interview

Vandamme mist realiteitszin in het regeerakkoord: “Het middenveld kan niet alles oplossen”

interview

Nu de inkt van het regeerakkoord stilletjes aan opgedroogd is, schuift VILT aan tafel bij Hendrik Vandamme, voorzitter van het Algemeen Boerensyndicaat (ABS) om zijn visie over de regeringsplannen te horen. “Ik mis realiteitszin in het regeerakkoord”, zegt hij recht voor de raap. “Landbouwers zijn zeker bereid om bij te sturen, maar de tijdspanne waarbinnen doelen behaald moeten worden, is onrealistisch. Daarnaast stel ik vast dat er veel verantwoordelijkheid bij het middenveld wordt gelegd. Op zich zijn wij daar niet tegen, maar de politiek moet beseffen dat onze rol beperkt is. Als één partij beslist om niet meer aan tafel te komen, dan stopt het.”

24 oktober 2024 Griet Lemaire & Isabelle Braet
HendrikVandammefront

Hendrik Vandamme (59) zwaait volgend jaar af als voorzitter van ABS. Wie zijn opvolger wordt beslist de algemene vergadering van het ABS in het voorjaar van 2025.  Dat die er een vette kluif aan zal hebben om het landbouwbeleid van de Vlaamse regering te toetsen, is wel een zekerheid. Maar tot dat moment neemt Vandamme die rol op voor zijn ruim 3.500 leden en dat doet hij met de nodige sérieux.

De akkerbouwer uit Oostende heeft er ondertussen ruim 15 jaar als ABS-voorzitter op zitten. In die periode zag hij de land- en tuinbouwsector door verschillende woelige waters ploeteren. Zijn voorzitterscarrière startte in 2009, te midden de financiële crisis. “Ook toen kwamen we met onze boeren massaal op straat vanwege barslechte prijzen in alle sectoren.”

Toch merkt hij een groot verschil met de boerenprotesten van begin dit jaar. “Nu kwamen de protesten recht vanuit het hart en vanuit het gevoel dat het echt niet meer gaat. Dat zorgde voor een heel andere dynamiek. Je mag de periode van de boerenprotesten gerust de meest intensieve weken van mijn voorzitterschap noemen.”

Landbouw en Omgeving zitten opnieuw in dezelfde ministerhand. Een opluchting?

Vandamme: “Of het een echte meerwaarde zal zijn voor de landbouw, dat wil ik nog zien. Vanuit het beleidsdomein Omgeving zit je gevangen in een strak juridisch en regelgevend kader, niet enkel op Vlaams niveau maar ook vanuit Europa. Een minister die beide portefeuilles beheert, zal moeilijk telkens de kaart van de landbouw kunnen trekken. Dat merk je trouwens meteen in het regeerakkoord, waarin heel wat behouden is uit de vorige legislatuur. Dat wordt nog versterkt door het stikstofakkoord dat nu in voege is.”

Is het dan een verademing dat er iemand met kennis van landbouw op het beleidsdomein Omgeving zit?

Vandamme: “Ik zie het als een pluspunt dat de minister al twee jaar ervaring heeft als landbouwminister en dat hij ondertussen de gevoeligheden in de sector kent. Maar het zal een uitdaging zijn om op het beleidsdomein Omgeving resultaten te behalen, om de landbouw te laten werken zoals nodig is en uiteindelijk ook om jonge mensen te motiveren om te starten. Daar zit volgens mij één van de grootste moeilijkheden voor de nabije toekomst: jonge mensen overtuigen dat er wel degelijk een toekomst is in de sector.”

Jo Brouns wordt in bepaalde kringen minister van Boerenbond genoemd. Stoort die perceptie jou als voorzitter van ABS?

Vandamme: “Ik herinner me nog dat de minister voor zijn eedaflegging liet optekenen in een krantenartikel in Het Laatste Nieuws ‘dat hij goed ging luisteren naar de Boerenbond’. Ik heb er hem achteraf fijntjes op gewezen dat er nog andere organisaties dan Boerenbond zijn (lacht).”

“Nu, we hebben in het verleden altijd een goed contact gehad met de minister en met zijn kabinetsmedewerkers. Het komt er vooral op aan om de gulden middenweg te vinden tussen de verschillende organisaties. De luisterbereidheid naar andere ideeën en andere inzichten over de manier waarop aan landbouw kan gedaan worden, is er volgens mij in ieder geval. Ik hoop dat we dat de volgende vijf jaar vertaald kunnen zien in het beleid.”

Dat er anderhalf jaar is verloren gegaan waarin er maatregelen konden genomen worden, is bijzonder jammer. We kunnen alleen maar vaststellen dat op geen enkel moment de turbo in het mestdossier is opgezet

Hendrik Vandamme - Voorzitter ABS

De nieuwe minister heeft van de verzoening tussen landbouw en natuur één van zijn belangrijkste beleidsambities gemaakt. Hoe is de polarisatie zover kunnen komen?

Vandamme: “Eerst en vooral wil ik benadrukken dat ik landbouw en natuur als partners zie op het platteland die er allebei baat bij hebben dat de open ruimte maximaal behouden blijft. Maar dan moet je met elkaar wel praten, toch? Vandaar ook dat we met ABS bij het begin van de voorbije legislatuur een initiatief genomen hebben om samen met Natuurpunt het project ‘Boer zkt Natuur, Natuur zkt Boer’ te starten, dat twee jaar gelopen heeft. Het doel was om de redenen van polarisatie te detecteren en richting te geven hoe die de wereld uit te helpen. Dat is een verhaal geweest van vallen en opstaan, maar jammer genoeg is dat doorkruist door het stikstofdossier. Nadat de stikstofbom was ontploft, met het vellen van het stikstofarrest, zijn er door de milieu- en natuurbewegingen aan de ene kant en de landbouworganisaties aan de andere kant verschillende standpunten ingenomen. Die discussies zijn enorm op de spits gedreven, gaandeweg meer en meer gepolitiseerd en uiteindelijk zaten we allemaal op een ander spoor.”

“Naar aanleiding van de boerenprotesten van begin dit jaar heb ik zelf in een overleg met de regering laten vallen dat het aankoopbeleid in agrarisch gebied in functie van natuur- of bosontwikkeling moet stoppen. Men heeft daar meteen ook een politiek strijdpunt van gemaakt, terwijl het mijn bedoeling was om dat aankoopbeleid tegen het licht te houden en te zorgen dat er duidelijkheid kwam over de ruimtebalans. Dat laat toe om op een objectieve manier te bekijken of het verantwoord is om als overheid geld te blijven stoppen in het aankopen van landbouwgrond voor niet-agrarische doeleinden. Vanuit Natuurpunt bekeek men dat als een frontale aanval, wat helemaal mijn bedoeling niet was. Er zijn toen harde woorden gevallen tussen de organisaties. Tijdens de gesprekken met de regering om te landen met het Landbouwakkoord zijn er ook zaken naar de pers gelekt. Ik heb duidelijk laten merken dat ik dat niet apprecieer.”

Ook MAP7 heeft de relaties er niet op verbeterd?

Vandamme: “We hebben daar nochtans onze nek uitgestoken. We zijn 18 keer samengekomen om tot een akkoord te komen en dat lag begin maart 2023 wel degelijk op tafel. Het was aan het beleid om dat verder uit te rollen. Maar net dan besliste Bond Beter Leefmilieu om naar de rechtbank te stappen rond het uitblijven van goede waterkwaliteit. Dat is niet correct. Als je aan tafel zit, praat je met elkaar en speel je geen dubbelspel. Je kan druk zetten tijdens de onderhandelingen, maar naar de rechtbank stappen terwijl je nog aan tafel zit, is van een heel ander kaliber. Uiteindelijk zijn de gesprekken afgesprongen op het punt van de nulbemesting in VEN-gebied. Ik ben zeer ontgoocheld over de manier waarop de natuur- en milieuorganisaties er één element hebben uitgepikt, terwijl duidelijk was afgesproken en in de teksten ook opgenomen was om dat punt over te laten aan de politiek.”

Op een kabinet, waar een totaal gebrek aan landbouwkennis was, was het niet eenvoudig om de impact bepaalde beslissingen in de praktijk duidelijk te maken. Onze opmerkingen werden wel aanhoord, maar ze werden niet opgepikt

Hendrik Vandamme - Voorzitter ABS

We zijn ondertussen anderhalf jaar later en er is nog steeds geen nieuw mestbeleid, terwijl de tijd wel dringt. Hoe moet het nu verder?

Vandamme: “In het regeerakkoord is opgenomen dat men het akkoord van 7 maart 2023 zal uitvoeren vanaf 1 januari 2025. Strikt genomen is er geen wettelijke basis voor, want er is nog geen nieuw decreet. Maar we zullen onze boeren zeker aanmoedigen om de MAP7-maatregelen te volgen en we rekenen op het gezond verstand van de mensen. Dat er anderhalf jaar is verloren gegaan waarin er maatregelen konden genomen worden, is bijzonder jammer. We kunnen alleen maar vaststellen dat op geen enkel moment de turbo in dit dossier is opgezet.”

“Ik reken er tegelijk op dat de Mestbank en VMM zich bewust zijn van het feit dat je in de praktijk niet alles in de hand hebt. Het weer valt niet te voorspellen, in maart kan je onmogelijk weten wat er in de komende vier maanden zal gebeuren. Dat hebben de afgelopen twee jaar duidelijk bewezen. Men zegt dat je maar moet kunnen inschatten wat de minimale behoefte is en dat er naar het ecologisch optimum moet gestreefd worden, maar dat is niet eenvoudig natuurlijk want er speelt nog een economische factor mee. Wat heeft het zin om met een teelt aan de slag te gaan waarvan je weet dat je niet uit de kosten geraakt?”

De vorige minister van Omgeving liet tijdens de vorige legislatuur geen enkele kans onbenut om Boerenbond aan te duiden als zondebok voor alle problemen in de landbouw. De banden met ABS werden dan weer stevig aangehaald, toch in eerste instantie. Je vond het belangrijk om ‘on speaking terms’ te blijven met de minister. Was dat standpunt altijd gemakkelijk te verdedigen bij de achterban? Wanneer is voor jullie het tij gekeerd?

Vandamme: “Hoe je het ook draait of keert, de minister van Omgeving is belangrijk, om niet te zeggen belangrijker voor de landbouwsector dan de minister van Landbouw. En omdat de twee bevoegdheden in de vorige legislatuur opgesplitst waren, was het echt nodig om de lijnen kort te houden met het kabinet en de minister van Omgeving. We wilden duidelijk maken welke impact bepaalde beslissingen hebben in de praktijk. Maar op een kabinet, waar een totaal gebrek aan landbouwkennis was, was dat niet eenvoudig. Onze opmerkingen werden wel aanhoord, maar ze werden niet opgepikt.”

“Dat we in gesprek bleven met de minister werd ons zeker niet altijd in dank afgenomen, ook niet door onze achterban. Bepaalde mensen zagen wel in dat het belangrijk was om met de minister te praten. Ik ben niet gebonden aan eender welke partij en als iets niet oké is voor de landbouwsector, zal ik dat ook vrank en vrij zeggen. En dat was het geval met het stikstofdossier en met MAP7. Daar werd een piste bewandeld die veel te ver ging.”

We hebben ons achteraf afgevraagd of we niet af en toe iets prominenter in beeld hadden moeten treden tijdens de boerenprotesten, maar zo is wel heel duidelijk geworden dat het ongenoegen heel diep zat bij de boeren

Hendrik Vandamme - Voorzitter ABS

Tijdens de boerenprotesten begin dit jaar werden de “grote” landbouworganisaties ook door de landbouwers zelf in vraag gesteld. Hoe heeft ABS naar dat protest gekeken?

Vandamme: “De eerste zichtbare grote protesten ontstonden in Limburg. Die waren op gang getrokken door ABS en Groene Kring. We waren ook de initiatiefnemers van een groot protest in Gent. Het was misschien niet altijd even zichtbaar, maar achter de schermen zijn we wel heel intensief bezig geweest. Zo hebben we veel contact gehad met de federale politie om de veiligheid te garanderen van zowel de weggebruikers als de actievoerders en hebben we veelvuldig onze politieke contacten aangesproken. We hebben ons achteraf afgevraagd of we niet af en toe iets prominenter in beeld hadden moeten treden, maar op die manier is wel heel duidelijk geworden dat het ongenoegen heel diep zat bij de boeren. Ze hebben zelf het initiatief genomen om op straat te komen. Het waren niet de landbouworganisaties die aan de kar hebben getrokken. Na het protest hebben we ook vastgesteld dat er zich nieuwe leden hebben aangemeld bij onze organisatie. Dan hebben we onze rol zo slecht toch niet vervuld zeker?”

Het Landbouwakkoord is het resultaat van die protesten. Is ABS tevreden over het resultaat en de manier waarop dit tot nu toe is ingevuld?

Vandamme: “Er is veel kritiek op gekomen, maar er staan wel 30 actiepunten in. En de zaken die wij gevraagd hadden, zijn bijna allemaal opgenomen. Ik ben al jaren voorzitter van ABS en het was de eerste keer dat we in zo’n constellatie vergaderd hebben met de Vlaamse regering. De protesten waren de beste manier om duidelijk te maken aan politiek en maatschappij hoe diep het zat. Het was mede dankzij de spontane actiebereidheid en volgehouden acties van onze boeren dat de politiek uiteindelijk ook beseft heeft dat er een aantal dingen moesten bijgestuurd worden.”  

“De invulling van dat akkoord loopt niet voor elk actiepunt even vlot. Zo zijn de landbouw- en milieuorganisaties enkele keren samengekomen om de strop rond het ruimtebeslag te deblokkeren. Maar hoe dichter we bij de verkiezingen kwamen, hoe minder we elkaar gezien hebben. Natuurpunt hield de boot af. En na de verkiezingen zijn de gesprekken nog niet terug opgestart.”

Jullie reactie op het regeerakkoord was niet zo positief. Staan er toch zaken in die jullie goed vinden?

Vandamme: “Het feit dat men erkent dat de landbouw een strategische sector is, is zeer positief. Maar de vraag is hoe zich dat zal uiten in het beleid van de komende vijf jaar. Het stikstofbeleid zou evolueren van een depositie- naar een emissiemodel, er wordt gepraat over partnerschap en open ruimte, over het wegwerken van de polarisatie, over de opmaak van een landbouwvisie 2030-2050. Dat zijn allemaal mooie woorden, maar het zal nog moeten blijken.”

“Bovendien vragen boeren nu een antwoord op hun concrete problemen die ze vandaag hebben: kan ik verder doen? Is het verstandig voor de jonge mensen om nu te starten? Ik verwacht veel van de beleidsnota’s van de verschillende ministers. Het is daarin dat ze duidelijk kunnen maken dat het hen menens is dat ze landbouw als strategische sector bestempelen.”

Wat viel er nog op in het regeerakkoord?

Vandamme: “Over de grondaankopen staat er ingeschreven dat landbouwers een voorkooprecht krijgen en dat de prijs zou vastgesteld worden door een officiële schatting van de overheid. Ook hier hangt alles opnieuw af van hoe dit technisch wordt uitgewerkt.”

