NEPG: "Risico voor aardappeltelers is nog nooit zo groot geweest"
nieuwsDe Northwestern European Potato Growers (NEPG), dat de belangen verdedigt van de aardappeltelers in de vier belangrijkste Europese productieregio’s, stelt vast dat aardappeltelers dit jaar bijzonder grote risico’s lopen. Door het erg late en erg moeilijke pootseizoen, de grote opkomstproblemen en de huidige hoge ziektedruk staan de opbrengsten van de aardappeltelers onder druk. Toch verwacht NEPG dat er vier tot zes procent meer aardappelen zijn geplant in België, Nederland, Frankrijk en Duitsland.
De langdurige regen heeft ervoor gezorgd dat aardappelen nog nooit zo laat zijn geplant in deze vier landen. “Gemiddeld duurde het plantseizoen acht tot tien weken dit voorjaar en de laatste aardappelen werden begin juli nog maar net geplant. Dat zorgt ervoor dat we een heel grote variatie zien op de velden: van velden die in volle bloei staan en waar de aardappelknollen al zo groot zijn als ganzeneieren tot net geplante velden”, stelt NEPG vast.
Vragen over kwaliteit en kwantiteit
Doordat de pootaardappelen vaak pas heel laat in de grond raakten, zijn velen hun kiemkracht kwijt. Door de vele regen en door het gebruik van gesneden pootaardappelen zijn andere knollen gaan rotten in de grond. Dat zorgt voor heel wat opkomstproblemen, vooral in België en Nederland. Op sommige percelen gaat het om een paar procenten minder opkomst, maar er zijn ook velden waar 80 procent van de geplante aardappelen zich niet tot plant ontwikkelt, aldus NEPG. Andere percelen waar aanvankelijk geen problemen waren, werden dan weer geconfronteerd met zware regenval en overstromingen waardoor ook zij verloren zijn. Dat zou het geval zijn op verschillende plaatsen in de Benelux en voor delen van Duitsland zoals Beieren.
Volgens de belangenorganisatie zijn er vandaag meer vragen dan antwoorden over de toekomstige kwaliteit en hoeveelheid van de oogst. Zullen de laatst geplante aardappelen groot genoeg worden voor de verwerking en zullen ze genoeg onderwatergewicht hebben? Wat zal er gebeuren met de aardappelvariëteiten die werden geplant, maar normaal niet echt voor de verwerking worden gebruikt? Het is immers zo dat er dit jaar een tekort aan pootgoed was waardoor minder geschikte variëteiten en ook heel grote pootaardappelen die doorgesneden werden, werden gebruikt.
Pootgoedproblemen
NEPG verwacht niet dat de pootgoedproblemen volgend seizoen zullen opgelost zijn. Het areaal pootaardappelen is wel toegenomen in Frankrijk, maar in Nederland is het gedaald met drie procent in vergelijking met 2023. “Bovendien zijn er honderden hectaren die in Nederland ingezet worden voor de pootgoedteelt, zwaar beschadigd. Er is nog geen duidelijke indicatie over hoe de knolzetting en over het aantal knollen”, stelt de organisatie.
Toegenomen concurrentie
In de NEPG-zone is de vraag van de verwerkende industrie nog steeds stijgend, en ook de productiecapaciteit, zeker in Frankrijk, is nog verder gestegen. “Anderzijds zien we dat de verkoop van diepvriesfrieten en andere verwerkte aardappelproducten de laatste tijd stabiliseert of daalt”, weet NEPG dat erop wijst dat er meer concurrentie komt vanuit Noord-Amerika, maar ook steeds meer vanuit landen als China, India, Turkijke of Argentinië. “Wanneer aardappeltelers nadenken over verdere uitbreidingen of investeringen, moeten ze rekening houden met deze ontwikkelingen”, luidt het.
Al deze evoluties zorgen er samen voor dat de risico’s voor aardappeltelers nog nooit zo hoog zijn geweest. Enerzijds zijn er heel wat problemen die verband houden met de klimaatverandering, anderzijds is er ook een enorme plaagdruk in de aardappelen op dit moment. “Gecombineerd met de resistentie van sommige phyophthora-stammen en de verminderde beschikbaarheid van fungiciden stellen we vast dat de aardappelteelt veel riskanter is geworden”, meent NEPG. “Van telers wordt gevraagd om duurzaam te produceren, maar het disruptieve weer maakt het niet gemakkelijk. Daardoor rijzen er veel vragen over een duurzame toekomst voor de aardappelsector”, besluit de organisatie.
