Samenhang Europese markt op proef gesteld door ggo's
nieuwsDe voorbije jaren hebben al zes van de 27 Europese lidstaten gebruikgemaakt van de 'vrijwaringsclausule' die voorzien is in de Europese wetgeving. Daarmee kunnen zij verbieden dat ggo's op de markt gebracht of geteeld worden, met als argument dat die een gevaar kunnen opleveren voor de volksgezondheid of het milieu. Concreet gaat het om België, Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Italië en Luxemburg.
De beslissing van Frankrijk om de schorsingsprocedure van het maïs MON 810 van Monsanto op te starten, is een goede illustratie van de verdeelde standpunten in de Europese Unie. MON 810 is nochtans al tien jaar toegelaten in de EU. Het is genetisch gewijzigd maïs dat een proteïne aanmaakt die de plant beschermt tegen twee soorten rupsen. Het is het enige transgene gewas in Europa, met uitzondering van enkele experimentele teelten. Spanje is veruit de grootste producent ervan met zo'n 60.000 hectare in 2006, gevolgd door Frankrijk, Duitsland, Portugal, Tsjechië en Slowakije.
In 2008 zal er in Frankrijk dus geen MON 810 meer gezaaid worden. Oostenrijk, Hongarije en Griekenland hebben het maïs in het verleden al in de ban geslagen. Om dat verbod te kunnen handhaven, moeten zij de Europese Commissie echter nieuwe wetenschappelijke bewijzen kunnen voorleggen. Daar zijn zij tot dusver niet in geslaagd. De verantwoordelijke wetenschappelijke commissies en vooral de Europese Voedselautoriteit EFSA hebben de argumenten van de landen steeds verworpen.
De kans is dan ook erg groot dat de argumenten van Frankrijk om op zijn beurt MON 810 te verbieden, hetzelfde lot beschoren zullen zijn. Toch hebben Oostenrijk, Hongarije en Griekenland al die tijd hun ban kunnen handhaven. De Europese Commissie heeft namelijk nog altijd niet de noodzakelijke meerderheid gevonden om het verbod van de lidstaten te kunnen opheffen. Sommigen zien hier een bewijs in dat de Europese wetgeving dringend aan bijsturing toe is.
In België blijft de tegenstand sterk, met name in het zuiden van het land. Zo verzet Wallonië zich tegen een gepland proefproject van de Universiteit Gent voor de aanplanting van genetisch gewijzigde populieren. Duitsland vaart dan weer sinds kort een andere koers. Bonn heeft het verbod op MON 810 opgeheven na een grondige wetenschappelijke studie, en is zelfs voorstander van een radicale Europese koerswijziging ten overstaan van ggg's. Spanje heeft al laten weten dat het niet van plan is zijn standpunt te veranderen. Kortom, de onenigheid in Europa groeit.
Maar niet alleen in de Unie zijn de meningen verdeeld. Ook in Frankrijk heeft de aangekondigde ban voor- en tegenstanders. De maatregel wordt toegejuicht door de milieubewegingen en de linkse oppositie. De graantelers zijn daarentegen voorstander van ggo's, in navolging van hun Spaanse collega's. Zij vrezen winstgevende markten te verliezen aan andere landen. Bij de veehouders zijn de meningen verdeeld. Enerzijds worden die rechtstreeks geconfronteerd met de consumenten, die over het algemeen tegen transgene gewassen zijn. Anderzijds vrezen zij de concurrentie van de veeteelt in grote exportlanden - waar de dieren vaak wél met ggo's gevoederd worden.
De Fédération Nationale des Syndicats d'Exploitants Agricoles (FNSEA), de belangrijkste Franse syndicale boerenorganisatie, betreurt het verbod op MON 810. Volgens haar is de overheidsbeslissing er gekomen onder invloed van de komende gemeenteraadsverkiezingen. Rechts is immers uit op de stemmen van de groenen. De vakbond vindt ook dat de regering daarmee capituleert onder druk van de twijfelachtige methodes van de tegenstanders van ggo's, zoals hongerstakingen en het illegaal vernielen van gewassen. De Confédération Paysanne daarentegen, de tweede en veel kleinere boerenvakbond, is dan weer voorstander van het verbod. De tweespalt reikt zelfs tot in het Franse parlement, waar het verbod vijandige reacties opriep bij tal van UMP-gedeputeerden van president Sarkozy's meerderheidspartij.
Er is nog een andere reden waarom de EU ongerust is over de groeiende onenigheid bij de lidstaten. De dreiging dat grote ggo-exporterende landen sancties tegen Europa zullen nemen, is namelijk reëel. De WTO veroordeelde al in september 2006 de verbodsmaatregelen die de zes Europese lidstaten tegen genetisch gewijzigde gewassen namen tussen 1999 en 2004. Europa heeft zich nog steeds niet aangepast aan die beslissing van de WTO. De Verenigde Staten hebben hun ongenoegen al laten blijken.
De procedure die zij eerder bij de WTO hadden opgestart om "de Europese Unie de kans te geven een aanzienlijke vooruitgang te boeken voor de goedkeuring van biotechnologische producten", hebben zij tijdelijk weer ingetrokken. Het is een veelzeggend gebaar dat de Europese Commissie niet ontgaan is. Die is zich terdege bewust van het probleem, en ze is vragende partij om het debat over de controversiële ggo's opnieuw te openen.(KS)
Bron: De Tijd