Peeters: "Veilig bevonden ggo's verdienen een kans"

Vlaams minister van Landbouw Kris Peeters is voorstander van de huidige Europese goedkeuringsprocedure voor genetisch gewijzigde organismen (ggo’s), waarbij uitgegaan wordt van een wetenschappelijke risicoanalyse naar volksgezondheid en leefmilieu. “Wanneer een ggo bewezen heeft veilig te zijn voor mens, dier en leefmilieu, moet hij voor alle Europese landbouwers beschikbaar zijn.”

Recent zijn vijf nieuwe ggo-maïssoorten voor import goedgekeurd door de Europese Commissie. In totaal zet dat de teller op 37 Europese goedkeuringen. Omwille van de grote verdeeldheid onder de lidstaten wat ggo’s betreft, wordt bijna geen enkel dossier goedgekeurd met een gekwalificeerde meerderheid en moet de Commissie meestal zelf beslissen. Zo’n beslissing valt steeds na een advies van het Europees Agentschap voor Voedselveiligheid (EFSA), op basis van wetenschappelijk onderzoek naar de veiligheidsrisico’s voor volksgezondheid en leefmilieu.

Dossiers met betrekking tot de teelt van een ggo op Europees grondgebied vereisen dat een nationale bioveiligheidsraad van de betrokken lidstaat een wetenschappelijke risicoanalyse uitvoert. EFSA staat vervolgens in voor het finaal beoordelingsrapport. Dossiers die handelen over het gebruik van ggo’s in voedsel en veevoeder volgen een gelijkaardige procedure (Food/Feed-verordening), maar daarbij voert EFSA zelf een analyse uit. Omdat de procedure eenvoudiger is en de reikwijdte het toelaat, doen meer en meer bedrijven beroep op de Food/Feed-verordening.

Vlaams minister van Landbouw Peeters is tevreden over deze goedkeuringsprocedures op Europees niveau. Dat vertelt hij naar aanleiding van een parlementaire vraag van Jos De Meyer (CD&V). Hij steunt de versterking van het wetenschappelijke beoordelingsproces en is principieel voorstander om dit op Europees niveau te houden. “Wanneer een ggo erkend wordt en dus veilig wordt geacht voor mens, dier en zijn omgeving, dan moet deze ggo een eerlijke kans krijgen en beschikbaar zijn voor alle Europese landbouwers”, besluit hij.