Veevoedersector toont zich ambitieus in duurzaamheidscharter

De Belgische veevoedersector heeft een nieuw duurzaamheidscharter klaar. Het omvat 12 concrete en ambitieuze doelstellingen op vlak van methaanuitstoot, sojaproductie, antibioticagebruik en nevenstromen dat de sector tegen 2030 wil bereiken. “Met dit charter schakelen we een versnelling hoger in onze duurzaamheidsinspanningen. We willen ons meten met de Europese top”, aldus Katrien D’hooghe, directeur van de Belgian Feed Association (BFA). Vlaams landbouwminister Hilde Crevits loofde de proactiviteit van de sector. 

26 september 2020  – Laatst bijgewerkt om 26 september 2020 23:00
Lees meer over:

Europees congres diervoedersector 

De lancering van het BFA-duurzaamheidscharter vond plaats aan de vooravond het congres van de Europese federatie van diervoederfabrikanten FEFAC, waarvan de organisatie dit jaar in handen is van BFA. “Toen we in 2017 te horen kregen dat we Europese congres voor onze sector mochten organiseren, hebben we meteen beslist dat het geen ‘one shot event’ mocht zijn, we wilden impact genereren”, legt D’hooghe uit. 

Dus bevroeg de Belgische federatie haar eigen leden, maar ook de vele stakeholders van de sector over wat de sector tegen 2030 duurzamer kan maken. “Die resultaten hebben we gebruikt om een Europese discussie op gang te brengen, maar ook om onze eigen doelstellingen te formuleren”, klinkt het. 

Op het FEFAC-congres, dat omwille van de coronacrisis virtueel doorging, werd ‘Sustainability Charter 2020-2030’ voorgesteld dat vijf strategische krijtlijnen bevat die de nationale federaties kunnen gebruiken als leidraad om een eigen visie en doelstellingen te formuleren. Als drijvende kracht achter het FEFAC-charter is BFA één van de eerste leden van de Europese koepel dat zijn huiswerk heeft gemaakt. “In Europa is de Belgische federatie steeds één van de koplopers geweest als het op duurzaamheid aankomt en ook nu wilden we die reputatie waarmaken”, zegt D’hooghe. 

12 ambitieuze doelstellingen 

Het resultaat is vervat in een nationaal duurzaamheidscharter dat de titel ‘3D in 12 stappen’ kreeg. 3D slaat op de drie dimensies die BFA daarbij voor ogen heeft: mens, dier en milieu. De 12 stappen definiëren de 12 doelstellingen die de veevoedersector wil bereiken tegen 2030: 

  • Dierlijke productie met minder voeder

  • 100% duurzame soja

  • 0% antibiotica in diervoeders

  • Minder methaan uitstoten

  • De circulaire economie stimuleren

  • Actieplan alternatieve eiwitbronnen vernieuwen

  • Efficiënter omspringen met eiwitten

  • Ziekteverwekkers bij pluimvee en varkens verminderen

  • Energiezuiniger produceren

  • Arbeidsongevallen verminderen

  • Minder stikstof en fosfor uitstoten

  • Ecologische voetafdruk verkleinen

Geen met antibiotica gemedicineerd voeder meer 

Een aantal van die doelstellingen springen in het oog. Zo is er de ambitie om tegen 2030 geen met antibiotica gemedicineerde voeders meer te gebruiken. Daarmee wil de diervoedersector een bijdrage leveren aan het vermijden van antibioticaresistentie in de maatschappij. “Deze problematiek is niet nieuw, al in 2011 werd het probleem door BFA erkend”, vertelt D’hooghe. Ze legt uit dat de federatie mee aan de wieg stond van AMCRA, het kenniscentrum rond antibioticagebruik in de veehouderij. Dat centrum legde drie doelstellingen vast voor antibioticareductie in de dierlijke sector.

