. Het gebied werd opgedeeld in een noordelijke en zuidelijke zone van elkaar gescheiden door een dijk waarop de Roerdompstraat werd aangelegd. Aanpalend kwamen de landbouwbedrijven die nu geviseerd worden in het vernattingsproject.
Nochtans zijn deze bedrijven er gekomen onder impuls van de overheid. Kandidaten die de juiste kwalificaties aantoonden, konden aan de slag op deze mooie verkavelingen. “De agrarische ontwikkeling gebeurde in het kader van ‘Nooit meer honger’, een initiatief na de Tweede Wereldoorlog om in te zetten op eigen voedselproductie”, zegt de Geelse melkveeboer Marcel Heylen. Als voorzitter van de lokale Werkgroep Landbouw wil hij de belangen van de lokale boeren behartigen.
Vandaag, ruwweg een kwarteeuw later, moeten deze bedrijven wijken voor een herstel van de grondwaterstanden. Een harde maatregel, maar volgens de Vlaamse regering wel nodig om de lokale natuur te herstellen.
Voor de vijftien bedrijven aan de Roerdompstraat, is het bijzonder pijnlijk. Hoewel de deur openstaat voor grondenruil, vergoedingen voor waardeverlies, het sluiten van beheerovereenkomsten of meewerken aan omvormingsbeheer of beheerlandbouw, is de realiteit voor velen dat ze simpelweg moeten vertrekken.

Verhuizen naar Frankrijk
Eén van de boeren die finaal vaarwel zegt aan de Kempen, is de 41-jarige Koen Op ’t Roodt. Ten laatste deze zomer moet hij zijn bedrijf verlaten hebben. De boer verkocht zijn bedrijf aan VLM en neemt een nieuwe start in Frankrijk.
Het is een beslissing waar de boer niet licht is over gegaan. “Eigenlijk voelen we de bui al hangen sinds ze enkele jaren geleden de vergunning van het pompstation hebben vernietigd”, zegt Op ’t Roodt. “Mijn grootvader is hier begonnen in de jaren ’70. In een gebied dat speciaal voor de landbouw ontgonnen is, na de oorlog. 'Nooit meer honger.' Landbouwgebied De Zegge is altijd een voorbeeld geweest, van over heel Vlaanderen werden de bedrijven hier bezocht. En nu moeten we verdwijnen, alsof het allemaal een vergissing was.”
In het Turnhouts Vennengebied maakt het beleid ook al jaren gekke sprongen, maar daar worden boeren nog niet uitgekocht
“Ze beweren dat boeren vrijwillig worden uitgekocht, maar eigenlijk laat men ons geen keuze. Als de velden vernat worden, kan je hier niet meer werken. Misschien kunnen we ons blijven verzetten. Er nog tien jaar tegen blijven vechten. Maar wat dan? Al die tijd leven in onzekerheid? Ik zie geen toekomst meer voor de landbouw in deze streek. Je zit met de regelgeving rond stikstof, natuurgebied De Zegge vlakbij, en nu nog de verhoging van de grondwaterstanden. Wil men echt de boeren in Vlaanderen houden, dan zal er veel moeten veranderen.”
“Klagen helpt niet”
Toch blijft de melkveehouder met geheven hoofd naar de toekomst kijken. “Je moet vooruit, he. Klagen helpt niet. VLM heeft het bedrijf opgekocht tegen een redelijke prijs. Voor hetzelfde geld deed men dat niet, zouden we gewoon wachten tot onze vergunning vervalt, en eindigen met een onverkoopbare boerderij.”
Gul of niet: het koopaanbod van VLM kan men moeilijk weigeren. “VLM is de enige kandidaat-koper”, zegt de boer. “Ik ken mensen die niet akkoord gaan met de verkoop omdat ze het aangeboden bedrag te laag vinden. Maar ik vrees dat er geen andere optie is. In het Turnhouts Vennengebied maakt het beleid ook al jaren gekke sprongen, maar daar worden boeren nog niet uitgekocht.”
Verhuizen, verdwijnen of een derde optie?
Voor wie niet wil verhuizen of verdwijnen is er, althans in theorie, een derde optie. Een ‘innovatiegroep landbouwtransitie’ moet nagaan welke landbouwvormen er mogelijk zijn in gebieden met hogere grondwaterstanden en overstromingsfrequenties, en welke bedrijven daar een economisch verdienmodel zouden rond kunnen ontwikkelen.
De optie om te blijven boeren met focus op natte teelten, lijkt Op ’t Roodt weinig realistisch. “In Nederland heeft men vele veengebieden, en loopt er al jaren onderzoek naar zulke teelten. Dat is allemaal heel mooi in theorie. Riet, rijst, noem maar op. Maar zolang er geen verdienmodel achter zit, werkt het niet. De mensen op hun bureau in Antwerpen of Brussel hebben hun eigen idee over hoe de landbouw werkt, maar die strookt niet altijd met de realiteit. Men denkt dat je alles kan oplossen met nieuwe teelten, bio en korte keten. Maar of de consument er ook zo over denkt, is een andere vraag.”
De alternatieve verdienmodellen die men aanprijst voor de boeren klinken heel hip, maar landbouwers weten vandaag wat de harde realiteit is
Dat beaamt provinciaal boerenbondvoorzitter Bert De Keyser. “De alternatieve verdienmodellen die men aanprijst voor de boeren klinken heel hip, maar landbouwers weten vandaag wat de harde realiteit is. Er staan misschien mooie subsidies tegenover, maar iedereen weet dat het een tijdelijk verhaal is.”
Zelf kiest de Op ‘t Roodt eieren voor zijn geld: hij blijft bij zijn passie voor melkvee, maar zal die nu beoefenen in Frankrijk. “Het goedkoopste land om te starten”, zegt hij. “De grond is er 7 a 10 keer goedkoper dan in Vlaanderen. Voor 5 tot 10.000 euro heb je een hectare. We hebben niet de middelen om binnen Vlaanderen te herbeginnen.”
Vlaamse rijstvelden
Niettemin zal het onderzoek naar natte teelten en aanpassingsmogelijkheden voor landbouwers gebeuren binnen een ‘living lab’, dat maandag voorgesteld werd op een debatavond onder leiding van Antwerps provinciegouverneur Cathy Berx (cd&v). Het onderzoeksgebied zal beheerd worden in samenwerking met KU Leuven, De Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde Antwerpen (KMDA) en andere leden van het Kleine Nete-samenwerkingsverband.
Het kabinet Berx benadrukt wel nog dat het project niet uitgaat van de provincie Antwerpen, en de gouverneur slechts handelt als commissaris in opdracht van de Vlaamse regering.
Deze gronden werden lange tijd verhuurd door VLM. Enkele jaren geleden werden de landbouwers verplicht de gronden aan te kopen, en nu duwt men de boeren richting onteigening
Veel hoop dat dit Living Lab de nodige oplossing zal bieden in de vorm van Vlaamse rijstvelden, of andere teelten, lijkt er bij de boeren niet te zijn. Van de vijftien huidige bedrijven aan de Roerdompstraat, is de stopzetting in vijf gevallen definitief. Vele andere bedrijven zijn nog in onderhandeling over een verkoop aan VLM.
Eerst verhuren, dan verkopen, dan verdwijnen
De Geelse landbouwschepen Luc Van Laer (cd&v), tevens landbouwer van beroep, ziet dat het agrarisch landschap in Geel sterk zal veranderen. Hij vindt de werkwijze van de Vlaamse Regering niet correct. “Laat ons duidelijk zijn: het stadsbestuur staat aan de zijde van de landbouwers”, zegt Van Laer. “Deze gronden werden lange tijd verhuurd door VLM. Enkele jaren geleden werden de landbouwers verplicht de gronden aan te kopen, en nu, geen twintig jaar later, duwt men de boeren richting onteigening. Wat Vlaanderen betreft moeten ze vertrekken, en liever vandaag dan morgen.”
“De vernatting kadert binnen een breder project, waar ook waterzuivering, een uitbreiding van het rioleringsnetwerk en ontharding op het programma staan”, zegt de schepen “Daar zijn we voorstander van. Maar we hadden liever de landbouw niet zien verdwijnen. Het is niet duidelijk of het onderzoeksproject van het Living Lab zal leiden tot teelten die economisch rendabel zouden zijn.”
