Spaanse vleesproducenten kwaad op Alberto Contador

Asoprovac, de grootste vereniging van Spaanse vleesproducenten, is kwaad op wielrenner Alberto Contador omdat die zijn positieve clenbuterolplas wijt aan een vervuild stuk inheems vlees. “Contador valt de hele vleessector aan. Hij stelt het controlesysteem dat op rundvlees in Spanje en de hele Europese Unie wordt toegepast in vraag. Hij wil enkel zijn imago zuiveren ten koste van de vleessector”, zegt de vereniging.

Tijdens de Tour van 2010 werd drievoudig winnaar Alberto Contador betrapt op het gebruik van clenbuterol. In zijn urine werden minieme hoeveelheden van de substantie aangetroffen. Volgens de Spaanse wielrenner is deze positieve dopingplas het gevolg van het eten van Spaans rundvlees. In het dossier, dat Asoprovac als betrokken partij kon inkijken, voert hij aan dat het beest waarvan de bewuste steak afkomstig is, werd opgefokt met clenbuterol.

“Zijn beschuldigen zijn onterecht”, reageert Asoprovac. “In 2010 werden in totaal 14.179 controles uitgevoerd. Niet één stuk vlees bevatte sporen van clenbuterol. In Spanje gelden dezelfde strenge normen als in de rest van Europa. Ons vlees wordt niet behandeld met clenbuterol.” Contador liet ook optekenen dat hij vlees at van een dier dat niet aan de wettelijk verplichte veterinaire inspectie werd onderworpen. “Dat zou betekenen dat er een zware professionele fout werd gemaakt, met groot risico voor de volksgezondheid”, stelt Asprovac.

De vereniging vindt het niet kunnen dat de wielrenner zij naam probeert te zuiveren op de kap van een sector die de broodwinning is van ongeveer 150.000 families in Spanje. “En dat zonder zelfs maar een schijn van bewijs dat de clenbuterol die in zijn urine zat effectief akomstig is van het vlees dat hij at.” De Spaanse vleesproducenten vragen de openbaar aanklager om de zaak grondig te willen onderzoeken.