Consument geeft landbouwers het meest vertrouwen in voedingsketen

In vergelijking met andere actoren binnen de voedingssector, krijgen landbouwers het meeste vertrouwen van consumenten. Wat ook opvalt, is dat het vertrouwen in de retailsector het afgelopen jaar is gestegen en dat heeft wellicht te maken met de coronapandemie. Dat blijkt uit het EIT Food Trust Report, een studie waaraan ook de KU Leuven meewerkte.

1 februari 2021  – Laatste update 1 februari 2021 21:22
Lees meer over:

Het onderzoek werd uitgevoerd bij 19.800 consumenten uit 18 Europese landen. Zij werden bevraagd over hun vertrouwen in de voedingssector en in voedingsproducten. Hoewel het vertrouwen in de sector in 2020 is toegenomen, stelden de onderzoekers toch vast dat de meerderheid van de consumenten er niet van overtuigd is dat de voedingssector in functie van het algemeen belang werkt.

"Het meest frappante resultaat dat uit de studie is gekomen, is het verschil in vertrouwen tussen de actoren in de keten", legt Liesbet Vranken, professor Bio-economie aan de KU Leuven, uit. Zowel naar het vertrouwen in landbouwers, retailers, verwerkingsbedrijven als overheidsinstanties werd gepeild. “Bij landbouwers gaat het om een minder grote stijging dan bij de andere drie, maar dat komt waarschijnlijk omdat die groep al op een hoger percentage is begonnen”, klinkt het. Twee derde van de consumenten zegt vertrouwen te hebben in de boeren, terwijl slechts 13 procent dat niet doet.

Coronapandemie geeft retail duwtje

Na de landbouwers kan de retail op het meeste vertrouwen rekenen: 53 procent van de consumenten spreekt zijn vertrouwen in deze ketenspeler uit. Dat is een stijging met 7 procent tegenover 2018. Dat het vertrouwen in de retail het sterkst stijgt, is volgens de studie een gevolg van de coronacrisis. Consumenten zijn dankbaar omdat de retail steeds heeft kunnen zorgen voor voldoende voorraden in de winkels.

Hoe gaat een verwerkingsbedrijf bijvoorbeeld van een kom appels naar appelmoes? Dat is niet altijd duidelijk voor de consument

Liesbet Vranken - Professor Bio-economie KU Leuven

Verwerkingsbedrijven en overheidsinstanties krijgen het minste vertrouwen van de consument. Minder dan de helft spreekt zijn vertrouwen in deze actoren uit. Bij ruim een kwart is er zelfs een openlijk wantrouwen. "Een mogelijke verklaring daarvoor is het feit dat transparantie en openheid bij hen nog verbeterd kan worden. Een consument heeft niet altijd kennis over welke ingrediënten of additieven nog worden toegevoegd aan een product. Hoe gaat een verwerkingsbedrijf bijvoorbeeld van een kom appels naar appelmoes? Dat is niet altijd duidelijk voor de consument."

Voedselveiligheid en gezondheid

Als het gaat om het vertrouwen in voedselproducten zelf, zijn de Europese consumenten van mening dat de voedselveiligheid over het algemeen verbeterd is, met een stijging van 8 procent in vergelijking met 2018. Toch denkt slechts 55 procent van de consumenten dat voedsel over het algemeen veilig is. In het Verenigd Koninkrijk, dat is meegenomen in deze studie, is dat vertrouwen in de voedselveiligheid van producten het grootst (74%).

De studie heeft ook duidelijk gemaakt dat 71 procent van de consumenten beweert gezonde voedingsopties te verkiezen boven ongezonde. Toch gelooft minder dan de helft (43%) van de Europese consumenten dat voedingsproducten over het algemeen gezond zijn. Ondertussen hebben slechts vier op de tien consumenten er vertrouwen in dat de levensmiddelen die zij kopen authentiek zijn, en niet fake of artificieel.

Duurzaamheid moeilijk te beoordelen

Een andere belangrijke conclusie van het onderzoek gaat over duurzaamheid van voedingsproducten. "We zien dat steeds meer consumenten wel duurzame producten willen kopen, maar dat het vertrouwen in die producten relatief laag ligt. Slechts 30 procent denkt dat hun voeding duurzaam wordt geproduceerd. Dat komt waarschijnlijk doordat er heel veel verschillende labels op de markt zijn waardoor consumenten door het bos de bomen niet meer zien”, aldus de KU Leuven-professor.

Slechts 30 procent van de consumenten denkt dat zijn voeding duurzaam wordt geproduceerd. Dat komt waarschijnlijk door de verschillende labels die op de markt zijn waar ze door het bos de bomen niet meer zien

Liesbet Vranken - Professor Bio-economie KU Leuven

Vranken ziet een rol voor overheden om in duidelijke labelling te voorzien bij duurzame producten. "De Nutriscore die je nu ziet op producten, zou bijvoorbeeld kunnen uitgewerkt worden naar een systeem om de duurzaamheid van een product te categoriseren. Via de Europese Green Deal wordt aan een meer geharmoniseerde labelling gewerkt, maar er is daar nog werk aan de winkel."

Belgen zijn wantrouwiger

Voor Belgische consumenten liggen de resultaten in dezelfde lijn als de andere landen. "Als het gaat over het vertrouwen in de actoren, zien we dat dat wel een beetje lager ligt dan in andere landen. Dat kan te maken hebben met het algemene vertrouwen, en het feit dat Belgen in het algemeen misschien wat meer argwanend zijn dan consumenten in andere landen", aldus Vranken.

“De gebeurtenissen van 2020 hebben getoond hoe essentieel onze voedingsinfrastructuur is. Dat gaat van de winkelschappen gevuld houden tot nadenken over de impact van onze voedselproductie op het milieu”, legt Saskia Nuijten, directeur communicatie van EIT Food, uit. “Willen we een voedselsysteem creëren dat klaar is voor de toekomst, dan moeten we de consument centraal stellen bij de ontwikkeling, productie, distributie en promotie van voedsel.”

Bron: Eigen verslaggeving / Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek