Oxfam wil meer grond voor vrouwen

In ontwikkelingslanden zijn 43 procent van de werkkrachten in de landbouw vrouwen. In sommige landen zijn ze zelfs verantwoordelijk voor 80 procent van het voedsel. Toch vertegenwoordigen ze daar slechts 10 tot 20 procent van het grondbezit. "Als ze eenzelfde toegang zouden krijgen tot grond als mannen, zou nochtans een deel van de honger in de wereld opgelost raken", stelt Oxfam.

Vrouwen vormen in ontwikkelingslanden belangrijke werkkrachten in de landbouwsector. Bijna 70 procent van de actieve vrouwen in Zuidoost-Azië werkt in de landbouw. In Sub-Sahara-Afrika bedraagt dat percentage zelfs bijna 60 procent, en zijn ze verantwoordelijk voor 60 tot 80 procent van de voedselproductie. Desondanks vertegenwoordigen vrouwen in die landen slechts 10 tot 20 procent van het grondbezit.

Oxfam maakt dan ook gebruik van de Internationale Vrouwendag om te pleiten voor meer toegang tot grond en grondstoffen voor vrouwen. “Ze spelen immers een belangrijke rol in de zoektocht naar duurzame voedselzekerheid in ontwikkelingslanden”, klinkt het. “Als ze dezelfde toegang zouden krijgen tot grond(stoffen) als mannen, zouden wereldwijd 100 tot 150 miljoen mensen minder ondervoed zijn. Anders geformuleerd: massaal investeren in boerinnen kan de landbouwproductie met 2,5 tot 4 procent doen stijgen.”

Maar de emancipatie van de vrouw is in ontwikkelingslanden vaak nog ver te zoeken. “Ze worden er geconfronteerd met discriminatie en ongelijkheid bij erfenissen, bij de toegang tot de grondmarkt en bij landhervormingen”, klinkt het.

Met de campagne ‘GROEI. Voedsel. Leven. Aarde.’ probeert Oxfam deze situatie te verbeteren. Verder verstrekt de organisatie kredieten aan vrouwen via gerichte ondersteuningsprogramma’s, probeert ze hen en waardig inkomen te garanderen via Fair Trade en stimuleert ze hun deelname in beslissingsstructuren van allerlei organisaties. “Op die manier kunnen vrouwen hun leefomstandigheden en die van hun families verbeteren.”