“Gouden jaren varkenshouderij liggen achter ons”
duidingDe varkenshouderij lijkt zich te moet opmaken voor een mindere periode. De daling van de Europese en ook Vlaamse varkensstapel ligt achter de rug en een beperkte groei ligt zelfs in het verschiet voor volgend jaar. In bepaalde Europese landen zoals Polen is de groei groter. “Dit grotere aanbod in combinatie met negatieve exportvooruitzichten zal drukken op de vleesprijs en de rentabiliteit van varkensbedrijven”, stelt Jan Leyten van KBC. Hij verwacht geen herhaling van de diepe crisis van 2021-2022, “maar de laatste twee gouden jaren lijken volgend jaar wel voorbij”.
Alhoewel de varkenshouderij betere jaren heeft gekend, gaan 2023 en 2024 de boeken in als gouden jaren. Uit de conjunctuurbarometer intensieve veehouderij van KBC valt op te maken dat de sector vanaf begin 2023 te maken heeft met zeer ruime cashflows met recordpieken. Cashflow, het verschil tussen de reële inkomsten en uitgaven (wat er dus netto overblijft), is volgens de bank de meest adequate parameter om de rendabiliteit van een bedrijf of sector uit te drukken.
De varkenshouderij is traditioneel op te splitsen in drie types bedrijven: de zeugenhouderij, waar biggen gefokt worden om nadien te verkopen; de vleesvarkensbedrijven waar biggen aangekocht worden om dan opgekweekt te worden tot slachtvarkens; en de gesloten varkensbedrijven waar biggen gefokt en opgekweekt worden tot slachtrijpe vleesvarkens. KBC analyseerde in zijn conjunctuurbarometer de rendabiliteit op elk van deze drie types bedrijven afzonderlijk.
In de eerste negen maanden van 2024 is er in de zeugenhouderij sprake van een gelijkaardige evolutie van de biggenprijs en de cashflow als in 2023, met een nooit geziene cashflowpiek van 1.600 euro per zeug in het voorjaar van dit jaar. De terugval van de biggenprijs en de cashflow vanaf de maand mei is een jaarlijks weerkerend fenomeen, maar manifesteerde zich dit jaar wel sterker dan in 2023. Over de eerste negen maanden van 2024 gedroeg de gemiddelde cashflow ruim 1.000 euro per zeug. Ter vergelijking: gemiddeld bedroeg de cashflow op jaarbasis de voorbije vijf jaar (2019-2023) gemiddeld slechts 250 euro per zeug.

Beperkte stijging in het verschiet
Het gevolg van de goede varkensprijzen is dat de daling van de Europese zeugenstapel ondertussen wel gestopt is. Leyten constateert op basis van prognoses van de Europese Commissie die geregeld geactualiseerd worden, zelfs dat er zelf sprake is van een stijging in Europa. “We zien recent opnieuw een lichte toename van het aantal zeugen in Europa. Dit zal op korte termijn ook de vleesvarkensstapel en het aantal slachtingen doen toenemen.”
In Nederland en Vlaanderen ligt de situatie anders. Hier is de varkensstapel de voorbije jaren sterk afgenomen, ook omdat bedrijven met overheidssteun de boeken neerlegden. Zo raakte recent bekend dat in Vlaanderen al 175 varkenshouders zijn ingestapt in de opkoopregeling. In Nederland gaat het om 219 varkensbedrijven. (stoppersregelingen). Leyten ziet in de cijfers echter dat daling inmiddels achter ons ligt. “De zeugenstapel in ons land stabiliseert en de verwachting is dat we in de loop van 2025 zelfs een lichte stijging in het aantal slachtingen en dus varkensstapel kunnen verwachten.”
Dit grotere aanbod in Vlaanderen en Europa zou volgens hem vanaf 2025 kunnen drukken op de conjunctuur in de varkenshouderij, zeker nu ook de Europese export blijft dalen. “Opvallend is dat de Europese varkensprijzen hoog blijven in vergelijking met de andere belangrijke exportregio’s (VS, Canada en Brazilië), waardoor onze exportpositie onder druk staat”, zegt hij hierover. Alhoewel de sector zich lijkt op te moeten maken voor mindere tijden, verwacht Leyten geen diepe crisis zoals enkele jaren geleden. "De stijging van de varkensstapel zal op de korte termijn in Europa eerder beperkt zijn, waardoor een groot overaanbod wellicht niet te verwachten is”, klinkt het.
Export naar China daalt
Een overaanbod aan biggen zet niet alleen de biggenprijs onder druk, maar ook de vleesvarkensprijs zal neerwaarts worden bijgestuurd door de markt. Voor vleesvarkensbedrijven zijn de verwachtingen voor 2025 volgens KBC minder rooskleurig dan de voorbije periode. “De verdere afname van de Europese varkensvleesexport, vooral naar China, zorgt voor ongerustheid. Voornamelijk de Verenigde Staten, maar ook Canada en Brazilië, waar de varkensprijzen lager liggen, profiteren hiervan.”
Opvallend is wel dat de rentabiliteit op vleesvarkensbedrijven en in mindere mate ook op gesloten bedrijven in het derde kwartaal van dit jaar op een zeer hoog niveau bleef liggen. Dit in tegenstelling tot de zeugenbedrijven waar dus een behoorlijke daling van de rentabiliteit optrad. “In het najaar daalden de varkensprijzen wel, maar doordat ook de biggenprijs daalde, bleef de rendabiliteit in de vleesvarkenshouderij op een hoog niveau. Ook de wat lagere voederprijzen komen de rendabiliteit ten goede.”
De verwachting van KBC is wel dat deze goede bedrijfsresultaten zich tot het einde van het jaar zullen voortzetten. “Op Europees niveau wordt voor de volgende maanden geen stijging van de slachtingen verwacht, wat voor de rest van het jaar wellicht de rendabiliteit zal blijven ondersteunen”, besluit de bank haar analyse positief.

Bron: Eigen berichtgeving