Vanthemsche laakt intimerende controles bij landbouwers

Boerenbondvoorzitter Piet Vanthemsche vraagt het Voedselagentschap, het parket en de federale politie om de controles op landbouwbedrijven grondig te evalueren. Aanleiding zijn getuigenissen over de intimiderende wijze waarop landbouwbedrijven worden gecontroleerd. Deze controles veroorzaken volgens Vanthemsche heel wat nodeloos menselijk leed en verzieken de relatie tussen het Voedselagentschap en de sector.

Vanthemsche, in een vorig leven nog gedelegeerd bestuurder van het Voedselagentschap, meent dat het nodig is om de extreem repressieve aanpak, die haar oorsprong vond in de bestrijding van de hormonenmaffia in de jaren negentig, bij te sturen. “Controles en sancties moeten proportioneel zijn en de rechtszekerheid van de betrokkenen moet vooropstaan. Dat is niet altijd meer het geval".

Aanleiding voor een gerichte controle is vaak een verdachte analyse in het slachthuis. "De inval gebeurt maanden nadien bij verrassing en met groot machtsvertoon en gaat meestal gepaard met ondervragingen ter plekke en een huiszoeking. Stijl en toon intimideren de betrokken landbouwers. Zo wordt geïnsinueerd dat ze beter zouden bekennen om groter onheil te voorkomen", aldus Vanthemsche.

Op kosten van de landbouwer worden stalen genomen van de dieren. "In een recent geval heeft het Voedselagentschap het bedrijf zo lang mogelijk geblokkeerd, ook al was al meer dan een week duidelijk dat de analyses gunstig waren. Blijkbaar was het de bedoeling om het bedrijf maximale economische schade toe te brengen”, zegt Vanthemsche in Boer & Tuinder.

Vanthemsche benadrukt dat de Boerenbond geenszins de noodzaak van controles en sancties bij overtredingen in vraag stelt. "Controles beschermen de sector tegen de nefaste gevolgen van cowboygedrag van enkelingen".

De Boerenbondvoorzitter vraagt dat zowel politieke als administratieve verantwoordelijken zouden nagaan of de gebruikte methodes adequaat en proportioneel zijn en of de rechten van de betrokkenen voldoende gerespecteerd worden.