Tomatentelers moeten extra stoken in serres

Ook onder glas is het dezer dagen bibberen geblazen. Vooral tomatentelers houden de thermometer angstvallig in de gaten. "Normaal kan ik mijn serres met hout verwarmen, maar nu moet ik bijstoken met stookolie en dat is een serieuze meerkost", zegt Francky Hessel uit Westrozebeke in Het Nieuwsblad.

De 40-jarige Francky Hessel startte negentien jaar geleden met de tomatenkweek. Sindsdien groeide de bedrijfsoppervlakte onder glas van 0,5 naar 1,3 hectare. "Omdat we de klok rond naar een temperatuur van achttien graden Celsius streven, is de energiefactuur voor tomatentelers veruit de zwaarste kost", legt de teler uit.

Op 4 december worden telkens de nieuwe tomatenplantjes geplant, zodat de eerste oogst begin maart van start kan gaan. "Sommige collega's stellen de aanplant uit tot eind januari. Maar op die manier lijden ze niet alleen productieverlies, want wie later op de markt komt, krijgt ook lagere prijzen voor zijn tomaten". Maar aan de vroege aanplant hangt een fors prijskaartje.

"De jongste jaren schoot de prijs van zware stookolie zo fors de hoogte in, dat wij met verlies werkten. Om onze serres te verwarmen, hadden we immers meer dan een half miljoen liter stookolie per jaar nodig, gewoon onbetaalbaar", aldus Hessel. Terwijl veel grote serrebedrijven recent investeerden in warmtekrachtkoppeling, koos de tomatenteler uit Westrozebeke voor houtverwarming, in combinatie met een energiedoek.

Door de strenge vorst van de voorbije dagen en nachten moest Hessel echter toch weer zijn toevlucht nemen tot stookolie. "Vorig jaar volstond de houtverwarming, maar bij extreem lage temperaturen moet ik 15 tot 20 procent bijstoken met stookolie. We mogen nog van geluk spreken dat de stookolieprijs de jongste maanden met bijna twee derde daalde, maar vergeet niet dat die nu nog altijd op hetzelfde peil zit als in de periode dat wij met verlies werkten en op hout moesten overschakelen".