Monsterboete voor maalderijen wegens kartelvorming

De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft meelproducenten in Nederland, België en Duitsland boetes opgelegd wegens marktafspraken. Met een totaalbedrag van 81,6 miljoen euro gaat het om één van de hoogste boetes ooit. Dossche Mills uit Deinze wordt het zwaarst bestraft: 22,8 miljoen euro. Ook de Belgische nummer één Ceres en maalderij Brabomills kregen boetes van respectievelijk 12,9 en 4,6 miljoen euro.

Vijftien bedrijven hebben volgens de kartelwaakhond in wisselende samenstelling de markt verdeeld of afspraken gemaakt om de concurrentie te beperken. De bedrijven maakten het overgrote deel van de Nederlandse meelmarkt uit. In Nederland waren de bedrijven Meneba, Ranks en Krijger betrokken bij de verboden prijsafspraken. Zij kregen boetes van respectievelijk 9 miljoen euro, 13,1 miljoen euro en 71.000 euro.

Voor België gaat het om Dossche Mills (22,8 miljoen euro), om de grootste maalder Ceres (12,9 miljoen euro) en om Brabomills (4,6 miljoen euro). In Duitsland werden de volgende bedrijven beboet: Werhahn (3,9 miljoen euro), Grain Millers (2,8 miljoen euro), Flechtorfer (908.000 euro), Gebr. Engelke (7,7 miljoen euro), VK Mühlen (2,3 miljoen euro), Okermühle, Milser Mühle en Saalemühle (ieder 392.000 euro).

De meelfabrikanten verdeelden tussen 2001 en 2007 de markt om een gegarandeerde afzetmarkt te hebben. Zo werd besloten om elkaars klanten niet over te nemen. Dat maakte het voor die klanten moeilijker om te onderhandelen over een betere prijs. Ook werd een concurrent die niet meedeed aan de kartelafspraken, opgekocht en uit de markt gehaald.

Een andere concurrent, die wel meedeed, werd afgekocht voor verlies van afzet op voorwaarde dat hij geen spelbreker zou zijn. "Een complete meelfabriek in Bergen op Zoom werd via een stroman gekocht en ontmanteld om te voorkomen dat zich daar ooit nog een nieuwe concurrent zou kunnen vestigen", aldus de NMa. "Wij treden hard op tegen deze kartelafspraken omdat de consument daarvan de dupe is", aldus de Nederlandse toezichthouder.

Bij Dossche Mills in Deinze reageert men verbijsterd op de enorme boete. Het bedrijf betwist betrokken te zijn bij de kartelvorming en zegt dat Nederlandse bedrijven bevoordeeld zijn door de NMa. "We zijn pas op het einde van het onderzoek gehoord en onze verdediging werd niet ernstig genomen", zegt bedrijfsleider Kristof Dossche. "We gaan ons op alle mogelijke manieren verdedigen".

De Belgische maalderij noemt de omvang van de boete ook disproportioneel. "Het gaat om 10 procent van onze omzet van vorig jaar. Maar het gaat om de groepsomzet omdat men ook de niet-maalderij activiteiten in rekening heeft genomen en die maken meer dan de helft van de omzet uit", zegt Dossche.