Protest tegen landroof in Zuid-Chinees dorp Wukan

De inwoners van het Zuid-Chinese dorp Wukan protesteren al enkele maanden tegen illegale landonteigeningen. Sinds de jaren ’90 nemen projectontwikkelaars regelmatig grond af van de dorpelingen, zonder redelijke compensatie. Zij maakten zich daar nooit druk over omdat ze leefden van de visserij. Maar nu die sector krimpt, eisen ze een eerlijke compensatie voor hun gronden. Dat meldt De Standaard.

In China zijn illegale landonteigeningen geen uitzonderlijk verschijnsel. Meestal staan getroffen eigenaars zoals landbouwers machteloos omdat de projectontwikkelaars onder één hoedje spelen met corrupte ambtenaren. Protesten worden onmiddellijk onderdrukt. Maar niet in Wukan. Daar zijn 20.000 dorpelingen erin geslaagd hun bestuurders te verjagen en het heft in eigen handen te nemen. Zij willen een eigen dorpsraad kiezen en hun land terugvorderen. De actievoerders hopen op steun van de centrale regering in Peking, maar voorlopig blijft die uit.

De reden dat Wukan na al die jaren eindelijk protesteert tegen de onteigeningen, is de terugval van zijn visserij-activiteiten. Het dorp heeft altijd van de visvangst geleefd, maar door milieuvervuiling en concurrentie van grote schepen wordt dit steeds moeilijker. De waarde van de vruchtbare gronden die in het verleden werden afgepakt, wordt dan ook steeds duidelijker voor de dorpelingen.

In september ontstonden gewelddadige betogingen, waarop het gemeentebestuur en de politie het dorp uit vluchtten. Eerder hadden de burgers al geprobeerd een eerlijke vergoeding te krijgen voor hun land door petities in te dienen bij de centrale overheid. Maar die poging bleef zonder resultaat. Ondertussen is het dorp afgesloten van de buitenwereld. Protesterende dorpsbewoners krijgen een keuze: tekenen vóór een verdere landtransactie of verhongeren. “Zonder steun van de centrale regering is hun strijd dan ook kansloos”, besluit De Standaard.