Landbouwverbreding kent sterke groei in Nederland
nieuwsLandbouwverbreding wint snel aan populariteit in Nederland. Volgens een studie van Wageningen Social & Economic Research is de omzet die agrarische bedrijven halen uit neventakken is tussen 2020 en 2023 gestegen van 1 miljard euro naar 1,6 miljard euro. Afwijkende statistische gegevens maken een vergelijking met Vlaanderen moeilijk, maar volgens Steunpunt Korte Keten loopt de ontwikkeling in ons land minder snel, eerder gestaag.
Uit het onderzoek 'Kijk op de multifunctionele landbouw' van Wageningen Social & Economic Research blijkt dat 37 procent van de Nederlandse landbouwbedrijven agrarische activiteiten combineert met neventakken als zorglandbouw, kinderopvang, agrarisch natuurbeheer, boerderijeducatie of hoeveverkoop. Dat is 20 procent meer dan in 2020. Vooral in agrarisch natuurbeheer en boerderijeducatie is de stijging in aantal bedrijven groot.
Het aantal boerderijen met hoeveverkoop of zorgboerderijen is minder hard gegroeid in aantal, maar wel in omzet. De omzet van boeren en tuinders uit nevenactiviteiten bedroeg in Nederland in 2023 1,68 miljard euro tegenover 1 miljard in 2020. Boerderijverkoop is met 595 miljoen euro omzet per jaar de grootste activiteit, gevolgd door zorglandbouw (450 miljoen euro) en recreatie (362 miljoen euro). De onderzoekers dragen verschillende verklaringen aan voor de groei. Zo zou er onder andere een groeiende vraag zijn naar recreatie, lokale producten en professionele zorgdiensten.
"Multifunctionele landbouw blijft groeien en zich verder professionaliseren", zegt Bart Pijnenburg, voorzitter van de vakgroep Multifunctionele Landbouw bij landbouworganisatie LTO Nederland aan Nieuwe Oogst. "Boeren en tuinders kunnen door te verbreden niet alleen extra inkomsten generen, de neventakken bieden ook een mooie manier om in te spelen op de wensen van de omgeving en daardoor in verbinding te blijven."

Korteketenbedrijven Vlaanderen: 23 procent
De Nederlandse cijfers zijn moeilijk te vergelijken met Vlaamse gegevens, maar uit onderzoeken van 2020 en 2023 valt op te maken dat het aantal korteketenbedrijven in Vlaanderen licht steeg. In 2020 bedroeg het aantal korteketenbedrijven 18,6 procent ten opzichte van 10 procent in 2016 en in 2023 was het aandeel volgens een enquête onder 3.271 landbouwers opgelopen tot 23 procent. Vergelijkende cijfers over de omzet ontbreken.
Ann Detelder van Steunpunt Korte Keten geeft aan dat het aantal korteketenbedrijven in Vlaanderen nog steeds in de lift zit, hoewel de groei na de coronaboost momenteel eerder gestaag verloopt. Zij constateert desalniettemin dat de landbouwverbreding in Vlaanderen minder snel verloopt dan bij onze noorderburen. “Dat heeft vooral te maken te hebben met de wet- en regelgeving die de ontwikkeling van korteketenconcepten belemmeren.”
Zo mogen in Vlaanderen korteketeninkomsten niet de overhand krijgen in het business model, anders verliest de landbouwer tal van rechten zoals VLIF-steun. “Ook de mogelijkheid om logistieke hubs of recreatieve voorzieningen te integreren op landbouwbedrijven wordt door de huidige wetgeving beperkt”, stelde Detelder in een eerder interview met VILT waarbij zij pleitte voor een herdefiniëring van de landbouw. “Met een ruimere definitie van landbouw en door meer toe te laten in agrarisch gebied zijn er meer groeimogelijkheden voor verbreding.”

Bron: Eigen berichtgeving / Nieuwe Oogst