Van gangbaar naar bio: tips voor een rundveebedrijf
nieuwsVoor rundveehouders die het voelen kriebelen om over te schakelen naar de biologische productiewijze, lijstte het Departement Landbouw en Visserij een aantal tips en tricks op, met de hulp van innovatieconsulent bio-omschakeling Sander Van Haver. Bij zo’n omschakeling komt namelijk heel wat kijken. “Het omschakelingsproces bestaat uit verschillende stappen en kan enkele jaren duren”, legt Sander Van Haver uit. “Je moet als landbouwer rekeningen houden met zowel het praktische aspect, het mentale aspect als het wettelijke aspect.” Maar naast enkele moeilijkheden, biedt een omschakeling vooral mogelijkheden.
“Het omschakelingsproces begint met advisering”, steekt Sander Van Haver, innovatieconsulent bio-omschakeling bij het Innovatiesteunpunt, van wal. Bedrijven die willen omschakelen, zitten vaak met heel wat vragen. Meestal hebben die te maken met de rendabiliteit van een biologisch bedrijf, technische aanpassingen aan het bedrijf en productiemethoden. “Binnen de biolandbouw zijn er verschillende adviseurs die hierop vrij snel een antwoord kunnen geven.”
De volgende stap is het mentale proces. “Dat neemt meestal veel tijd in beslag, want heel vaak blijven bedrijven twijfelen om effectief de stap te zetten van gangbare naar biologische productie”, weet Sander Van Haver. “Bedrijven schakelen vaak effectief om als ze op een kantelpunt in de bedrijfsvoering staan.” Eens de klik gemaakt is, is het tijd om ook de wettelijke normen te bestuderen.
Biologische melk kan enkel geproduceerd worden met biologisch voeder. “Om het financieel en praktisch rond te krijgen is een rundveehouder daarom bijna verplicht om het merendeel van het ruwvoeder zelf te telen”, zegt Sander Van Haver. Hij geeft daarbij enkele cruciale verschilpunten met een gangbare teeltmethode. “Je kan geen gebruikmaken van chemische meststoffen, herbiciden, synthetische insecticiden en fungiciden en je moet verplicht biologisch zaaigoed gebruiken, op enkele uitzonderingen na.” Biologische rundveehouders kunnen daarnaast nauwelijks een beroep doen op loonwerkers omdat er bijna geen loonwerkers zijn die zich toeleggen op de biologische teelt. “Een biologische rundveehouder moet als het ware ook een akkerbouwer zijn.”
“Een traditioneel melkveebedrijf zal op vlak van huisvesting zelden een probleem hebben om te voldoen aan de normen voor bio”, weet Sander van Haver. “Maar de veestapel van een biologisch melkveebedrijf kan er wel anders uitzien dan op een gangbaar bedrijf. Robuustere dieren, waarbij de keuze niet direct ligt op topproducties, zullen eerder hun plaats hebben op een biologisch bedrijf dan op een gangbaar bedrijf.” Een biologische vleesveehouder moet ook het aantal keizersneden op zijn bedrijf beperken. In de praktijk betekent dit dat de meeste bedrijven opteren voor andere rassen dan het Belgisch wit-blauwe ras.
Als laatste wil Sander Van Haver het hebben over de rendabiliteit van een biologisch rundveebedrijf. “De prijs van biologische melk wordt sinds eind 2013 voor lange termijn vastgelegd. De volatiliteit is hiermee voor een groot stuk weggewerkt, maar toch is dit geen garantie dat deze prijs steeds wordt uitbetaald.” De vooruitzichten zijn dat er vanaf 2020 opnieuw een tekort zal zijn aan biologische melk. “Voor vleesvee is er een meerprijs van 15 procent via de normale lange afzetketen, afhankelijk van het type vlees. Een hogere meerprijs is haalbaar via korteketenverkoop, maar dit vraagt meer investeringen en is ook arbeidsintensief.”
Meer weten? www.biozoektboer.be
Beeld: Biomilk