Betere kennis over biologische gewasbescherming kan gebruik doen toenemen

Hoewel telers ervan overtuigd zijn dat biofungiciden meer moeten gebruikt worden, zet slechts 35 procent deze middelen vaak in. De hoge kostprijs en het gebrek aan werkzaamheid en informatie zijn de belangrijkste remmende factoren. Dat blijkt uit een enquête van PCG en Inagro.

15 februari 2021  – Laatst bijgewerkt om 15 februari 2021 22:27
Lees meer over:
Inagro-biologischegewasbescherming-PCG-1250

De afgelopen 4 jaar werkten het West-Vlaams praktijkcentrum Inagro, de Universiteit van Gent en het Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt Oost-Vlaanderen (PCG) intensief samen met Waalse en Franse partners binnen het Interregionaal onderzoeksplatform SMARTBIOCONTROL. Dit platform wil voornamelijk duurzame biologische ziektebeheersing in de land- en tuinbouw stimuleren.

“Binnen één van de projecten, BIOPROTECT, lag de focus op het praktische aspect en werd de efficiëntie van erkende en nieuwe biologische gewasbeschermingsmiddelen geëvalueerd in verschillende teelten zoals appelen, tarwe, sla, wortels, aardbeien en aardappelen”, verduidelijkt Louis Lippens van het PCG in Kruisem. In 2019 peilden de onderzoekers bij telers uit België en Noord-Frankrijk naar het gebruik van biofungiciden.

Naast informatie over het gebruik werden de deelnemers bevraagd naar hun ervaringen met biologische gewasbescherming en het imago dat de middelen wordt aangemeten. Een 300-tal land- en tuinbouwers vulden de enquête in, waarvan ongeveer de helft Vlaamse telers. Iets meer dan 10 procent van de telers gaf aan biologisch te telen.

Binnen BIOPROTECT focussen we ons op het praktische aspect en werd efficiëntie van erkende en nieuwe biologische gewasbeschermingsmiddelen geëvalueerd onder praktijkomstandigheden

Louis Lippens - PCG Kruisem

Areaal, teelt en leeftijd teler spelen een rol

Amper een kwart van de bevraagden gebruikte nog nooit biologische gewasbeschermingsmiddelen, 40 procent zou deze zelden gebruiken en slechts 35 procent gaf aan deze middelen vaak in te zetten.

“Bij de analyse van de resultaten stelden we een correlatie vast tussen het gebruik van biofungiciden en het type gewas, de oppervlakte die beteeld werd en de leeftijd van de respondenten”, stelt Sofie Darwich van Inagro. “Zo was het gebruik van biologische gewasbescherming opvallend laag bij akkerbouwgewassen. Meer dan 30 procent van de akkerbouwtelers had nog nooit biologische producten gebruikt en 40 procent vermeldde dit slechts zelden toe te passen.”

Het gebruik van biologische gewasbescherming was opvallend laag bij akkerbouwgewassen

Sofie Darwich - Inagro

Het gebruik van biologische middelen is hoger in de groenteteelt en nog hoger in de fruitteelt. De correlatie tussen gebruik van biofungiciden en de geteelde oppervlakte toont aan dat biologische gewasbescherming regelmatiger wordt toegepast bij telers met kleine arealen (0-5 ha) dan bij arealen boven de 10 hectare. “Aangezien akkerbouwgewassen, vooral tarwe dan, vaker op grote oppervlakten geteeld wordt, is dit verband niet verrassend”, aldus Darwich. Jonge telers blijken ook het meest open te staan voor de inzet van biologische middelen in hun gewassen.   

Remmende factoren

In een laatste onderdeel van de enquête werd naar de mening gevraagd van de respondenten over biofungiciden. Deze schommelde van ‘matig tevreden‘ tot ‘tevreden’. De redenen om deze middelen niet in te zetten verschillen ook tussen telers die regelmatig biologische gewasbescherming gebruiken ten opzichte van niet-gebruikers.

“Uit de bevraging blijkt dat voor telers, die bekend waren met biologische middelen, de hogere kostprijs, het gebrek aan werkzaamheid en gebrek aan informatie de belangrijkste remmende factoren waren”, vertelt Simon Craeye van Inagro. Voor telers die nog nooit biofungiciden gebruikt hadden, was de belangrijkste reden het gebrek aan informatie en de onbekendheid van producten. “Dit toont aan dat er nood is aan goede communicatie over biologische gewasbescherming”, aldus Craeye. Via fiches, nieuwsbrieven en webinars proberen de betrokken proefcentra de telers zo goed mogelijk in te lichten.

Uit het onderzoek blijkt dat er veel potentieel is voor biologische gewasbescherming, maar ook nog veel ruimte voor onderzoek

Simon Craeye - Inagro

Beide groepen van telers zijn het er alvast over eens waarom biofungiciden vaker gebruikt moeten worden: het lagere risico op residuen, de lagere impact op de gezondheid en minder nefaste effecten voor het milieu. “Uit het onderzoek blijkt dat er veel potentieel is voor biologische gewasbescherming, maar ook nog veel ruimte voor onderzoek. Er wordt dan ook continu ingezet op verder onderzoek en communicatie over deze middelen”, besluiten de onderzoekers.

Bron: Eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek