Lidstaten stemmen in met uitstel ontbossingswet

In juni 2023 is de ontbossingsverordening in werking getreden waarbij de invoering van de belangrijkste onderdelen gepland stonden in januari 2025. Zo zouden bedrijven in januari verplicht worden om voor zeven grondstoffen te bewijzen dat er sinds eind 2020 geen bossen werden gekapt bij de productie ervan. Het gaat om rundsvlees, cacao, koffie, palmolie, soja, rubber, hout en allerlei afgeleide producten van dit lijstje.

Maar het voorbije jaar was er veel onduidelijkheid rond de praktische kant van de wet, waarbij de EU de richtlijnen omtrent handhaving en implementatie steeds uitstelde. Aangezien de wet wereldwijd impact zal hebben op veel nationale economieën en talloze landbouwers, verwerkers en handelaren werd de druk op de Commissie verhoogd om de implementatiedatum vooruit te schuiven.

Begin deze maand stelde de Commissie uiteindelijk voor om de datum uit te stellen zodat grote bedrijven tijd hebben tot 30 december 2025 en kleine bedrijven tot 30 juni 2026. De Commissie benadrukte daarbij wel dat het verlengingsvoorstel geenszins de doelstellingen of de inhoud van de wet in vraag stelt. De verlenging heeft enkel tot doel om alle spelers meer voorbereidingstijd te geven zodat de EUDR een succes kan worden.

De Europese Raad volgt de Commissie hier nu in. “Een verlenging zou de rechtszekerheid en de voorspelbaarheid van de wet ten goede komen”, aldus de Raad. “Ook zou er dan voldoende tijd zijn om een volledig controlemechanisme uit te werken dat onder meer de ontbossingsrisico’s in de toeleveringsketens kan identificeren en ook monitoring- en rapportagemaatregelen voor de naleving ervan omvat.”

Europees parlementslid Yvan Verougstraete (Renew - Les Engagés) betreurt dat de implementatie uitgesteld wordt maar is tevreden dat de inhoud overeind blijft. “Sinds de wet is aangenomen vorig jaar heeft een aantal lobbygroepen getracht om de onderhandelingen over de wet terug te openen. Ondanks de enorme druk is woensdag besloten, en deze keer definitief, dat de wet niet zal worden gewijzigd en dus zal worden toegepast zoals hij nu is”, tekent Verougstraete op. “Een stap terug zou een rampzalig symbool zijn geweest voor Europa in zijn strijd tegen de opwarming van de aarde en voor biodiversiteit. Degenen die hun kleingeestige belangen boven alles stelden ten koste van onze essentiële waarden, hebben verloren. Dit is duidelijk een kwestie van algemeen belang, en als het om het algemeen belang gaat, is er geen ruimte voor compromissen.”

De Raad zal nu het Europees Parlement op de hoogte brengen van zijn standpunt, waarna het Parlement een besluit kan nemen. Indien het Parlement ook akkoord zou gaan, is het de bedoeling om het uitstel tegen eind dit jaar formeel te maken.