Stichter van eiverwerker Vandewiele verdedigt zich
nieuwsIn Het Nieuwsblad verdedigt Dion Vandewiele, de voormalige bedrijfsleider van het gelijknamige failliete eiverwerkende bedrijf, zich tegen de roddels die over zijn bedrijf de ronde deden. “Ik ben uit mijn bedrijf gepest”, doorbreekt Dion Vandewiele een lange stilte. De rechter sprak hem deze week vrij van witwaspraktijken, wat “eindelijk goed nieuws is voor het bedrijf dat nooit alle schade van de dioxinecrisis vergoed kreeg”.
Met het faillissement van de firma Dion Vandewiele verdween vijf jaar geleden het grootste eiverwerkend bedrijf in België. De firma uit Zulte verwerkte drie miljoen eieren per dag. Na het faillissement braken zware tijden aan voor de familie Vandewiele want de veroordelingen volgden elkaar op. Oprichter Dion Vandewiele en zijn medewerkers werden veroordeeld voor inbreuken op de milieuwetgeving en het met de voeten treden van de voedselveiligheid.
Vandaag verdedigt de inmiddels 71-jarige Vandewiele zich. “Met 80 personeelsleden slaagde ik erin eieren in de beste hygiënische omstandigheden te verwerken. Je kon bij ons van de vloer eten”, aldus Vandewiele. Dat hij vrijgesproken werd voor witwaspraktijken, maakt Vandewiele blij, maar herinnert hem ook aan “de onrechtvaardige behandeling en al wat gezegd en geschreven werd”.
Volgens Vandewiele draaide zijn bedrijf uitstekend tot de dioxinecrisis. Al geeft hij meteen ook toe dat er al eens een probleem was zoals de geurhinder bij de verwerking van afvalwater (waarvoor de rechter zware boetes uitsprak en schadevergoeding toekende aan de burgelijke partijen, nvdr). “Niemand had de juiste kennis om dat probleem snel op te lossen, terwijl wij toch zware investeringen deden om de hinder weg te werken. Wat ons uiteindelijk ook gelukt is”, verdedigt Vandewiele zich.
Wat Vandewiele het zwaarst op de maag ligt, is het conflict met een inspecteur van de overheid. “Die man heeft mijn bedrijf vernietigd met zijn onkunde, zijn pesterijen en zijn machtsmisbruik”, zegt Vandewiele in de krant. Volgens de gewezen bedrijfsleider werd hij vanaf de escalatie van het conflict geconfronteerd met “scheve interpretaties, roddels, laattijdige uitbetalingen van schadevergoedingen en pesterijen”. Van zeven miljoen euro schadevergoeding wegens de dioxinecrisis is volgens Vandewiele nog altijd maar de helft uitbetaald.
Na nog meer financiële strubbelingen met de groep die intussen de meerderheid van de aandelen verwierf, werd Vandewiele failliet verklaard. “Mijn levenswerk was vernietigd. En meteen ook dat van mijn trouwe personeelsleden. Sommigen werkten 40 jaar bij mij. Slecht zal het dus niet geweest zijn op mijn bedrijf”, lucht Vandewiele zijn hart.
Bron: Het Nieuwsblad