Specifiek voor de veevoedersector werd vastgelegd dat het gebruik van met antibiotica gemedicineerde voeders met 50 procent moest gedaald zijn tegen 2017. “Onze leden hebben daar keihard aan gewerkt en zijn met verve geslaagd in hun opdracht. Maar dat betekent niet dat we op onze lauweren zijn gaan rusten, vorig jaar konden we al een daling van 71 procent aankondigen”, zegt D’hooghe. Ze waarschuwt er wel voor dat een uitfasering van met antibiotica gemedicineerd voeder tegen 2030 geen evidentie is. “Het laaghangend fruit is geplukt. Het zal dus zeker nog de nodige inspanningen vragen.”

De uitfasering van met antibiotica gemedicineerd voeder tegen 2030 zal van iedereen een mentaliteitswijziging vragen.

Dirk Van Thielen - Voorzitter BFA

Ook BFA-voorzitter Dirk Van Thielen is zich bewust dat dit een zeer ambitieuze doelstelling is. “Er zal een echte mentaliteitswijziging nodig zijn: iedereen moet er zich bewust van worden dat het met minder kan, ook veehouders en dierenartsen. Dat zal inspanningen vragen op vlak van bioveiligheid, management, reiniging, enz. Maar Nederland toont dat het kan en ook bij ons zijn er veehouders die dat bewijzen”, luidt het. Hij benadrukt dat het gaat om groepsbehandelingen met antibiotica. Als een dier ziek is dan zal een individuele behandeling met antibiotica nog steeds kunnen. 

50% van grondstoffen uit nevenstromen 

Een andere doelstelling focust op de circulaire economie. Daarbij engageren de leden van BFA zich om tegen 2030 de helft van hun grondstoffen uit bijproducten van de levensmiddelen- en biobrandstoffenindustrie te halen. “De stelregel is om zo min mogelijk producten te gebruiken die kunnen dienen voor humane voeding, legt Dirk Van Thielen uit. Vandaag komt ongeveer 40 tot 45 procent van de grondstoffen van de veevoedersector uit nevenstromen die ontstaan bij het productieproces van menselijke voeding. 

Met een benchmark waarbij de verschillende veevoederbedrijven kunnen bekijken hoe ze zich verhouden tegenover het sectorgemiddelde, wil BFA zijn leden helpen om stappen vooruit te zetten om de doelstelling van 50 procent nevenstromen tegen 2030 te bereiken. 

Sojaschroot zonder ontbossing 

Een derde ambitieuze doelstelling die BFA over 10 jaar wil waarmaken, is dat alle ingevoerde soja die gebruikt wordt door de veevoedersector, voldoet aan de standaard voor maatschappelijk verantwoorde soja. “De ontbossing in Zuid-Amerika wordt vaak gelinkt met vraag naar soja van de Europese veehouderij. Al sinds 2006 hebben wij een platform voor maatschappelijk verantwoorde diervoederstromen opgericht”, ligt directeur D’hooghe uit. “We hebben intussen een eigen standaard om ervoor te zorgen dat onze soja bijvoorbeeld niet komt uit recente ontboste gebieden. Onafhankelijke controle-instanties houden daar toezicht op, ook op het terrein, en stellen dat de BFA-standaard tot de top vijf van de wereld behoort. 

Vandaag wordt de helft van het Belgische sojaverbruik afgedekt door duurzame sojacertificaten. Dat moet 100 procent worden tegen 2030.

Katrien D'hooghe - Managing director BFA

Gestart met 100.000 duurzame sojacertificaten is dat aantal intussen uitgegroeid tot 365.000. “Om je een idee te geven, daarmee wordt de helft van het Belgische sojaverbruik afgedekt”, klinkt het. Tegen 2030 moet dat dus 100 procent worden. Volgens voorzitter Van Thielen wil de diervoedersector ook nadenken hoe de import ervan beperkt kan worden. “Misschien kunnen we het gebruik van sojaschroot beter voorbehouden voor bepaalde diergroepen of bepaalde levensfasen van een dier. Misschien kan het aandeel soja in vleesvarkensvoeders of rundveevoeders beter vervangen worden door andere eiwitbronnen als koolzaadschroot, veldbonen of lupinen. Als we dat kunnen combineren met 100 procent gecertificeerde soja, dan zijn we zeer duurzaam bezig”, meent hij. 

13% minder methaanuitstoot via voeder 

Methaan is één van de broeikasgassen die een belangrijke bijdrage levert aan de klimaatopwarming. Rundvee wordt daarbij met de vinger gewezen. De Vlaamse overheid heeft een convenant afgesloten met de verschillende organisaties in de landbouwsector om tegen 2030 de methaanuitstoot bij rundvee met 26 procent te verminderen. In zijn duurzaamheidscharter engageert BFA zich om de helft van die 26 procent voor zijn rekening te nemen. “Door voedermaatregelen willen we ervoor zorgen dat koeien tegen 2030 13 procent minder methaan uitstoten”, zegt Katrien D’hooghe. 

De voorzitter erkent dat het om een zwaar engagement gaat, maar is ervan overtuigd dat het haalbaar is. “Bij voedermaatregelen denken we onder meer aan de wijziging van de voedersamenstelling of de toevoeging van additieven”, vertelt hij. Er zijn al een aantal voorbeelden die in de praktijk zijn uitgetest, maar ze moeten nog gevalideerd worden. “Dat is een belangrijke volgende stap in het proces. Dat moet ervoor zorgen dat we de reductie kunnen becijferen. Daarnaast moet er ook een incentive komen voor landbouwbedrijven opdat ze bereid zijn deze maatregelen te implementeren. Als dat gebeurt, dan zijn wij ervan overtuigd dat we onze doelstelling zullen realiseren”, aldus Van Thielen. 

Eiwittransitie, circulaire economie, antibioticreductie, dat klinkt allemaal als muziek in de oren.

Hilde Crevits - Vlaamse minister van Landbouw

Trotse minister 

Landbouwminister Hilde Crevits (CD&V) was zichtbaar onder de indruk van het duurzaamheidscharter van BFA. “Eiwittransitie, circulaire economie, antibioticareductie, dat klinkt allemaal als muziek in de oren. Ik ben zeer trots dat ik dit charter mee mag ondertekenen”, aldus de minister. “Om de methaanuitstoot aan te pakken, wordt vaak gesteld dat de veestapel moet gehalveerd worden. Dat is voor mij niet de oplossing, de oplossing ligt volgens mij in de innovatieve aanpak van BFA. De vraag naar vlees is er. Als dat elders geproduceerd wordt, dan zal er geen rekening gehouden met voedermaatregelen om de methaanuitstoot te beperken.” 

Daarnaast vindt de minister het ook verbazingwekkend hoe weinig er bekend is over wat de agrovoedingssector betekent voor Vlaanderen. “De sector telt 35.000 bedrijven, er zijn 135.000 mensen tewerkgesteld en hij genereert meer dan 61 miljard euro omzet. Dat is indrukwekkend. Ik zie het dan ook als één van mijn opdrachten als minister om het belang van deze sector beter in beeld te brengen”, zegt Crevits. 

Tot slot wijst de minister nog naar de coronacrisis. “Bijna heel het land lag plat, maar de agrovoedingssector heeft zich kranig gehouden. Ik ben heel gelukkig dat wij zoveel bedrijven hebben die ons kunnen bevoorraden. Voeding kort bij huis is opnieuw hip geworden dankzij deze crisis”, klinkt het. 

Naast het economisch belang van de sector in de verf zetten, wil Crevits ook het gedrag van de consument en de burger wat korter bij elkaar brengen. “De burger vraagt veel op vlak van duurzaamheid, maar als consument kiest hij voor het goedkoopste. Er moet opnieuw meer respect komen voor voeding, ook in het budget van de mensen. De investeringen die hier worden aangekondigd, zullen geld kosten. De consument moet dit ook beseffen”, besluit de minister.

Bron: Eigen verslaggeving

Beeld: BFA

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek