Ruim 80% van Belgen ziet verbetering voedselveiligheid

Ruim 80 procent van de Belgische consumenten is ervan overtuigd dat de voedselveiligheid in ons land de afgelopen tien jaar gunstig geëvolueerd is. Ook de professionelen tonen zich met een score van 6,8 op 10 tevreden over het Voedselagentschap. Dat blijkt uit een enquête die het agentschap liet uitvoeren bij zowel consumenten als professionelen naar aanleiding van haar tiende verjaardag.

In 2000 werd het Voedselagentschap opgericht in de nasleep van de dioxinecrisis met als doel te waken over de veiligheid van de voedselketen en de kwaliteit van ons voedsel, ter bescherming van de gezondheid van mens, dier en plant. Ondertussen telt het Voedselagentschap 1.169 medewerkers waarvan 655 inspecteurs en controleurs verdeeld over 11 provinciale controle-eenheden.

In 2009 kon het agentschap rekenen op een budget van 165 miljoen euro, waarvan 62 procent dotatie. “Dit betekent dat elke inwoner van ons land jaarlijks 10,6 euro betaald voor veilig voedsel”, berekende gedelegeerd bestuurder Gil Houins. Elk jaar ontvangt het Voedselagentschap om en bij de 6.000 vragen en zo’n 3.400 klachten. Het aantal terugroepingen van producten bedroeg dit jaar 23, terwijl er vorig jaar nog 47 uit de winkelrekken werden gehaald.

Houins benadrukt dat het Voedselagentschap ten dienste staat van de professionelen. “Op tien jaar tijd hebben wij al 32 autocontrolegidsen gevalideerd die 90 procent van de operatoren in de voedselketen dekken. Wij proberen ons ook soepel op te stellen voor KMO’s en richten tal van voorlichtingssessies in. Het Voedselagentschap benadrukt ook dat preventie veel belangrijker is dan bestraffing.

“Vooral in de horeca zijn er nog heel wat problemen met hygiëne. Maar het Voedselagentschap heeft de overtreders van dit jaar voorgesteld om de administratieve boete te laten vallen als de eigenaar met het hele team een opleiding bij ons volgt”, aldus Houins. Om de professionelen aan te zetten tot autocontrole is er ook een bonus-malussysteem opgezet waarbij degene die gecertificeerd zijn een korting van 50 procent op de FAVV-bijdrage krijgen. Wie niet gecertificeerd is, betaalt 60 procent meer. In 2011 wordt dit zelfs opgetrokken tot 100 procent.

Om de perceptie over het Voedselagentschap te achterhalen, werd een enquête uitgevoerd bij 1.321 consumenten en 6.200 door haar gecontroleerde professionelen. Uit de bevraging van de consumenten blijkt dat ongeveer 82,9 procent het Voedselagentschap opnoemt als organisme dat zich bezig houdt met veilige voeding. “Maar we mogen niet te optimistisch zijn, want 70 procent kent ons enkel van naam”, aldus Houins. Gemiddeld krijgt het agentschap 7,6 op 10 voor het werk dat het doet.

Bijna 70 procent onder hen is van mening dat voedingsmiddelen voldoende worden gecontroleerd en dat het Voedselagentschap incidenten goed beheert. Zes op tien Belgen vindt dat de controles voldoende streng zijn, terwijl minder dan 50 procent van mening is dat het Voedselagentschap genoeg informatie geeft. De evolutie van de voedselveiligheid wordt gunstig beoordeeld: 82,9 procent is van mening dat die beter is dan tien jaar geleden.

Ook bij de professionelen is de tevredenheid over het Voedselagentschap vrij groot. Het agentschap krijgt een score 6,8 op 10 van hen. Bijna negen op tien is van mening dat het agentschap van professionalisme getuigt, bijna 95 procent meent dat het nuttig is voor de maatschappij en 73 procent stelt dat het bijdraagt tot de verbetering van zijn activiteit.

Tijdens het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie lanceerde het Voedselagentschap in wereldprimeur de barometer voor de voedselveiligheid. Dit moet een objectief meetinstrument worden dat op basis van 30 indicatoren de voedselveiligheid meet. Op die manier kan de evolutie van jaar tot jaar opgevolgd worden en het maakt ook een vergelijking tussen landen onderling mogelijk.