Nieuwe regels voor het welzijn van braadkippen

Vanaf 30 juni gelden minimumregels voor het dierenwelzijn van vleeskippen. Het KB is een omzetting van de Europese braadkippenrichtlijn. Die bepaalt dat voortaan ongeveer 15 vleeskippen per m² kunnen leven. Meer kippen houden per m² kan indien aan extra eisen wordt voldaan. In Belgische kwekerijen leven per m² gemiddeld 19 vleeskippen.
1 juli 2010  – Laatst bijgewerkt om 14 september 2020 14:12
Lees meer over:

Vanaf 30 juni gelden in België minimumregels voor het dierenwelzijn van vleeskippen. Daarmee volgt de braadkippenhouderij het voorbeeld van de andere sectoren. Het KB is een omzetting van een Europese richtlijn. Die bepaalt dat voortaan 15 vleeskippen per m² kunnen leven. Meer kippen per m² houden kan indien aan extra eisen wordt voldaan. Bij Belgische kwekers leven per m² gemiddeld 19 vleeskippen.

In ons land worden jaarlijks 220 miljoen vleeskippen gekweekt. Ze worden geslacht op de leeftijd van 6 weken als ze een gewicht bereikt hebben van 2,2 kg. Er zijn ongeveer 800 bedrijven met gemiddeld 28.000 dieren per bedrijf. Vanaf 30 juni gingen met het Koninklijk Besluit tot vaststelling van de minimumvoorschriften voor de bescherming van vleeskuikens ook in de braadkippenhouderij regels voor dierenwelzijn van kracht. Het KB werd opgesteld door de dienst Dierenwelzijn van de FOD Volksgezondheid en vindt zijn oorsprong in een Europese richtlijn.

De belangrijkste maatregel die door de omzetting van de Europese braadkippenrichtlijn van kracht wordt, is ongetwijfeld de beperking van de bezettingsdichtheid, met andere woorden het aantal vleeskippen dat per m² mag worden gehouden. Deze norm wordt uitgedrukt in kg/m². De bezettingsdichtheid in Belgische kwekerijen is momenteel gemiddeld 45 kg/m², wat overeenkomt met 19 kippen per m². Met de nieuwe wetgeving wordt de maximale bezettingsdichtheid vastgelegd op 33 kg/m². Dat zijn ongeveer 15 kippen per m².

Als het bedrijf aan bepaalde criteria voldoet, mogen meer kippen worden gehouden, tot een maximum van 39 kg/m². Eén van die criteria is de aanwezigheid van een ventilatiesysteem waarmee de temperatuur, vochtigheidsgraad, NH3- en CO2-gehaltes binnen strikte grenzen blijven. Als de pluimveehouder bovendien een gids van goede praktijken gebruikt en een voldoende laag sterftecijfer heeft, dan mag hij het aantal vleeskippen in zijn stal verhogen tot het absolute maximum van 42 kg/m².

Pluimveehouders die hun dieren houden onder het Belplume-label, mogen meteen starten aan dit maximumcijfer van 42 kg/m² omdat Belplume aan de meeste criteria voldoet. Bedrijven die Belplume niet volgen, zullen een verhoogde bezettingsgraad moeten aanvragen bij het Voedselagentschap.

De nieuwe wetgeving voorziet nog in andere bepalingen die het welzijn van vleeskippen moeten verbeteren. Zo wordt de minimale lichtintensiteit vastgelegd, moeten de dieren iedere dag een aantal uren duisternis krijgen en zullen nieuwe vleeskippenhouders een opleiding over het welzijn van vleeskippen moeten volgen.

De inspecteurs van het Voedselagentschap kregen een specifieke opleiding van de FOD Volksgezondheid. Zij zullen toekijken op de naleving van de nieuwe normen.

Bron: eigen verslaggeving/Boer&Tuinder

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek