Klimaatgekkies en gifspuiters: Tijd om écht naar elkaar te luisteren

"Als dat nieuwe mestactieplan er zo door komt, is het einde verhaal voor mij." Bam. Ik proef de mix van ontreddering en boosheid in de stem van Lorenzo, een jonge akkerbouwer. "Zoveel grond niet mogen gebruiken, dat is gewoon niet meer rendabel."

14 januari 2023  – Laatste update 14 januari 2023 14:48
Lees meer over:
dialoog Groene Kring_Rikolto

Even voor ons gesprek in december 2022, lekt een voorstel uit voor een nieuw mestactieplan (MAP7). Dat bepaalt onder andere hoeveel en waar boeren mest mogen gebruiken. Van waar komt het lek? Is dit écht wat er gaat komen? Komt er nog bijsturing? Veel vragen, het resultaat tot nu: spektakel op Twitter en in de tv-studio’s. Stress en onzekerheid bij de mensen die de gevolgen dragen.

Ik zak moedeloos onderuit. Landbouw en voedsel staan op het kruispunt van de grootste uitdagingen van onze tijd: klimaat, milieu, armoede… Maar aan de manier waarop de discussie gevoerd wordt, valt dat niet af te lezen. Ik zie grote stellingnames met steeds scherpere karikaturen. Aan het ene uiterste de “gifspuitende boer” die van geen verandering wil weten. Aan de andere kant de “klimaatgekkies en milieuterroristen” die de landbouw kapot willen.

Maar deze avond tempert mijn misantropie. We zijn te gast op het melkveebedrijf van de familie Gansbeke in Lokeren. Acht jonge boeren en acht studenten met verschillende studieachtergronden zijn hier samen op uitnodiging van Rikolto en Groene Kring, de vereniging van jonge land- en tuinbouwers. Samen werkten we een dialoogconcept uit om de polarisatie in het voedseldebat te doorbreken.

Raar hoe we dat begrip schaal en efficiëntie helemaal anders invulden. Vreemd hoe we toch exact dezelfde bekommernis hebben

Jelle Goossens - Rikolto

Waarom denk ik wat ik denk?

Lorenzo en ik vormen een van de gespreksduo’s. We nemen het blad met stellingen erbij en kruisen aan of we het eerder eens of oneens zijn: Grootschalige veehouderij en dierenwelzijn gaan niet samen. Chemische bestrijdingsmiddelen zijn een ecologische ramp en moeten bij wet verboden worden. Korte keten moet de norm worden. We hebben grotere en efficiëntere landbouwbedrijven nodig in Vlaanderen.

Bij die laatste stelling blijven we hangen. Ik kruiste “oneens” aan, Lorenzo “eens”. We nemen het instructieblad erbij, want dit is geen klassiek debat om elkaar te overtuigen. Dit is een gesprek waarbij je beurtelings de kans krijgt om je positie toe te lichten, even meeloopt in de schoenen van je gesprekspartner, ontdekt waarom die zo denkt.

Ik licht mijn bezorgdheid rond schaalvergroting toe. Hoe ik vrees dat de menselijke schaal overschreden wordt en vervreemding optreedt. Je ziet dat in zoveel bedrijven die groeien, fuseren en weer groter worden. Ik vrees dat de drang naar schaal en bijhorende efficiëntie in landbouw tot verschralende monocultuur leidt. Ik vrees dat grote landbouwbedrijven zoveel kapitaal nodig hebben, dat er straks nog enkel grote investeerders actief zijn in landbouw. Instituten die ver van het land staan en enkel naar rendement in spreadsheets kijken. Die de landbouwer zien als een vervangbare pion. Die geen verantwoording verschuldigd zijn aan de omgeving en de samenleving.

Lorenzo knikt. Dat is ook niet de toekomst die hij wil voor zichzelf en zijn collega-landbouwers. Toch is hij het oneens met de stelling.

“Voor mij is het een kwestie van vrij ondernemerschap”, vertelt hij me. “Als ik een nieuwe kans zie om te groeien, wil ik de vrijheid om dat te kunnen doen. Dat zit gewoon in mij. Ik wil vooruit. Natuurlijk moet ik zorg dragen voor mijn omgeving en wil ik ook niet dat het boven mijn hoofd groeit. Ik zou wel gek zijn. Maar zolang ik overeenkom met andere landbouwers rond mij om de diversiteit te garanderen, waarom niet?”

Waar ik de drang naar efficiëntie zie botsen met de zorg voor milieu, ziet Lorenzo dat anders. “Efficiënt omspringen met grond en water is het milieu net sparen. Mensen denken dat wij maar wat in het rond spuiten met mest en gewasbeschermingsmiddelen, maar dat gebeurt net heel precies en GPS-gestuurd. Hoe minder, hoe beter voor het milieu én voor mijn portemonnee, want die zaken kosten veel geld.” De juiste technologie is voor Lorenzo daarbij een hulpmiddel om als boer de controle te houden over zijn bedrijf. “Zo krijg ik met mijn arbeid meer gedaan.”

Verrassend. We zijn het dus oneens, maar we verstaan elkaar. Raar hoe we dat begrip schaal en efficiëntie helemaal anders invulden. Vreemd hoe we toch exact dezelfde bekommernis hebben.

De boeren willen niet veranderen? De geschiedenis bewijst: ze hebben nooit anders gedaan. Ik ontmoette die avond boeren die dondersgoed weten wat er bougeert in de wereld

Jelle Goossens - Rikolto

Verandering als constante

Het gesprek speelt nog lang in mijn hoofd. Wereldwijd staan landbouwers zoals Lorenzo voor enorme uitdagingen om toekomstbestendig te zijn. Minder broeikasgassen uitstoten, fellere regens en langere periodes van droogte trotseren, stikstof- en andere normen halen…  Is dat mogelijk?

De landbouw heeft zich in de naoorlogse periode een aantal keer heruitgevonden. Het bedrijf van de familie Gansbeke is er het beste bewijs van. Aangevuurd door de ondernemende drive van verschillende generaties, nieuwe (Europese) wetgeving, veranderende marktomstandigheden en technologische ontwikkelingen werden gronden gekocht, verkocht en samengevoegd; nieuwe teelten uitgeprobeerd, nieuwe stallen gebouwd voor het vee, en andere nevenactiviteiten ontwikkeld.  

De boeren willen niet veranderen? De geschiedenis bewijst: ze hebben nooit anders gedaan. Ik ontmoette die avond boeren die dondersgoed weten wat er bougeert in de wereld. Justine, een andere deelneemster, zette het op scherp: “Ik moet beslissen of ik het varkensbedrijf thuis overneem. Dat is een investering voor 40 jaar, maar wie zegt dat mensen over 20 jaar nog varkens eten?"

Haalbaar en betaalbaar?

Dat is wat wij, buitenstaanders, onderschatten. Investeringen doen op lange termijn in een wereld die snel verandert, beperkt je bewegingsruimte.

Hoe snel verandering mogelijk is, bepalen wij mee als samenleving door een werkbaar kader te scheppen. “Politiek is de kunst van het haalbare”, weerklinkt het dan, vaak in combinatie met de leuze “haalbaar en betaalbaar”. Twee schaamlappen om al te veel ambitie te versmachten. Maar wat haalbaar en betaalbaar is, bepalen wij. Hoeveel ruimte geven wij aan politiek om ambitieuze doelen na te streven? Hoeveel ruimte geeft het beleid aan boeren om te ondernemen in de gewenste richting? Welke ademruimte geven supermarkten en voedingsbedrijven door op lange termijn zaken te doen? En hoeveel ruimte geven wij als consument?  

Moeilijke, maar geen onmogelijke vragen. Die ruimte maken, dat is ook de opdracht van een maatschappelijke organisatie als de onze. En het begint bij dialoog. Daarom zetten we er dus mee door. Minder debatten, meer echte gesprekken.

Beeld: Rikolto

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek