Met uniforme aanpak wil veevoedersector klimaatimpact van veevoeder beter in kaart brengen

BFA sloeg samen met Pork.be, de brancheorganisatie voor de varkenssector, en ILVO, het Vlaams Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek, de handen in elkaar om de methodiek voor het berekenen van de klimaatimpact van diervoeders te verfijnen. Die methodiek gebruikt de Europese rekenregels (PEFCR) en de juiste emissiedata uit de wereldwijde grondstoffendatabank (GFLI). Verschillende rekentools werden hiervoor gebenchmarkt. Momenteel zijn er drie tools erkend om de klimaatimpact van veevoeder (LCA of Levenscyclusanalyse, red.) te berekenen.

Vanaf 2025 zullen BFA-leden uitsluitend met erkende rekentools werken. Bedrijven kunnen zich ook laten certificeren door een onafhankelijke derde partij. Daarvoor werd een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan de algemeen erkende voederveiligheidsstandaard “Feed Chain Alliance Standard” (FCA), die beheerd wordt door Ovocom. “Hiermee garanderen diervoederbedrijven aan marktpartijen dat zij een erkende tool correct gebruiken,” legt D’hooghe uit.

Volgens haar is deze geharmoniseerde aanpak voor de berekening van de klimaatimpact van diervoeders een belangrijke stap naar een duurzame diervoedersector. “De impact van onze sector reduceren vraagt om samenwerking, transparantie en innovatie”, stelt D’hooghe. “Deze aanpak biedt niet alleen ecologische voordelen, maar versterkt ook het vertrouwen in de keten.”

Ook de retailsector erkent dit. “Wij hebben ons voorgenomen om tegen 2030 onze uitstoot met 45 procent te reduceren in vergelijking met 2018 in de producten die we aanbieden”, vertelt Charlotte De Vroey, sustainability director bij Delhaize. “Zo vragen we sinds 2024 van onze leveranciers, bijvoorbeeld in de varkenssector, om de klimaatimpact van hun producten op uniforme wijze te berekenen. We ondersteunen de aanpak van BFA dan ook voluit en hebben deze geïntegreerd in onze duurzaamheidsaanpak.”