“Wij hadden liever zien staan dat er zou doorgerekend worden hoe de ruimtebalans ineen zit. Het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen is er nog niet, dus wordt er nog steeds gewerkt met regionale plannen (RUP’s). Maar zolang de overheid geen zicht heeft op het totaalplaatje, is het onverantwoord om door te gaan met zulke aankopen. Dat hangt bovendien samen met de plannen voor die nationale en landschapsparken. Die trein is vertrokken en valt niet meer te stoppen. Neem nu de Brabantse Wouden waar nog heel wat verbindingsgebieden moeten gecreëerd worden. Als dat natuur type drie of vier wordt, betekent dat einde verhaal voor de landbouwactiviteiten die er vandaag zijn.”

“Het regeerakkoord legt ook heel veel verantwoordelijkheid bij het middenveld. Op zich is het goed dat we betrokken worden, maar de politiek moet ook beseffen dat onze rol beperkt is. Wij zijn niet bij machte om uitgebreid studiewerk te verrichten. Daar hebben wij noch de middelen, noch de mankracht voor. Er ligt ook een verantwoordelijkheid bij de politiek om initiatief te nemen en te faciliteren. Kijk maar naar de gesprekken rond grondaankopen in het kader van het Landbouwakkoord. Daar heeft één partij beslist om voorlopig niet meer aan tafel te komen en dan sta je daar.”

HendrikVandammeinartikel

Dat het stikstofdecreet pas in 2031 wordt herzien, heeft veel boeren ontgoocheld. Jullie ook?

Vandamme: “In Nederland erkent men ondertussen dat er een probleem is met de meetmodellen. Ook buitenlandse wetenschappers, zoals de experten die ons stikstofbeleid tegen het licht hebben gehouden in opdracht van KVAB (Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten, red.), stellen zich veel vragen over de grote foutenmarge van 70 procent in de modellen. Dat is geen stevige fundering van een beleid, denk ik dan. En dat kan je moeilijk blijven verdedigen. Daar schiet het regeerakkoord bovendien tekort: men erkent niet dat er een bijsturing nodig is aan de manier waarop de data verzameld worden en hoe ermee omgegaan wordt. De Vlaamse regering geeft nergens een aanzet tot herziening van de huidige manke modelmatige aanpak, noch van het huidige vergunningenbeleid.”

“Ook bij de switch van een depositie- naar een emissiemodel tegen 2030, stel ik mij vragen. Dan weet je waar wat wordt uitgestoten, maar dat zegt niets over het gedrag van die moleculen in de lucht. In Nederland zijn er verschillende mensen die zich verdiepen in de materie, die compleet onafhankelijk zijn. Hun conclusie is: het rammelt langs alle kanten.”

“Wij hebben ook van meet af aan gehamerd op de demografische evolutie. Er moet rekening gehouden worden met de natuurlijk uitstroom en de dalende dieraantallen dat daarmee gepaard gaat. Daarnaast komen er steeds meer nieuwe technieken die het mogelijk maken om de emissies te reduceren. Met alles wat er nu bestaat, kan je in theorie meer varkens houden dan vandaag én minder uitstoot veroorzaken.”

Niets is zo lastig als een nieuw beleid dat wordt uitgerold terwijl je je bedrijf nog in de richting bent aan het sturen van het voorgaande beleid

Hendrik Vandamme - Voorzitter ABS

Maar heel wat van die technieken moeten nog erkend worden, terwijl bedrijven nog maar zes jaar de tijd hebben om in regel te zijn met het stikstofdecreet. Dat betekent voor velen: vergunningen aanvragen en nieuwe stallen bouwen.

Vandamme: “Net als in het mestdossier kan ik alleen maar vaststellen dat er kostbare jaren verloren zijn gegaan. Het beleid ziet een belangrijke rol voor nieuwe ammoniakemissiereducerende technieken, maar het wetenschappelijk comité dat die technieken moet goedkeuren, beschikte lange tijd over onvoldoende personeel. Dat is nu gelukkig aangepakt, maar ondertussen komt 2030 snel dichterbij.”

“Ik mis dan ook realiteitszin in het regeerakkoord. Feit is dat boeren wel degelijk bereid zijn om bij te sturen waar het kan. Maar geef ze ook de tijd en ruimte om dat te doen. En reken ze niet meteen af als de water- of luchtkwaliteit eens een jaartje iets minder goed lijkt te zijn. Bekijk dat over meerdere jaren en kijk naar de trends. Is er een dalende trend qua impact van de landbouw op de omgeving, dan is dat voor mijn part oké. En je kan uiteraard discussiëren over hoe snel die trend moet dalen, maar enkel zo kan je een beleid voeren dat de inspanningen erkent en de sector waardeert en dat jongeren perspectief geeft.”

Het mentaal welzijn van onze boeren staat al enige jaren onder druk. Vang je daar op het terrein signalen over op?

Vandamme: “De protesten van begin dit jaar waren een duidelijke uiting van het ongenoegen dat er leeft. Op dat moment is er veel druk van de ketel gelaten en dat was ook nodig. Maar het ging over veel meer dan dat, het was een kreet voor aandacht van de hele sector, voor zekerheden over de toekomst die aan het verdampen zijn. Het gaat ook over de manier waarop de overheid moet omspringen met de landbouwsector. Wil je die sector behouden, dan moet je de mensen koesteren en waarderen. Die erkenning ontbreekt voor veel boeren op dit moment.”

“Niets is zo lastig als een nieuw beleid dat wordt uitgerold terwijl je je bedrijf nog in de richting bent aan het sturen van het voorgaande beleid. Je wordt dan geconfronteerd met wijzigende wetgeving waardoor je telkens opnieuw moet bijsturen en moet investeren. Dat is niet houdbaar. Zeker in de dierlijke sectoren is dat niet evident.”

Tegen 2026 moet de globale toekomstvisie voor de sector voor 2030-2050 klaar zijn, zo staat in het regeerakkoord. Is dit haalbaar?

Vandamme: “Dat is kort dag, maar er zijn al verschillende initiatieven genomen. Vanuit de SALV (de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij, red.) hebben we al een Visienota Duurzame Landbouw geschreven met aanbevelingen voor beleidsmakers. Dat is een breed gedragen document, ook vanuit de milieubewegingen.”

“Voor ons is het belangrijk dat er perspectief en rechtszekerheid geboden wordt op de lange termijn. Maar dan moet men kunnen afstappen van het legislatuurbeleid en een regeerakkoord dat vooral geschreven wordt op basis van een ideologie. Ook moet het totaalplaatje bekeken worden en in dat opzicht is het goed dat de minister ook de voedingsindustrie hierbij wil betrekken. Wij, als primaire producenten, leveren tenslotte grondstoffen aan de voedingsbedrijven.”

“Nu, ik heb ook gelezen dat men de focus meer wil leggen op de “thuismarkt”. Maar wat is dat? Enkel lokale producten, binnen de grenzen van ons land, binnen de EU, binnen Europa? Het staat er niet met zoveel woorden in beschreven. Maar één ding is zeker: met op termijn enkel productie toe te laten voor de eigen markt, daarmee ga je het land niet redden en de mensen niet voeden.”

Brouns op zoek naar harmonie: “Geen nood aan een Keizer-koster die vanuit Brussel alles gaat bepalen”
Uitgelicht
In de nieuwe Vlaamse regering mag Jo Brouns (cd&v) verder gaan op zijn landbouwelan. Meer nog: hij krijgt er het departement Omgeving bij. Slaagt hij erin om de vijandighe...
11 oktober 2024 Lees meer

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek