Versoepeling drinkwaternorm in West-Vlaanderen blijft gemoederen beroeren

nieuws

Dat Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns de drinkwaternorm in West-Vlaanderen heeft verlaagd voor triazolen, doet veel vragen rijzen. Waar opiniemakers in de pen kruipen om de aardappelsector en bij uitbreiding de intensieve landbouw te veroordelen, rijzen er bij de Vlaamse parlementsleden tal van vragen over de impact op de gezondheid van deze versoepeling en over de manier waarop landbouw deze verontreiniging in de toekomst wil vermijden. In maar liefst drie commissies werd het onderwerp aangekaart. En ook in de West-Vlaamse provincieraad werd er gedebatteerd over het onderwerp.

24 januari 2025 Griet Lemaire

Meteen nadat het nieuws naar buiten kwam dat minister Brouns (cd&v) de norm voor triazolen in drinkwater tijdelijk zou verhogen, kwam Bart Vanwildemeersch van de West-Vlaamse Milieufederatie met een eerste opiniestuk in De Standaard. Daarin nam hij de groei van de aardappel- en verwerkende industrie op de korrel. Het vertrouwen in drinkwater in West-Vlaanderen is omgekeerd evenredig met de groei van deze sectoren, klonk het. Vanwildemeersch verdedigde het principe van ‘de vervuiler betaalt’ en riep ook op om een integraal plan te maken voor de Westhoek.

Afgelopen week kwam daar een tweede opiniestuk bij in diezelfde krant. Deze keer van Bavo Verwimp, bioboer en landbouweconoom. Volgens hem is zuiver drinkwater enkel mogelijk met een ander landbouwmodel. Hij stelt vast dat heel wat boeren dankzij de sterke toename van het aardappelareaal hun inkomen een beetje op peil konden houden. “De business draait. De aardappelverwerkers doen gouden zaken. Boeren en grondeigenaars mogen een beetje mee de vruchten plukken”, zo schrijft Verwimp.

Volgens hem kennen we de analyse die Vanwildemeersch maakte al lang, “maar voor complexe vraagstukken bestaan geen eenvoudige oplossingen”. Een valabel alternatief is in de ogen van Verwimp agro-ecologische landbouw dat veel minder op zoek gaat naar de hoogst mogelijke productie. Voor de aardappelteelt verwijst hij daarvoor naar meer resistente aardappelrassen als Alouette en Vitabella. “Die aardappelen hebben een lekkere smaak, maar ze brengen per hectare misschien wat minder op. Het alternatief bestaat dus, maar de teelt ervan blijft beperkt tot enkele procenten van het areaal.”

“Het economisch model dat eerlijk voedsel moet opleveren, bestaat helaas nog niet”, vervolgt Verwimp. “Zolang het meer opbrengt om aardappelen te verhandelen dan om ze te produceren, blijft het systeem helaas vastlopen. Het blinde geloof in de onzichtbare hand die de markt stuurt, is sterker dan ooit.”

Als minister Brouns het grondwater wil redden, zal hij volgens de bioboer daar moeten beginnen. “Wat de CSA-boeren doen, is een mooi voorbeeld van een ander verdienmodel. Maar net als de korteketenlandbouw is dat slechts een piste voor een deel van de markt. Want zolang de markt overspoeld blijft door goedkope brol, van hier of van elders in de wereld, blijft het vechten tegen de bierkaai.” Verwimp zag hoopgevende signalen in de Europese Farm-to-Forkstrategie. “Maar zelfs de ideeën waarop die gestoeld is, werden al in de kiem gesmoord. Want voedsel moet kost wat kost goedkoop blijven.”

Tot slot vindt hij het principe van 'de vervuiler betaalt’ misschien wel een valabele leidraad. “Maar de echte vervuiler is niet de boer die zich krom werkt. Het is iedereen die profiteert van veel te goedkope ‘patatten’”, besluit het opiniestuk.

Actie van Groen in West-Vlaanderen

Voor de start van de West-Vlaamse provincieraad vorige week kaartte Groen het thema aan door drinkwater uit te delen aan de provincieraadsleden. “Wij willen dat er een versneld actieplan komt om 1,2,4-triazool uit ons drinkwater te halen. Dat betekent dat dit aan de bron aangepakt wordt: in de aardappel- en uienteelt moet dit product minder of niet meer gebruikt worden. Landbouwers moeten ondersteund worden om die omslag te kunnen maken, maar de hele voedingssector moet zijn verantwoordelijkheid opnemen”, viseerde Groen-politicus Jeremie Vaneeckhout net als Vanwildemeersch en Verwimp de aardappelindustrie.

In het vragenuurtje van de provincieraad kwam bij zowat elke politieke fractie de versoepeling van de drinkwaternorm aan bod. N-VA en Vooruit sloten zich aan bij het standpunt van Groen. Ze vragen dat de provincie een plan van aanpak opmaakt, aangezien die bevoegd is voor waterbeleid. “Wij vragen dat ingezet wordt op een integrale aanpak waarbij landbouwers, de industrie, milieuorganisaties en de overheid de handen in elkaar slaan om de problematiek aan te pakken op korte en lange termijn”, vertelt Anouk Speleers van N-VA. Rania Fahi van Vooruit sloot zich daarbij aan. "Het principe moet zijn dat de vervuiler betaalt en dus niet alleen de landbouwer er moet voor opdraaien."

Bart Naeyaert, cd&v-gedeputeerde voor Landbouw en Waterbeleid, trachtte de provincieraadsleden gerust te stellen. "Ik vind het jammer dat mensen bang worden gemaakt over de kwaliteit van het drinkwater. De aanpassingen aan de norm werden wetenschappelijk beoordeeld en bovendien blijven de metingen nog een stuk onder de norm die minister Brouns heeft aangepast", meent hij. Naeyaert zegt te beseffen dat er nog ontzettend veel werk blijft, maar hij wil dat daarbij niet alleen de aardappelverwerkende industrie wordt geviseerd. "De kwaliteit van het drinkwater verhogen, is een werk voor elke sector: landbouw, industrie en huishoudens."

De gedeputeerde benadrukt dat stoppen met boeren geen optie is dus dat er heel intensief met de sector moet samengewerkt worden om de waterkwaliteit te verbeteren. "Maar dat is niet gemakkelijk. Onze gebiedsgerichte werking in Zillebeke en Dikkebusvijver waar samengewerkt wordt met landbouwers, Inagro, De Watergroep en andere overheden, heeft geleid tot mooie resultaten. We willen die aanpak verder uitrollen in de rest van de provincie, maar het zal met vallen en opstaan zijn dat dit gebeurt en het zal nooit definitief verworven zijn."

Grondige gezondheidskundige onderbouwing

Groen-parlementslid Jeremie Vaneeckhout wou ook in de Commissie Landbouw van landbouwminister Brouns weten welke stappen hij gaat ondernemen om landbouwers aan te sporen en te ondersteunen om hun pesticidegebruik te reduceren. De minister benadrukte eerst en vooral dat hij niet over één nacht ijs is gegaan om de uitzondering toe te staan, maar dat die uitzondering grondig gezondheidskundig werd onderbouwd.

Hij lichtte onder meer toe waarvoor triazolen gebruikt worden. “Het gaat om een nieuw op te volgen metaboliet van pesticiden, ontstaan uit fungiciden”, legde Brouns uit. “Het is dus een afbraakproduct van een actieve stof, dat de waterbedrijven in 2022 voor het eerst moesten onderwerpen aan een oriënterende screening. Wereldwijd zijn er een 25-tal commerciële fungiciden op de markt op basis van triazolen.” Hij wijst erop dat triazolen onder andere worden ingezet als nitrificatieremmers en in enkele farmaceutische toepassingen zoals bijvoorbeeld schimmelwerende producten, denk bijvoorbeeld aan Daktarin, en slaapmiddelen of middelen tegen migraine. Ook in de diergeneeskunde wordt het gebruikt.

Van IPM, over vul- en spoelplaatsen tot bufferstroken

Daarnaast wees de minister op de maatregelen die hij toepast binnen zijn bevoegdheid Landbouw. “Ik voer zowel een ondersteunend als een handhavend beleid om de mogelijke impact van gewasbeschermingsmiddelen maximaal te reduceren. Zo moeten professionele gebruikers geïntegreerde gewasbescherming (IPM) toepassen. Volgens hem komt dit er in de praktijk op neer dat landbouwers het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen beperken of vermijden door een aangepaste teelttechniek zoals het kiezen voor rassen die minder gevoelig zijn of door de bodemvruchtbaarheid en -kwaliteit te verbeteren.

Daarnaast laten telers zich bijstaan door waarschuwingsdiensten om te bepalen of een bestrijding wel nodig is. “Ik voorzie al geruime tijd een financiële ondersteuning van deze waarschuwingsdiensten die door de praktijkcentra in een groot aantal teelten worden opgezet. Als een behandeling met gewasbeschermingsmiddelen toch nodig is, wordt zoveel mogelijk gekozen voor de minst gevaarlijke middelen. En als het economisch kan, kiest de landbouwer voor een niet-chemische bestrijding”, aldus de minister.

Volgens hem speelt ook driftreductie een belangrijke rol. Sinds kort is het verplicht om minimaal 75 procent driftreductie na te streven en vanaf 2026 wordt dat percentage verhoogd naar 90 procent. Ook andere maatregelen die hun efficiëntie bewezen hebben, zoals erosiedammen en bufferstroken, worden aangemoedigd. In MAP7 wordt de fytovrije bufferstrook van drie tot vijf meter verplicht voor gebiedstypes waar de waterkwaliteit onvoldoende is. In het Vlaams Actieplan Duurzaam Pesticidengebruik dat recent werd goedgekeurd, wordt ook ondersteuning geboden voor de aanleg van individuele en collectieve vul- en spoelplaatsen. “Want het is op die momenten en plaatsen dat de kans op uitspoeling het grootst is”, benadrukte hij in de Commissie Landbouw nadat hij een week eerder in de Commissie Leefmilieu al dieper inging op een aantal maatregelen die de landbouwsector neemt.

Vervolgens somde de minister nog een heel pakket aan maatregelen op, gaande van de fytolicentie, over biopesticiden tot investeringssteun (VLIF) voor driftreductiesystemen, precisiespuitmachines, gps-technieken en camera- en sensortechnieken of alternatieve bestrijdingsmachines en -technieken. “Wie op Agriflanders aanwezig was, heeft op de stand van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) wellicht ook de mogelijkheden gezien van dronetechnologie en precisielandbouw om gewasbeschermingsmiddelen enkel toe te dienen op de planten die het nodig hebben. Op die manier kunnen de gebruikte hoeveelheden tot 70 of 80 procent gereduceerd worden.”

"Verbod niet te motiveren"

In de Commissie Leefmilieu stelde Brouns dat een algemeen verbod op triazoolhoudende pesticiden op dit moment niet te motiveren is. Naast alle opgesomde maatregelen voor de landbouwsector wil hij ook samen met de medische wereld en de diergeneeskunde kijken wat hun rol kan zijn.

Daarnaast maakt De Watergroep ook werk van een monitorings- en actieplan. De minister verwacht in dat kader al binnen de drie maanden voorstellen voor zinvolle en noodzakelijke preventieve en mitigerende maatregelen. “Op basis van een beperkte meetreeks die nu al beschikbaar is, lijkt het erop dat de hoogste concentraties van 1,2,4-triazool, het afbraakproduct van triazolen, zich voordoen in het voorjaar en het najaar. Maar op basis van deze vaststelling kan er nog geen duidelijke link gelegd worden met een mogelijke bron of mix van bronnen. In de zomerperiodes zijn de concentraties van 1,2,4-triazool over het algemeen lager tot zelfs onder de detectielimiet”, benadrukte Brouns in de Commissie Landbouw.

Cumulatieve effecten

Ook in de Commissie Welzijn en Volksgezondheid werd het thema behandeld. Het was opnieuw Jeremie Vaneeckhout (Groen) die van de bevoegde minister Caroline Gennez wou weten hoe zij tegenover de tijdelijke afwijking stond die minister Brouns had goedgekeurd. Hij vroeg ook in welke mate er onderzoek gebeurt naar de cumulatieve gevolgen van de verschillende schadelijke stoffen in drinkwater. Minister Gennez gaf aan dat ze rekent op haar collega Brouns om snel met maatregelen te komen om de bron van de triazolenvervuiling op te sporen en aan te pakken. “Ik wil benadrukken dat ik dit zeer ter harte neem. Vanuit het departement Welzijn en Zorg zullen we de situatie permanent monitoren. Indien er een zware overschrijding is, dan zullen we opnieuw die normering bekijken”, verzekerde ze.

Wat het cumulatieve effect van verschillende stoffen in drinkwater is, kon Gennez niet meteen duiden. “Eind 2024 is er een nieuwe beheerovereenkomst met VITO afgesloten. Daar zal ook gemonitord worden wat eventuele cumulatieve effecten zijn. De uitkomst daarvan zal uiteraard meegenomen worden in de Gezondheidsmonitor en in de overwegingen”, aldus de minister.

Vernieuwde Fyteauscan wil landbouwers sensibiliseren om puntvervuiling te vermijden
Uitgelicht
Met een vernieuwing van de Fyteauscan, een tool die puntvervuiling door gewasbeschermingsmiddelen in kaart brengt, willen Belplant en Inagro land- en tuinbouwers sensibilisere...
5 december 2024 Lees meer

Bron: Eigen berichtgeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek