Landgrenzen in natuurgebieden geen beletsel voor dieren
nieuwsDertien natuurverenigingen in België, Duitsland en Nederland gaan tussen 2010 en 2013 samen aan de slag om de landschappelijke verbindingen tussen natuurgebieden en nationale parken in de grensstreek te versterken. Het Interreg-programma van de EU betaalt de helft van het kostenplaatje van ruim drie miljoen euro. 'Habitat Euregio' wil diersoorten zoals rivierkreeften, otters, vleermuizen en zelfs lynxen laten uitzwermen.
Door natuurgebieden en nationale parken in de grensstreek tussen België, Duitsland en Nederland met elkaar te verbinden, wil 'Habitat Euregio' meer kansen geven aan diersoorten zoals de lynx, otter, hazelmuis en grauwe klavier. De lynx was in de jaren ‘60 uitgeroeid in West-Europa, maar begin deze eeuw is het katachtige roofdier weer opgedoken in onze contreien. In 2005 is een lynx gezien in Voeren en in het Duitse natuurpark de Eifel zit het dier al langer.
Voor het habitatproject worden ook maatregelen genomen om de verspreiding te bevorderen van minder tot de verbeelding sprekende soorten zoals beekmosselen, rivierkreeften, amfibieën en vleermuizen. De provincie Nederlands Limburg maakte het nieuws begin deze week bekend. Habitat Euregio verbetert het ecologisch netwerk en brengt een duurzame samenwerking tussen natuur- en landschapsbeheerders tot stand. In België worden drie projecten uitgevoerd.
Het Regionaal Landschap Kempen en Maasland voert maatregelen uit voor het herstel van beeklopen, kleine landschapselementen en verbindingen in het Maasdal. Daarnaast komt er een project in het heuvellandschap tussen de Voerstreek en het Maasdal dat in het teken staat van bosrandenbeheer, de aanplant van houtranden die bestaan uit laaggroeiend struikgewas en de aanleg en het herstel van poelen. Met het derde project gaat de Waalse gemeente Oupeye voor een natuurgerichte en publieksvriendelijke inrichting van een grindplas zorgen die een oppervlakte heeft van ongeveer 800 hectare aan de Benedenmaas.
De uitvoering van Habitat Euregio vindt plaats in de Voerstreek, het Geuldal en Noordal in Nederlands Zuid-Limburg, het Aachenerwald, natuurpark de Hoge Venen-Eifel, Monschau en het Maasdal in België en Duitsland. Het project kost ruim 3 miljoen euro, waarvan de helft gesubsidieerd wordt via het Interreg IV-programma waarmee de Europese Unie grensoverschrijdende samenwerking wil stimuleren.
Bron: Belga/Belang van Limburg