Studie onthult belang van burgerwetenschap in strijd tegen invasieve soorten
nieuwsBurgerwetenschap speelt een cruciale rol in de strijd tegen invasieve uitheemse soorten. Dat blijkt uit een internationaal onderzoek naar de registratie van exoten door burgerwetenschappelijke platformen. Burgerwetenschap draagt bij aan een vroegtijdige detectie en snelle respons die noodzakelijk zijn om de negatieve impact van invasieve uitheemse soorten op milieu, economie en gezondheid te drukken en de oplopende beheerkosten te vermijden.
Burgerwetenschap
Het onderzoek bestudeerde het tijdsverschil tussen de eerste registratie van een invasieve uitheemse soort in databanken van officiële monitoring versus waarnemingen uit burgerwetenschappelijke platformen. De studie nam maar liefst 220 miljoen waarnemingen door burgers onder de loep, geregistreerd op 22 publieke waarnemingsplatformen (zoals waarnemingen.be en eBird) uit 30 verschillende landen. “Het gaat telkens om de eerste burgerwaarneming van één van 594 uitheemse soorten. De studie wilde achterhalen hoe groot het belang is van burgerwetenschap voor de vroege detectie van invasieve uitheemse soorten”, vertelt Kristijn Swinnen, directeur natuurstudie bij Natuurpunt.
Uitheemse soorten zijn planten, dieren of micro-organismen die van nature niet in onze contreien voorkomen. Gekende voorbeelden zijn de Aziatische hoornaar, de Chinese wolhandkrab en de Japanse duizendknoop. Als een exotische soort zich hier vestigt en sterk uitbreidt, kan ze schade of overlast veroorzaken en wordt ze invasief. En dat kan enkele risico's met zich meebrengen voor natuur, economie en volksgezondheid. Vroegtijdige detectie is bovendien cruciaal om oplopende beheerkosten te drukken. Dat is een belangrijke, maar tegelijk ook een zeer uitdagende taak waar professionele wetenschappers voor staan.
Waarnemingsrace
Een internationale studie van het COST project AlienCSI, waar ook het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) en Natuurpunt aan bijdroegen, toont aan dat burgerwetenschap een waardevolle aanvulling is op de professionele meetnetten. In 30 procent van de gevallen rapporteren burgerwetenschappers een invasieve uitheemse soort in hetzelfde jaar als wetenschappers. Bij 20 procent van de eerste registraties zijn burgerwetenschappers er zelfs vroeger bij dan hun professionele collega’s. In de andere 50 procent van de gevallen was professionele monitoring eerder.
Gewervelde dieren maken meer kans dan planten en ongewervelden om eerder op burgerplatformen dan in officiële databases te verschijnen. Soorten die in buurlanden al werden waargenomen worden sneller door burgers geregistreerd, dan door professionele wetenschappelijke instanties. Uitheemse invasieve dieren en planten die op de prioriteitenlijst van de EU staan, worden daarentegen sneller in officiële bronnen gerapporteerd. Een andere opvallende conclusie is dat in Zweden, Nederland en Zwitserland de eerste registratie van invasieve exoten sneller gebeurt via publieke waarnemingsplatformen, dan door officiële instanties. In IJsland, Albanië en Ierland blijken professionele experts de ‘waarnemingsrace’ sneller te lopen. Hoewel het verschil klein is, hebben professionele wetenschappers ook in België een voorsprong.
Het is de eerste keer dat we met data kunnen aantonen dat burgerwetenschap effectief in hoge mate bijdraagt aan early warning voor exoten
Geïntegreerde aanpak
De studie toont dat burgerwetenschap een cruciale aanvulling vormt op de professionele wetenschappelijke monitoring van invasieve uitheemse soorten. “Het is de eerste keer dat we met data kunnen aantonen dat burgerwetenschap effectief in hoge mate bijdraagt aan early warning voor exoten. Waarnemingen door burgers moeten daarom zeker verder aangemoedigd worden", aldus INBO-onderzoeker Tim Adriaens.
“Er is een geïntegreerde aanpak nodig die professionele meetnetten voor actieve opsporing combineert met passief toezicht door het brede publiek. Niet alleen de eerste waarneming is immers belangrijk bij invasieve exoten, maar vooral ook de snelle melding van alle nieuwe plekken waar ze opdagen. De overheid kan dit doen door nauw samen te werken met burgerwetenschappelijke waarnemingsplatformen en de verdere uitbouw ervan te ondersteunen. Zo kunnen gegevens nog sneller uitgewisseld worden om een effectief bewakingssysteem tegen invasieve uitheemse soorten op te zetten. In Vlaanderen zijn de samenwerking met waarnemingen.be en de doorstroming van deze gegevens naar het vroege waarschuwingssysteem voor invasieve soorten van cruciaal belang.”

Bron: Eigen berichtgeving
Beeld: Nicky Torbeyns