Dat de gemeente Geel wel het charter van het Living Lab heeft ondertekend, gaat vooral om de andere aspecten van het project. Zo omvat het steunmaatregelen zodat het bestuur de nodige fondsen krijgt om riolerings- en onthardingswerken uit te voeren. Deze hebben een fors prijskaartje en zijn anders onbetaalbaar. De Werkgroep Landbouw vraagt het stadsbestuur wel om bij de ondertekening enkele garanties te vragen, zoals dat het poldergebied niet definitief vernat wordt. Ook de percelen in de andere onderzoeksgebieden moeten hiervan worden vrijgesteld.
Het is schrijnend om te zien hoe moderne, gespecialiseerde bedrijven worden weggepest
“Bedrijven worden weggepest”
Van Laer ziet in het vernattingsverhaal niet veel positiefs voor de landbouwers. “Bij een verhoging van de grondwaterstanden worden deze percelen waardeloos voor hedendaagse landbouw”, zegt de schepen. “Een meerwaarde voor de natuur, dat wel, maar het is schrijnend om te zien hoe moderne, gespecialiseerde bedrijven worden weggepest.”
Of de schepen niet vindt dat de hogere overheden correct zijn te werk gegaan? “Neen, verre van”, zegt hij. “Dit project staat ver boven de bevoegdheden van het gemeentebestuur. Alles wordt van hogeraf geregeld en wij kunnen alleen maar toekijken en benadrukken dat we de landbouw hier genegen zijn. Maar als Vlaanderen iets beslist, kunnen wij er lokaal niets aan doen.”
Ook bedrijven die niet aan de Roerdompstraat liggen, zullen in meerdere of mindere mate getroffen worden door het vernattingsproject. Zo ook het melkveebedrijf van de schepen. “Maar de mate waarin is moeilijk in te schatten”, zegt hij. “Ik zal mijn bedrijf niet moeten verkopen, maar ik zal al snel tien hectare verliezen voor mestafzet.”
Landbouwraadvoorzitter Heylen waarschuwt nog dat niet enkel de boeren gevolgen zullen ondervinden van de verhoogde grondwaterstanden. Zoals ook de officiële projectpagina waarschuwt, kan het herstel van de natuurlijke grondwaterstanden er in sommige gevallen toe leiden dat woningen die géén waterdichte kelder hebben te maken krijgen met grondwater dat in de kelder sijpelt.
Met de rug tegen de muur
“VLM en Cathy Berx beweren dat niemand verplicht wordt om te verkopen, maar als alle signalen op rood staan en als vergunningen resoluut geweigerd worden, dan sta je met je rug tegen de muur”, zegt Heylen. Bovendien vindt hij de toekomstvisie onduidelijk. “De experten kunnen niet beloven of de alternatieven die ze uittekenen een succes zullen worden. Het is bijna Russische roulette, op kap van de boeren.”
Men vraagt ons of we opportuniteiten zien in de korte keten, hoevetoerisme of een zorgboerderij. Wat een vraag! We zijn melkveehouder geworden omdat we een passie hebben voor koeien. Niet om in de toeristische sector te gaan
Ook in de opmaak van het landbouweffectenrapport voelt Heylen weinig begrip. “Men vraagt ons of we opportuniteiten zien in de korte keten, hoevetoerisme of een zorgboerderij. Wat een vraag! We zijn melkveehouder geworden omdat we een passie hebben voor koeien. Niet om in de toeristische sector te gaan. Je moet doen wat je kunt en wat je graag doet.”
“Tot vorig jaar hadden we nog een minister die beweerde dat korte keten de toekomst is voor de landbouw in Vlaanderen”, zegt Heylen. ”Maar de cijfers geven een ander verhaal. 1,4 procent van alle omzet binnen de landbouw gebeurt via de korte keten. En hoewel Europa een overschakeling wil naar 25 procent bio, zitten we nu op 1,7 procent. Korte keten klinkt als een mooie droom, maar het is niet realistisch als de mensen er niet van overtuigd zijn. Zonder afzet loopt alles vast. Je zal altijd wel een paar mensen vinden die het willen proberen, maar eens de subsidies wegvallen, zijn ze ook weg.”
“Te weinig inspraak”
Bovenal vindt Heylen dat de gedane voorstellen blijk geven van een gebrek aan dialoog en kennis van de sector. “Wanneer ik de gedane voorstellen hoor, kan ik alleen maar concluderen dat er weel veel over de boeren is gepraat, en niet mét de boeren. Anders zou de praktische haalbaarheid van deze voorstellen al lang bekend zijn.”
Ook Boerenbond vindt dat er te weinig inspraak is voor de boeren. “Als organisatie kijken we graag mee naar innovatie, maar we hebben het er moeilijk mee dat landbouwers hier via een top-down werkwijze worden uitgekocht en het beleid zo wordt neergezet.
Groen denken en rood staan bij de bank, daar kom je geen stap mee vooruit
“We willen als organisatie mee rond de tafel blijven zitten. We willen dat het grotere plaatje klopt, met een goede relatie met de zetelende landbouwers. We hebben maandag het charter voor de Proeftuin dan ook niet ondertekend omdat er nog teveel vragen zijn en geen zicht op het grotere geheel.”
De Keyser benadrukt dat Boerenbond wel rekening wil houden met het ecologische plaatje. “Maar we staan ook met beide voeten in de realiteit”, zegt hij. “Groen denken en rood staan bij de bank, daar kom je geen stap mee vooruit. Men moet de boeren een haalbaar, correct verdienmodel aanbieden. En misschien moeten sommige dromers met beide voeten op de grond komen. Verder pleiten we voor openheid en respect. Want zonder transparantie, wordt het wantrouwen alleen maar gevoed.”
“Kritiek niet correct”
Bram Abrams van het kabinet Cathy Berx vindt de kritiek dat lokale boeren niet worden betrokken in het proces, niet helemaal correct. “We praten al jaren met alle stakeholders, dus ook de landbouwers, over dit dossier, zegt Abrams. “We zoeken samen naar een oplossing. In een substantieel deel van de landbouwpolder, ter hoogte van de Roerdompstraat, zal conventionele landbouw niet meer mogelijk zijn. Maar het Living Lab gaat veel ruimer dan dat. In de overige delen blijft landbouw uiteraard mogelijk en is het samen zoeken naar win – win."
“We begrijpen wel dat dit een zeer gevoelig verhaal is”, zegt Abrams nog. “Bij de debatavond op maandag was op voorhand veel commotie en ongerustheid, maar we hebben de indruk dat men met een beter gevoel naar huis is gegaan. Helaas doet er ook veel misinformatie de ronde. In sommige berichtgeving wordt gedaan alsof de vernattingsagenda iets nieuws of onnodig is, terwijl we daar al vele jaren over bezig zijn en dit in alle transparantie. Uiteraard kan altijd alles beter en blijven we inzetten op nog meer communicatie en betrokkenheid.”
Helaas doet er ook veel misinformatie de ronde
“We voeren een deftig flankerend beleid naar de landbouwsector toe”, zegt Abrams nog. “We hebben een mandaat van de Vlaamse regering om in te gaan op aankoopopportuniteiten, uiteraard aan marktconforme prijzen, en samen met de landbouwers zoeken we naar oplossingen. Daarnaast steken we de hand uit om na te denken over een economisch model dat wel toekomst kan hebben in de vernatte omstandigheden. Een vraag die speelt in valleigebieden in heel Vlaanderen. Heel wat kennisinstellingen zijn hierbij betrokken, zoals de KU Leuven en Hogeschool Gent. Is er een resultaatsverbintenis? Neen. Maar wel een inspanningsverbintenis.”
“Uiteraard is men lokaal geen vragende partij voor deze maatregelen”, zegt Abrams tot slot. “Men wil gewoon verder doen en met rust gelaten worden. Alle begrip daarvoor. Maar er zijn nu eenmaal heel wat legitieme beleidsdoelen waar Vlaanderen naartoe moet werken. Toen de problematiek op tafel kwam, hebben we die breed op tafel gelegd, ook bij landbouwers, Boerenbond en alle andere betrokken organen. Ik begrijp dat het gevoelig ligt en erg moeilijk is, maar de bewering dat er te weinig transparantie is en dat het allemaal top-down gebeurt, is niet helemaal correct. We blijven ook inzetten op verdere transparantie.”
Voor wie zich verder wil informeren over het project verwijst Abrams nog naar de website dezegge.dekleinenete.be.

Bron: Eigen berichtgeving
Beeld: dezegge.dekleinenete.be