Stikstof, voeding en de Rechten van de Mens: het is maar hoe je het bekijkt

De kranten staan er vol van en de gemoederen lopen op in de debatten: stikstof brengt onze gezondheid in gevaar en de hoofdbeklaagde zou de landbouw zijn. Maar is dit wel zo, vraagt Benedikt Sas, directeur van Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ), zich af in een opiniestuk. Hij roept op om het debat te voeren op basis van álle gegevens en om die in een ruimere context te plaatsen.

23 mei 2022  – Laatste update 23 mei 2022 14:27
Lees meer over:
koe-vee-vleesvee-weide-1280

Stikstof is een atoom dat voorkomt in verschillende moleculen. De lucht die we inademen bestaat voor 80 procent uit stikstofgas (N2). Stikstof kan reageren en verschillende verbindingen vormen. Enkele belangrijke schadelijke stikstofhoudende moleculen waarover de emoties hoog oplopen zijn ammoniak (NH3) en stikstofoxiden (NOx). Dit laatste wordt ook van nature gevormd tijdens bijvoorbeeld een onweer.

Een Engelse studie toont aan dat in de jaren 90 van de vorige eeuw de meeste uitstoot van stikstofoxiden afkomstig was van de zware industrie (37%), gevolgd door de landbouw (33%) en vervolgens het verkeer en de verbranding van afval (9%). Tegen 2009 was de totale uitstoot van stikstofoxiden met de helft verminderd. Maar toen was 50 procent hiervan afkomstig van de landbouw. Ook in Nederland zijn de stikstofemissies met 60 procent afgenomen tegenover de jaren negentig van de vorige eeuw, en ook hier neemt de landbouw ongeveer de helft van de stikstofuitstoot op zich.

Het is echter belangrijk om niet alleen over stikstofemissie te spreken, maar ook over stikstofcaptatie en omzetting. Stikstofverbindingen zijn namelijk een essentiële bouwstenen van het leven. Stikstof komt voor in elk aminozuur van onze eiwitten, in ons DNA en zonder stikstof kunnen planten niet groeien. De reactieve stikstofverbindingen worden bijvoorbeeld door de bacteriën in de bodem omgezet naar nitriet en vervolgens naar nitraat, wat naast CO2 een belangrijke bouwsteen is voor planten. Verkeer en zware industrie hebben niet echt stikstof of CO2 nodig om te groeien.

Het zou dus misschien wel interessant zijn om naar het nettoresultaat te kijken van de stikstofuitstoot min de stikstofcaptatie door de landbouw. De zogenaamde stikstofrecuperatiegraad (NRR, nitrogen recovery rate). Die is met 70 procent het hoogst in Europa en Noord-Amerika. In sommige gebieden in de wereld zoals Afrika is er zelfs een tekort aan stikstof, zijn de opbrengsten van de landbouw zeer laag wat ook vaak ondervoeding en hongersnood tot gevolg heeft.

Misschien is het op wereldvlak beter om wat meer voeding te produceren in de meer efficiënte regio’s dan verder tropische wouden te kappen voor landbouwgronden in regio’s die minder efficiënt zijn?

Studies hebben ook aangetoond dat het efficiënt gebruik van stikstof het hoogst is in Westerse landen zoals België en Frankrijk, veel lager is in groeilanden zoals China en zeer laag in bijvoorbeeld ontwikkelingslanden zoals Kenia of Zambia. Misschien is het dan op wereldvlak ook beter om wat meer voeding te produceren in de meer efficiënte regio’s dan verder tropische wouden te kappen voor landbouwgronden in regio’s die minder efficiënt zijn?

Bovendien verwacht men dat tegen 2050 de wereldbevolking zal toenemen tot 8 à 10 miljard mensen. Om al deze monden te voeden moet de productie van landbouwgewassen met 80 à 110 procent stijgen en van dierlijke productie met 115 procent. De mens is een alleseter en geen herbivoor, en dus zal er altijd wel een nood en vraag zijn naar dierlijke producten. Bovendien, uit de recente bevraging in Vlaanderen ("De Stemming", een onderzoek van de VUB en de Universiteit Antwerpen in opdracht van VRT NWS en De Standaard) is gebleken dat de Vlaming er maar weinig voor voelt om zijn stukje vlees op te geven. Omschakeling van rund naar varken of beter nog naar kip, zou de stikstofemissie kunnen reduceren, behalve in gebieden met natuurlijk grasland dat minder geschikt is voor landbouwgewassen. Grasland capteert bovendien veel meer stikstof dan de meeste andere landbouwgewassen of bossen.

Het zou best zijn om de landbouw in België goed te koesteren en dit als een strategisch goed te zien met een groot economisch potentieel richting de toekomst

Voeding staat op de eerste plaats en vormt de basis in de behoeftepiramide van Maslow. Als de mens geen voeding heeft, heeft al het andere weinig of geen zin. Voedsel en drinkbaar water zijn ook opgenomen als één van de fundamentele rechten van de mens. Het zou dus best zijn om de landbouw in België goed te koesteren en dit als een strategisch goed te zien met bovendien een groot economisch potentieel richting de toekomst.

Door de recente oorlog tussen Rusland en Oekraïne zijn de bevolking en de politici eindelijk gaan inzien hoe belangrijk het is om te kunnen blijven voorzien in eigen primaire productie en voeding. Daarnaast worden bepaalde regio’s in de wereld ook minder geschikt voor landbouw door de klimaatveranderingen en/of -verschuivingen. Zo werd verwacht dat India omwille van de Russisch-Oekraïense oorlog een flink deel van de nood aan bijvoorbeeld tarwe ging kunnen opvangen, maar door de aanhoudende droogte daar werd recent beslist dat er geen korrel meer mag worden geëxporteerd.

Het is onbegrijpelijk waarom de landbouwers in de media en door de politici zo worden geviseerd en enkel worden geassocieerd met milieuproblematiek. In plaats van hen te koppelen aan de gezonde, veilige en kwalitatief zeer goede voeding die ze beschikbaar stellen

Het is onbegrijpelijk waarom in de media en door de politici de landbouwers zo worden geviseerd en enkel worden geassocieerd met milieuproblematiek. In plaats van hen te koppelen aan de gezonde, veilige en kwalitatief zeer goede voeding die ze beschikbaar stellen. Mogelijks is dit voor een groot stuk ingegeven door de opmars van natuurverenigingen. Natuurpunt vzw sloot het jaar 2021 af met een stijging van 10.000 leden tot 133.094 aangesloten gezinnen in Vlaanderen. Vergelijk dit eens met de ongeveer 20.000 landbouwbedrijven. Dit aantal wordt mede door het recente Programma Aanpak Stikstof (PAS) versneld afgebouwd. Ook het systematisch stigmatiseren van landbouwers weegt steeds zwaarder op hun gemoed. De animo voor bedrijfsopvolging wordt navenant kleiner. Electoraal genereren natuurverenigingen een groeiend kiezerspotentieel. De vraag is echter of kiezers daadwerkelijk wensen dat de landbouw in een nieuw geopolitiek tijdsgewricht wordt afgebouwd. Dit resulteert immers in een nog grotere afhankelijkheid van het buitenland voor onze voeding.

Economisch gezien vertegenwoordigt de Vlaamse landbouw een eindproductiewaarde van ongeveer 5,4 miljard euro en de daarop volgende schakel in de keten zijnde de voedingsindustrie realiseert een jaarlijkse omzet van ongeveer 40 miljard. De Vlaamse agrovoedingsketen vertegenwoordigt ook ongeveer 135.000 voltijdse tewerkstellingsplaatsen. Vlaanderen produceert hoogkwalitatieve voeding die bovendien gezond en veilig is. Dit wordt allemaal goed opgevolgd en gemonitord door het FAVV (Federaal Agentschap Voedselveiligheid) en het FOD (Federale Overheidsdienst) Volksgezondheid. Helaas verwacht men besparingen bij deze instanties, waardoor hun goede werking mogelijk op wankele poten komt te staan, net nu alles flink duurder wordt.

In andere landen gelden niet altijd dezelfde regels qua veiligheid, milieu, dierenwelzijn etc. die er bij ons op nagehouden worden. Maar in andere landen waardeert men de Vlaamse landbouw- en voedingsproducten blijkbaar wel, vandaar dat Vlaanderen in 2018 voor maar liefst 38,4 miljard euro aan voedselproducten heeft geëxporteerd. Gezien het feit dat landbouwproducten en voeding een primaire behoefte zijn van de mens, dat de vraag in de toekomst alleen maar zal toenemen en de beschikbaarheid mogelijks zal afnemen door bijvoorbeeld klimaatproblematiek, oorlogen etc., zullen deze alleen maar in waarde toenemen.

Een ander fundamenteel recht van de mens is dat elke persoon recht heeft op een eerlijke en faire verloning om zichzelf en zijn familie een menswaardig bestaan te geven. De kosten in de landbouw zijn aanzienlijk toegenomen en het aantal regels waar de landbouw aan moet voldoen vanuit de steeds strenger wordende wetgeving blijft maar stijgen. De landbouwer krijgt deze kostenstijging maar uiterst moeilijk doorgerekend waardoor hij helaas maar een fractie van de uiteindelijke waarde ontvangt. De waardeverdeling in de agrovoedingsketen zit soms tot zelfs 60 procent bij de retail en van het resterende deel gaat vaak nog een aanzienlijk stuk naar de verwerkers en de voedingsbedrijven. Een meer faire waardeverdeling zou toch wenselijk zijn. En hopelijk zullen initiatieven zoals de korte keten en hoeveverkoop verder aan belang winnen in de toekomst.

Wanneer de natuurverenigingen aan bosbouw doen, dieren beginnen te houden en flink wat meststoffen (stikstof) strooien in de nieuwe natuurgebieden, heet dit een natuurbeheersplan en is er blijkbaar geen vuiltje meer aan de lucht

Het is spijtig dat de landbouw enkel maar gezien wordt als vervuilend, terwijl ook andere sectoren zoals verkeer, zware industrie etc. stikstof uitstoten. Met dat verschil dat die laatsten geen stikstof en CO2 capteren om landbouwgewassen en voeding te produceren. De landbouwers hebben natuurlijk veel meer grond dan bijvoorbeeld de zware industrie, gronden die graag worden opgekocht door de natuurverenigingen aan bodemprijzen van landbouwers bij wie het water aan de lippen staat. En dit liefst dan nog met overheidsmiddelen. De 70,6 miljoen euro aan inkomsten in 2021 voor Natuurpunt vzw bestonden voor 31 procent uit subsidies voor de aankoop van gronden en 39 procent subsidies voor werking. De Vlaamse overheid subsidieert ook gemeenten tot 75 procent voor de aankoop van (landbouw)gronden voor de aanplant van bossen.

Wanneer de natuurverenigingen dan aan bosbouw en houtvesterij doen, dieren beginnen te houden en flink wat meststoffen (stikstof) strooien in de nieuwe natuurgebieden, heet dit een natuurbeheersplan en is er blijkbaar geen vuiltje meer aan de lucht. Het is maar hoe je alles bekijkt, definieert en uiteindelijk verkocht krijgt.

Met dit opiniestuk wil de auteur een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat. De auteur schrijft in eigen naam en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst. 

De Auteur

Prof. dr. Benedikt Sas is algemeen directeur van Diergezondheidszorg Vlaanderen (DGZ), Melkcontrolecentrum Vlaanderen (MCC), VIVEE CV en is ook verbonden aan de Universiteit Gent, Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen, vakgroep voeding.

 

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek