Aantal lidstaten dat ggo-aardappel weert, neemt toe

Het lijkt erop dat de geschiedenis van de transgene maïssoort MON 810 zich herhaalt bij de transgene aardappel Amflora. Ondanks dat MON 810 en Amflora een Europese teelttoelating hebben, stellen een aantal lidstaten een teeltverbod in. Greenpeace liet recent nog weten dat ook Luxemburg zich schaart bij de landen die de teelt van de ggo-aardappel weren.

De ggo-maïs MON 810 is ontwikkeld door Monsanto en werd in 2003 voor het eerst geteeld in Europa. Vorig jaar werd 94.750 hectare MON 810 verbouwd in de EU. Maar het areaal van deze maïssoort krimpt omdat diverse lidstaten een teeltverbod hebben ingesteld.

Frankrijk stelde in december 2007 een teeltverbod in. Duitsland verbood in april vorig jaar de teelt van MON 810. Luxemburg deed dat later ook. Ook in Hongarije, Griekenland en Oostenrijk mag de maïs niet worden verbouwd. In Polen gaat het teeltverbod binnenkort van kracht.

De ggo-zetmeelaardappel Amflora is ontwikkeld door BASF. De Europese Commissie heeft de aardappel in maart dit jaar een teelttoelating gegeven. De aardappel produceert alleen het door de industrie gewenste amylopectinezetmeel en mag alleen voor industriële toepassingen worden gebruikt.

Het Duitse parlement stemde in met de teelt van Amflora, maar wat later vroegen veertig Duitse organisaties, verenigd in Aktion Gen-Klage, aan het Europees Hof van Justitie om de teelttoelating terug te draaien. Oostenrijk wil de teelt verbieden. Ook Denemarken onderzoekt de mogelijkheden van een teeltverbod. Greenpeace liet recent nog weten dat Luxemburg de ggo-aardappel weert van het grondgebied.

Waar de teeltverboden op applaus van milieuverenigingen worden onthaald, klinkt anderzijds de kritiek dat lidstaten op die manier de Europese interne markt ondermijnen. Ook voor de veredelingsbedrijven is het een flinke streep door de rekening. Teeltverboden maken de terugverdientijd een stuk langer. De kosten om een transgene plant te ontwikkelen en op de markt te brengen, lopen immers hoog op.